Hoofdpagina | Bachelor in het officemanagement
Duits 2
Bachelor in het officemanagement |
2011-12 |
nvt |
OM_3413 |
3 |
90 uur |
Eerste Programmajaar |
Ja |
Ja |
Ja |
Verplicht |
Punt op 20 |
Ja |
|
Docenten
Onderwijstaal
Onderwijsvorm
- Hoorcollege
- Oefensessie
- Practicum
- Werkcollege
- Zelfstudie
Begincompetentie
Duits 1 Initiatie
Eindcompetentie
Leerresultaten
1.A. Als informatiebeheerder kan de jonge professional met de gepaste ICT-tools ev. meertalige gegevens efficiënt verzamelen, verwerken tot in beroepscontext bruikbare informatie, die beheren en doen doorstromen naar anderen. 2.A. Als (meertalige) communicator toont de jonge professional aan dat hij via de geijkte kanalen een boodschap in verschillende talen zowel mondeling als schriftelijk aan de juiste doelgroep kan doorgeven; die boodschap bevat accurate, duidelijke, (qua vormgeving) aantrekkelijke informatie, aangepast aan de specifieke doelgroep. Hij kan voor opvolging zorgen indien nodig.
3.C. De jonge professional kan zijn werk in tijd plannen, prioriteiten stellen, deadlines halen, ook als hij onder (zware) stress staat.
5.A. Als kwaliteitsbewaker kan de jonge professional bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen instaan voor de kwaliteit van zijn eigen werkuitvoering.
Concreet betekent dat voor Duits 2 Communicatie (1.1-1.3-1.5-2.1-2.2-2.8-3.2-5.1-5.3-5.8-5.9-5.11):
1. Luisteren (niveau A2): - De student begrijpt de belangrijkste punten in korte duidelijke boodschappen (bijv. antwoordapparaat), aankondigingen en gesprekken met algemene inhoud, indien er langzaam en duidelijk wordt gesproken.
2. Lezen (niveau A2): - De student verstaat, eventueel met behulp van een woordenboek, korte informatieve teksten rond alledaagse, vaak ‘landeskundliche’ thema’s die hem vertrouwd zijn en toetst de informatie aan zijn eigen cultuur. - De student zoekt zelf bijkomende informatie rond deze thema’s op aangereikte websites.
3. Spreken (niveau A2): - De student neemt actief deel aan eenvoudige gesprekken over hem vertrouwde onderwerpen waarbij het spreektempo laag ligt en hij geholpen wordt bij het formuleren.
4. Schrijven (niveau A1-A2): - De student kan gevonden informatie in een sjabloon verwerken, waarbij hij voldoende aandacht heeft voor grammaticale correctheid van bestudeerde topics.
5. Attitude: - De student verwerkt zelfstandig een eenvoudig woordenschatpakket en houdt hierbij rekening met timing. - De student benut de stimuli die hem via workshops en portfolio-opdrachten aangereikt worden om zijn taalkennis Duits uit te bouwen.
Inhoud
Grammatica: basisgrammatica (o.m. Kasus, Artikel, Substantiv, Adjektiv, Verb, Pronomen, Präposition)
Woordenschat: een ruime basiswoordenschat i.v.m. algemene thema's en het bedrijfsleven
Spreken en luisteren: dialogen over algemene en zakelijke onderwerpen; eenvoudige telefoongesprekken
Lezen en schrijven: leesvaardigheidsstrategieën toegepast op artikels over Duitstalige landen en algemene maatschappelijke onderwerpen , basis van correspondentie (mail/brief om informatie aan te vragen/te geven) Portfolio-opdrachten als uitgangspunt voor de invulling van de begeleidingsuren. Hier wordt ook met niveaugroepen gewerkt.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Cursussen
Handboeken
- Alles Im Griff Minigrammatik 982020055
- Orientierungskurs Deutschland
- Redemittel und Grammatik zu "Sprechen Sie mit?"
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Evaluatie
Eerste examenkans: Tweede examenperiode (juni): Mondeling examen 50%.
Indien het portfolio niet of laattijdig wordt ingediend, verliest de student de punten voor het portfolio.
Eerste examenkans Tweede examenperiode (juni) Schriftelijk examen 50%.
Indien voor het schriftelijk deel 7/20 of minder behaald wordt, kan het eindcijfer niet hoger zijn dan 9/20.
Indien voor het schriftelijk deel 6/20 of minder behaald wordt, kan het eindcijfer niet hoger zijn dan 7/20.
Tweede examenkans Derde examenperiode (augustus) Mondeling examen 50%
Tweede examenkans Derde examenperiode (augustus) Schriftelijk examen 50%.
Indien voor het schriftelijk deel 7/20 of minder behaald wordt, kan het eindcijfer niet hoger zijn dan 9/20.
Indien voor het schriftelijk deel 6/20 of minder behaald wordt, kan het eindcijfer niet hoger zijn dan 7/20.
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Schriftelijk examen | 50% | | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Mondeling examen | 50% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 50% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Mondeling examen | 50% | |