De jonge professional bereikt een hoge kwaliteit in de uitoefening van zijn beroep doordat hij in een beroepsspecifieke context, nationaal en/of internationaal, volgende competenties beheerst:
ALGEMENE COMPETENTIES
· Kwaliteitsvol handelen door problemen o.m. flexibel, creatief en nauwkeurig op te lossen.
· Opbouwen van een kwaliteitsvolle redenering.
· Kritisch evalueren van het eigen functioneren en de werkomgeving en streven naar levenslang leren.
· De interne en externe communicatie ondersteunen en verzorgen, zowel mondeling als schriftelijk communiceren, in minstens 3 vooraf gespecificeerde talen.
· Op een genuanceerde en efficiënte manier met alle stakeholders mondeling communiceren in het Nederlands en op een behoorlijke manier in het Frans/Engels/Duits of Spaans of Chinees, rekening houdend met de culturele verschillen, nationaal en internationaal, formeel en informeel.
· Samenwerken als lid van een team en van de organisatie.
· Leidinggevende taken opnemen i.k.v. projectmanagement
· Klantgericht denken en handelen.
· Initiatief nemen.
· Handelen vanuit ethische en deontologische principes.
· Handelen vanuit duurzaamheidsprincipes en diversiteit.
· Gegevens bruikbaar maken en houden, statistisch verwerken en operationeel maken voor het administratief ondersteunen van het beleid.
BEROEPSSPECIFIEKE COMPETENTIES
· Toeristische diensten verlenen.
. Toeristische producten ontwikkelen.
· Toeristische processen managen.
Toeristische processen ondersteunen.
Afstudeertrajecten
Incentives (uitgaand)
Leisure travel (uitgaand)
Touroperating (uitgaand)
Transport (uitgaand)
Zakenreizen (uitgaand)
Animatie, evenementen en gidstechnieken (receptief)
Onthaal- mice- en logiessector (receptief)
Productontwikkeling in toerisme en recreatie (receptief)