Hoofdpagina | Bachelor in het toerisme en het recreatiemanagement
Toeristische geografie 1
Bachelor in het toerisme en het recreatiemanagement |
2010-11 |
nvt |
TRM_3404 |
5 |
150 uur |
Eerste Programmajaar |
Ja |
Ja |
Ja |
Verplicht |
Punt op 20 |
Ja |
Ja |
Docenten
Onderwijstaal
Onderwijsvorm
- Hoorcollege
- Oefensessie
- Werkcollege
Begincompetentie
Eindtermen secundair onderwijs, ongeacht het type en de afstudeerrichting.
Eindcompetentie
TRM_AC_01 | TRM_AC_01 - Kwaliteitsvol handelen door problemen o.m. flexibel, creatief en nauwkeurig op te lossen. | Doorgroeiniveau |
TRM_AC_02 | TRM_AC_02 - Opbouwen van een kwaliteitsvolle redenering. | Integratieniveau |
TRM_AC_03 | TRM_AC_03 - Informatie verwerven en verwerken | Elementair niveau |
TRM_AC_04 | TRM_AC_04 - Kritisch evalueren van het eigen functioneren, de werkomgeving en de sector in een context van levenslang leren. | Integratieniveau |
TRM_AC_08 | TRM_AC_08 - Klantgericht denken en handelen. | Doorgroeiniveau |
TRM_AC_11 | TRM_AC_11 - Handelen vanuit duurzaamheidsprincipes en diversiteit. | Elementair niveau |
TRM_BS_01 | TRM_BS_01 - Toeristische diensten verlenen. | Elementair niveau |
TRM_BS_02 | TRM_BS_02 - Toeristische producten ontwikkelen. | Doorgroeiniveau |
TRM_BS_04 | TRM_BS_04 - Toeristische processen ondersteunen. | Doorgroeiniveau |
Leerresultaten
De student analyseert een Belgische toeristische streek aan de hand van een reeks vragen om zich op het rollenspel voor te bereiden. Om deze vragen te kunnen beantwoorden, zal hij beroep doen op diverse informatiekanalen: handboeken, reisgidsen, geografische werken, toeristische magazines, toeristische folders en het internet. Uiteraard is de lector bij deze zoektocht aanwezig om de eerstejaarsstudent indien nodig te begeleiden in deze opdracht. Via deze grote opdracht is hij in staat om betrouwbare gegevens in de toekomst efficiënt te verzamelen.
De student zal na het opzoekwerk de gegevens verwerken tot bruikbare informatie. Hij zal de rol van toeristisch coördinator op zich nemen en z'n toeristische streek trachten zo goed mogelijk te verkopen aan de potentiële reizigers (in het rollenspel: de medestudent). Dit kan enkel wanneer hij z'n streek goed geanalyseerd heeft en voldoende structuur en synthese in z'n gegevens brengt. Het feedbackmoment stuurt de student bij.
In de hoorcolleges wordt voldoende materiaal aangereikt zodat toeristische gebieden die geografisch en/of klimatologisch(bv. Vulkanische en postvulkanische gebieden, karstgebieden, riviertoerisme, wijntoerisme, kuurtoerisme, ...) de moeite waard zijn, door de studenten gebruikt kunnen worden om toeristisch-recreatieve concepten te ontwikkelen.
De student is vertrouwd - via het zelfstandig leren - met de belangrijkste toeristische plaatsen, regio's, rivieren, gebergten,… in Europa. Dit samen met de inhoud van de hoorcolleges en de informatie uit BZL stelt de student in staat om toeristische producten samen te stellen. Uiteraard zal in het 2de en 3de programmajaar deze vaardigheid uitgebreid worden.
Dit is een goede aanzet om levenslang te leren. Vóór een student naar een BZL-sessie komt, bereid hij hij zelfstandig z'n taak voor. Zo weet hij wat zijn sterke en zwakke punten zijn. Op de sessie zal hij rapporteren wat hij geleerd heeft. Dit via vraagstelling van de lectoren. Indien hij z'n taak niet naar behoren heeft volbracht, zal hij z'n aanpak moeten verantwoorden. Door 3 maal zo'n BZL-sessie te doorlopen, is de student in staat om taken zelfstandig aan te pakken.
Inhoud
Thema 1: Overzicht van de toeristische regio’s in de wereld & van de toeristische bestemmingen van Europa De student krijgt een algemeen overzicht van de toeristische regio’s in de wereld en de specifieke toeristische bestemmingen binnen Europa ahv atlaskaarten en statistische gegevens. De student kan de verschillende Europese toeristische bestemmingen lokaliseren op een blinde kaart en de landen van de wereld situeren. (BZL)
Thema 2: Toeristisch-geografische verkenning van België De student moet een aantal toeristische Belgische statistieken kunnen verwerken en interpreteren (BZL). De student leert alle mogelijke indelingen van België, geologisch, geografisch, administratief en uiteraard toeristisch. De student leert specifiek één toeristische streek in detail kennen aan de hand van al de mogelijke bronnen die voorhanden zijn (rollenspel).
Thema 3: Wezen en methode van de toeristische aardrijkskunde. Fundamentele begrippen rond de toeristische geografie en verbanden worden verduidelijkt.
Thema 4: Cartografie. De student leert hoe een kaart tot stand komt en hoe men een kaart dient te interpreteren. Enkele nieuwe digitale toepassingen voor het toerisme worden voorgesteld. Men moet vlot oefeningen kunnen maken over de uurgordels.(BZL)
Thema 5: Toerisme versus klimaat. De student leert verschillende weersituaties herkennen en gebruiken voor recreatieve doeleinden. Men moet ook de klimaatsgebieden kunnen beschrijven en verklaren waarom en wannneer ze aantrekkelijk zijn voor de toerist. Klimaatsveranderingen tengevolge van de opwarming van de aarde worden naar impact voor het toerisme gemeten voor diverse regio's.
Thema 6: Toeristische valorisatie van enkele Europese landschappen We laten de student kennismaken met de Midden-Europese massieven en hun toeristische mogelijkheden. We bespreken enkele Europese karstgebieden en vulkanische gebieden, enkele wijnstreken en de Rijn.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Cursussen
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Evaluatie
Tussentijdse evaluatie 1:
Elke student moet een toeristische regio in België grondig analyseren aan de hand van een vragenlijst voor 20% van het totaal puntenaantal. De studenten moeten in beurtrol hun streek promoten voor de klas. De student is vertegenwoordiger van de regio, werkt voor de toeristische dienst, de medestudenten zijn mogelijke toeristen. De medestudenten stellen beurtelings vragen over de regio en de student in kwestie moet zo goed mogelijk antwoorden, hiermee verdienen ze de helft van de punten van het rollenspel.
Voor het eigenlijke rollenspel is er terugkommoment waar ze hun voorbereidingen en opzoekwerk voorleggen en eventueel raad vragen. Hier verdienen ze de andere helft van de punten.
Voor de derde examenperiode, de tweede examenkans, worden de competenties van het rollenspel getest met een schriftelijke vraag.
Tussentijdse evaluatie 2:
De student wordt getest op de gestudeerde landenkennis op 5% van het totaal puntenaantal.
Op het moment van de evaluatietest rond landenkennis leveren de studenten certificaten in van 5 zelf gekozen bestemmingen van de e-traveltraining.
Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 100% | | Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Tussentijdse evaluatie | 25% | | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Tussentijdse evaluatie | 25% | | Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Schriftelijk examen | 75% | | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Schriftelijk examen | 75% | |