De bachelor in communicatiemanagement beschikt over de algemene, de algemeen beroepsgerichte en beroepsspecifieke competenties zoals beschreven in het beroeps- (Vlorstudie 121 en 125 ) en opleidingsprofiel (Vlorstudie 122 en 126 ) en het structuurdecreet art. 58 § 2 in de hiernavolgende domeinen INFORMATIEBEHEERDER Als informatiebeheerder kan de jonge professional met de gepaste ICT-tools eventueel meertalige gegevens efficiënt verzamelen, verwerken tot in beroepscontext direct bruikbare informatie, die informatie beheren en doen doorstromen naar anderen. 1. De voor een opdracht vereiste, eventueel meertalige gegevens efficiënt kan verzamelen vanuit betrouwbare, relevante bronnen (ook multimedia-informatie); 2. Kan interpreteren welke informatie essentieel is om interne en externe bedrijfsprocessen probleemloos te laten verlopen; 3. Zelfstandig deze geselecteerde gegevens kan verwerken tot direct bruikbare informatie. Bij die verwerking kan hij de informatie analyseren, structureren, synthetiseren en presenteren met de daarvoor gepaste software; 4. De verwerkte informatie kan beheren zodat die door alle rechthebbenden snel en efficiënt kan teruggevonden en geraadpleegd worden (archiefbeheer); hij heeft daarbij voldoende oog voor de beveiliging van digitale informatie; 5. De verwerkte informatie kan laten doorstromen naar anderen, lacunes in de informatie en in de doorstroming ervan kan onderkennen, ze kan rapporteren en helpen oplossen; 6. De mogelijkheden en beperkingen kan inschatten van softwareprogramma's die bestemd zijn voor grafische, audiovisuele en online-toepassingen. COMMUNICATOR Als communicator kan de jonge professional via de geijkte kanalen een boodschap conceptueel, tekstueel, auditief en visueel (laten) communiceren in verschillende talen (Nederlands, Frans en Engels) aangepast aan het medium en de specifieke doelgroep. Hij kan ervoor zorgen dat elke vorm van communicatie bij de juiste doelgroep terechtkomt via het geijkte kanaal en zorgen voor opvolging indien nodig. 1. Een briefing kan opstellen en die verder kan verduidelijken en toelichten bij de betrokken doelgroep(en); 2. Op een gepaste manier interne en externe, formele en informele gesprekken kan voeren, leiden en coördineren (klankbord- en coördinatiefunctie); 3. Correcte briefings, memo's, interne nota's, verslagen van vergaderingen en offertes kan opstellen; 4. Constructief kan deelnemen aan vergaderingen; 5. De voorbereidende stukken voor de vergadering kan opstellen, tijdens de vergadering snel en efficiënt kan notuleren en nadien het verslag van de vergadering kan maken; 6. Nationale en internationale klanten, opdrachtgevers, freelance medewerkers kan verwelkomen, kan doorverwijzen en/of zelf te woord staan, aankondigen en/of voorstellen; 7. Interne en externe contacten kan onderhouden, zowel van zichzelf als van de leidinggevende; 8. Grafische, audiovisuele en digitale programma's kan gebruiken en aanwenden in functie van een zo effectief mogelijke communicatiecampagne; 9. Beroepsspecifieke informatie, ideeën, problemen en oplossingen kan communiceren zowel aan specialisten als aan leken. ORGANISATOR/COÃ?RDINATOR Als organisator/coördinator kan de jonge professional volgens de basisregels van projectmanagement elke nieuwe beroepsspecifieke opdracht analyseren en planmatig aanpakken en oplossen. Hij kan daarvoor werkbare procedures opstellen: voor zichzelf, voor medewerkers, voor de leidinggevende en op die manier ook het doelgerichte, planmatige handelen bij anderen bevorderen. De jonge professional kan zijn werk in tijd plannen, prioriteiten stellen, deadlines halen, ook als hij onder (zware) stress staat. 