Lessius Mechelen ects

Hoofdpagina | Bachelor in het toerisme en het recreatiemanagement

Binnenlandse Stage

Docenten

• Van de Poel Curt

Onderwijstaal

• Nederlands

Onderwijsvorm

• Stage/praktijkoefening

Begincompetentie

Alle eindcompetenties van de verschillende opleidingsonderdelen van het eerste en tweede programmajaar en het eerste semester van het derde programmajaar moeten reeds verworven zijn.

Eindcompetentie

Leerresultaten

Doordat de stages in verschillende bedrijven/instellingen plaatsvinden, is het onmogelijk om deze competenties per bedrijf/instelling te vertalen.  Volgende formuleringen zijn alvast een goede samenvatting.

1) De student verzamelt op efficiënte wijze (meertalige) gegevens via gepaste ICT-tools en verwerkt ze tot in beroepscontext direct bruikbare informatie.  Hij beheert bovendien deze informatie en laat dit doorstromen naar anderen.

2) De student voert een verkoopgesprek op een gepaste manier. Hij handelt een (telefonisch) gesprek op correcte wijze af.

3) De student plant zijn werk in tijd, stelt prioriteiten en haalt deadlines, ook als hij onder (zware) stress staat.

4) De student handelt als ondernemer klantgericht (t.o.v. interne en externe klanten) en bewaakt de klantgerichtheid.

5) De student staat bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen in voor de kwaliteit van zijn eigen werkuitvoering. Hij levert bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen een bijdrage tot het verbeteren van de kwaliteit van zijn beroepsomgeving.

Inhoud

Afhankelijk van de stageplaats

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Toledo (Digitale leeromgeving)

• Opdrachten en studiemateriaal op Toledo

Evaluatie

De beoordeling van de stagiair komt tot stand door zowel inbreng van stagementor als stagebegeleider en berust niet alleen op product-, maar ook op procesevaluatie. Het eindcijfer voor de stage is voor 80 % gebaseerd op de beoordeling die de mentor van het stagebedrijf aan de stagiair geeft: instapevaluatie 20% en eindevaluatie 60%. De criteria die voor de beoordeling gebruikt worden, weerspiegelen competenties die nodig zijn voor het werkveld van de opleiding. Op een puntenschaal geeft de stagementor aan in hoeverre de student de competenties beheerst. Voor elk punt van de schaal is een algemene omschrijving voorzien, zodat de mentor zeer goed op de hoogte is van wat de opleiding met de aangeduide waarde precies bedoelt. Een gelijkaardig document gebruikt de mentor voor de tussentijdse evaluatie, met feedback.



De stagebegeleider beoordeelt de reflectie van de student (stageverslaggeving 20%) op basis van:

— de zorgvuldigheid waarmee alle documenten zijn ingevuld;

— het respecteren van de deadline voor het inleveren van het stageverslag;

— de actieve deelname van de student aan het terugkommoment, de groepsgesprekken en de individuele gesprekken;

— de maandelijkse rapportering via e-mail;

— de verzamelde modeldocumenten ter ondersteuning van de stagewerkzaamheden;

— de notities in het stagedagboek;

— de taal in alle documenten (standaardtaal, geen spellingfouten, leesbare en duidelijke formulering);

— het eindevaluatiegesprek.



Door de aard van het opleidingsonderdeel is de organisatie van een tweede examenkans praktisch niet mogelijk.