Lessius Mechelen ects

Hoofdpagina | Bachelor in de interieurvormgeving

Interieurvormgeving 1

Docenten

• Van Gheel Inge
• Van Vossel Jimmy
• De Wit Jan
• Baré Colette
• Lathouwers Greetje
• Ooms Koen
• Slijper Eveline
• De Rijck Luc
• de Waal Annick
• Delforge Helene

Onderwijstaal

• Nederlands

Onderwijsvorm

• Practicum

Begincompetentie

Eindtermen secundair onderwijs

Eindcompetentie

Leerresultaten

Na het doorlopen van semester 1 en 2 van het opleidingsonderdeel interieurvormgeving:

- De student heeft zich verschillende ontwerpvaardigheden eigen gemaakt, m.n. het creatief omgaan met een probleemstelling, het analyseren van de opgegeven randvoorwaarden, het komen tot een concept, het vormelijk, functioneel, summier technisch en ergonomisch uitwerken van een idee. Dit doet hij /zij aan de hand van een aantal opeenvolgende opdrachten, die elk een specifieke doelstelling hebben (zie verder).

- De student is in staat om een logisch denk- en ontwerpproces op te bouwen en dit ook als dusdanig te communiceren aan de hand van verschillende voorstellingstechnieken (schetsboek, procespresentatiepaneel, plannen, doorsnedes,...)

- De student geeft blijk van een innovatief denkproces, dat er op gericht is vernieuwende oplossingen aan te bieden voor opgegeven probleemstellingen.

Inhoud

In semester 1 en 2 worden gedurende de verschillende opdrachten verschillende ontwerpinsteken belicht. De uiteindelijke eindopdracht in het tweede semester is een synthese van alle eerder aangereikte ontwerpitems.  Opdracht 1: Brainstorm In deze eerste opdracht worden een aantal methodieken aangereikt om creatief om te gaan met een probleemstelling (loskomen van gekende oplossingen, kritisch ingesteld zijn t..o.v. evidenties) om zo de angst voor ‘het witte blad’ te overwinnen. 

Opdracht 2: Abstractie/Analyse In de loop van deze opdracht leert de student door abstractie en analyse van de verschillende aspecten van de opdracht tot een functioneel, vormelijk en ruimtelijk idee te komen.

Opdracht 3: Context In opdracht 3 leert de student bewust kijken naar zijn ruimtelijke omgeving om zo vormelijke en ruimtelijke potenties te ontdekken in een opgegeven en gekende context.

Opdracht 4: Organisatie Opdracht 4 heeft tot doel het leren omgaan met strikte programma-eisen en deze te vertalen naar een vormelijk interessant geheel met ruime aandacht voor ergonomie en functies.

Opdracht 5: Synthese-opdracht In deze eindopdracht, waarin een beperkt woonprogramma moet gerealiseerd worden in een gelijkvloerse woning, worden alle voorafgaande ontwerpinsteken samengebracht. De student leert een concept uit te werken op basis van brainstorm en analyse van probleemstelling, context en programma. Het ontwerp dient op een relevante, samenhangende en visueel boeiende wijze gepresenteerd te worden.

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Toledo (Digitale leeromgeving)

• Opdrachten en studiemateriaal op Toledo

Uitrustings- en werkmateriaal

• Praktijkmateriaal

Evaluatie

Door de aard van het opleidingsonderdeel is de organisatie van een tweede examenkans niet mogelijk. Op dit opleidingsonderdeel zijn de tolerantieregels niet van toepassing.



Tussentijdse evaluaties praktijkvakken:

De eindbeoordeling van de ontwerpvakken wordt samengesteld uit de verschillende beoordelingen die worden toegekend in de loop van het academiejaar.

De tussentijdse beoordeling en/of de neerslag ervan zijn ter beschikking. Ze worden overhandigd op vraag van de student.



Eigendom:

Alle oefeningen (werkstukken, tekeningen, maquettes, prototypes,...) blijven eigendom van de school.



Afwezigheden evaluaties praktijkvakken:

Indien de student niet tijdig afgeeft, te laat komt of afwezig blijft op een evaluatie/tussenevaluatie zonder voorafgaandelijke afspraken met de vaktitularis krijgt hij/zij een 0 (nul) als beoordeling. Bij gewettigde afwezigheid (ziekte of afwezigheid door omstandigheden) wordt het secretariaat verwittigd vóór 8.30 uur en worden alle documenten ingeleverd vóór 12.00 uur. Er wordt voor de student een ander jurymoment vastgelegd tijdens de juryweek om zijn werk alsnog te kunnen presenteren. Het tijdig ingeleverde werk zal in ieder geval, met of zonder presentatie door de student, door de juryleden beoordeeld worden op het resultaat. Deze beoordeling houdt geen rekening met de omstandigheden. Zo deze omstandigheden het beoordelingscijfer beïnvloed hebben, zal dit meegedeeld worden aan de examencommissie. De examencommissie stelt hierop het definitieve beoordelingscijfer vast.

Examenperiode:

Voor het jury-examen wordt er elk academiejaar slechts één examenperiode georganiseerd.

Het werk moet in de tweede examenperiode verdedigd worden. Om uitzonderlijke redenen, die door de examencommissie beoordeeld worden, kan het eindwerk voorgebracht en verdedigd worden in de derde examenperiode.