1. Op gepaste manier een communicatiecampagne kan organiseren zodat alle (dagelijkse) activiteiten (zoals briefing, debriefing, opvolging, creatie, productie, mediaplanning, presentatie, ...) stipt, vlot en correct afgehandeld worden; 2. Zijn (digitale) agenda's kan beheren en afstemmen op die van anderen in het belang van een zo efficiënt mogelijke planning van de communicatie-activiteiten; 3. Op gepaste manier vergaderingen, briefings en presentaties kan organiseren, van voorbereiding over logistieke ondersteuning tot opvolging ervan; 4. Op gepaste manier met een vooraf bepaald budget een project (campagne, persmededeling, evenement, ...) kan organiseren. BELEIDSADVISEUR/ONDERNEMER Als beleidsondersteuner/-adviseur of als dienstenleverancier aan het management kan de jonge professional de visie, strategie van het management begrijpen, de draagwijdte ervan vatten zodat hij de implementatie ervan adequaat kan ondersteunen. Hij kan een advies formuleren en verantwoorden op basis van beroepsgebonden informatie en zo bijdragen tot de beleidsvoering. Als dienstenleverancier aan interne en externe klanten kan hij klantgericht handelen en de klantgerichtheid bewaken. 1. Het management advies kan geven over de implementatie van het beleid op gebied van informatieverwerving, -verwerking en -beheer, op gebied van interne en externe communicatie van informatie en op gebied van organisatie; 2. Het hem toebedeelde budget (communicatiebudget, budget voor organisatie evenement, mediabudget, ...) goed kan beheren: uitgaven kan controleren en nodige documenten, facturen correct afhandelen; 3. Eenvoudige leidinggevende taken kan uitvoeren: een werkplanning opmaken, een vergadering leiden en doelgericht handelen bij anderen bevorderen. KWALITEITSBEWAKER Als kwaliteitsbewaker kan de jonge professional bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen instaan voor de kwaliteit van zijn eigen werkuitvoering. 1. De kwaliteitszorg integraal kan toepassen: hij kan de effectiviteit en de efficiëntie van zijn plannen sturen, controleren, bijsturen en zelf tot nieuwe inzichten en procedures komen (PDCA). Hij controleert daarbij voortdurend input (gegevens bij start), throughput (proces) en output (resultaten); 2. Een kwaliteitsvolle redenering kan opbouwen, waarbij hij rekening houdt met beroepsspecifieke inzichten, ervaringen, bevindingen en gewoonten; 3. Het eigen functioneren kritisch kan evalueren en eventueel bijsturen. Op basis van deze reflectie streeft hij ook naar een verdere (levenslange) ontwikkeling van de eigen competenties; 4. Nieuwe ontwikkelingen in het werkveld kan volgen, zich eigen maken, en op basis daarvan innoverende voorstellen kan doen; 5. Een breed gamma aan concrete beroepsspecifieke problemen met creativiteit en flexibiliteit kan oplossen; kan inschatten wanneer een beroep gedaan moet worden op externe deskundigheid om de gewenste kwaliteit te halen; 6. Goed kan inschatten in hoeverre hij de werkuitvoering volledig zelfstandig kan en mag afhandelen, hoeveel initiatief hij zelf kan en mag nemen en ook de impact van zijn initiatief goed kan inschatten; 7. Zelfstandig een taak kan aanvatten en afwerken, zelfstandig over het proces en de resultaten kan rapporteren; zijn eigen aanpak kan verantwoorden; 8. Taken kan uitvoeren met aandacht voor alle deelelementen, hoe klein ook, zodat hij een hoge mate van correctheid en volledigheid in gegevens en procedures bereikt; 9. Het belang van geïntegreerde communicatie kan inschatten, verdedigen en de kwaliteit ervan constant bewaken, en dit voor zowel reclame-, public relations-, interactieve- als eventcampagnes; 10. Erover kan waken dat de 5 fasen van een campagne (onderzoek, strategie, creatie en productie, mediaplanning en presentatie) volgens de in het beroepenveld vigerende kwaliteitscriteria worden nageleefd en toegepast. Als kwaliteitsbewaker kan de jonge professional bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen een bijdrage leveren tot het verbeteren van de kwaliteit van zijn beroepsomgeving. 1. Een bijdrage kan leveren tot de kwaliteit van relaties met alle stakeholders van zijn beroepsomgeving doordat hij zich gemakkelijk kan inleven in de anderen en van daaruit klantgericht kan denken en handelen. Hij kan goed inschatten welke informatie aan wie doorgegeven kan worden; 2. In een (multicultureel, multidisciplinair) team een constructieve inbreng kan hebben met respect voor de inbreng van de anderen; 3. Ethische, deontologische of maatschappelijke vragen in zijn beroepscontext kan onderkennen en hierbij een beredeneerd standpunt kan innemen.