Hoofdpagina | Avond- en weekendopleiding - Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
Communicatie
Avond- en weekendopleiding - Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs |
2011-12 |
nvt |
BALLOA_2164 |
3 |
90 uur |
Eerste Programmajaar |
Ja |
Ja |
Ja |
Verplicht |
Punt op 20 |
Ja |
|
Docenten
- Potters Steve
- Verbruggen Veerle
Onderwijstaal
Onderwijsvorm
Begincompetentie
eindcompetenties secundair onderwijs
Eindcompetentie
BALLO_01.08 | 1.8 - De leerkracht kan observatie en evaluatie voorbereiden. | Elementair niveau |
BALLO_01.09 | 1.9 - De leerkracht kan observeren en het proces en product evalueren met het oog op bijsturing, remediëring en differentiatie. | Elementair niveau |
BALLO_01.12 | 1.12 - De leerkracht kan omgaan met de diversiteit van de groep. | Elementair niveau |
BALLO_02.1 | 2.1 - De leerkracht kan in overleg een positief leefklimaat creëren voor de leerlingen in de groep en op school. | Elementair niveau |
BALLO_02.2 | 2.2 - De leerkracht kan de emancipatie van de leerlingen bevorderen. | Elementair niveau |
BALLO_02.3 | 2.3 - De leerkracht kan door attitudevorming leerlingen op individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie voorbereiden. | Elementair niveau |
BALLO_02.5 | 2.5 - De leerkracht kan adequaat omgaan met leerlingen in sociaal-emotionele probleemsituaties en met leerlingen met gedragsmoeilijkheden. | Elementair niveau |
BALLO_02.6 | 2.6 - De leerkracht kan de fysieke en geestelijke gezondheid van de leerlingen bevorderen. | Elementair niveau |
BALLO_02.7 | 2.4 - De leerkracht kan communiceren met leerlingen met diverse taalachtergronden in diverse talige situaties. | Elementair niveau |
BALLO_06.1 | 6.1 De leerkracht kan zich informeren over en discreet omgaan met gegevens over de leerling. | Elementair niveau |
BALLO_06.2 | 6.2 De leerkracht kan met ouders of verzorgers communiceren over het kind in de school op basis van overleg met collega's of externen. | Elementair niveau |
BALLO_06.4 | 6.4 De leerkracht kan met ouders of verzorgers dialogeren over opvoeding en onderwijs. | Elementair niveau |
BALLO_07.1 | 7.1 De leerkracht kan overleggen en samenwerken binnen het schoolteam. | Elementair niveau |
BALLO_07.3 | 7.3 De leerkracht kan de eigen pedagogische en didactische opdracht en aanpak in het team bespreekbaar maken. | Elementair niveau |
BALLO_11_A2 | A2. relationele gerichtheid: in contacten met anderen kenmerken van echtheid, aanvaarding, empathie en respect tonen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A3 | A3. kritische ingesteldheid: bereid zijn zichzelf en zijn omgeving ter discussie te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de wenselijkheid en haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A4 | A4. leergierigheid: actief zoeken naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A6 | A6. zin voor samenwerking: bereid zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken. | Elementair niveau |
BALLO_11_A7 | A7. verantwoordelijkheidszin: zich verantwoordelijk voelen voor de school als geheel en het engagement aangaan om een positieve ontwikkeling van het kind te bevorderen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A8 | A8. flexibiliteit: bereid zijn zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden, zoals middelen, doelen, mensen en procedures. | Elementair niveau |
Leerresultaten
De leraar als PERSOON handelt als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen. Empathie, kritische ingesteldheid aanwenden in de pedagogische context. Vanuit inzicht in een aantal communicatiewetten is de student zich bewust van het effect van zijn relationeel handelen op het welzijn van leerlingen. De student verwerft een basisattitude gebaseerd op de grondhoudingen empathie, onvoorwaardelijke positieve aanvaarding en echtheid. De student is in staat de behoeften en gevoelens van leerlingen te benoemen en te spiegelen. De leraar als OPVOEDER kan een pedagogisch professionele relatie aangaan met leerlingen, ouders of verzorgers en het schoolteam. De student ontwikkelt een aantal relationele basisvaardigheden zoals goed leren observeren, een luisterhouding aannemen, actief luisteren en stellen van adequate vragen. De student onderkent welke vaardigheden nodig zijn in de verschillende soorten begeleidingssgesprekken en richt zo de inhoud van het gesprek op het gespreksdoel. De student omschrijft zijn eigen non-verbale communicatie en koppelt deze van anderen terug. De leraar als PARTNER VAN OUDERS OF VERZORGERS levert een bijdrage aan het bevorderen van de kwaliteit van de opvoeding. Vanuit een aantal theoretische kaders reflecteert de student kritisch over de kwaliteit van hun relationele handelen. De leerkracht als LID VAN HET SCHOOLTEAM werkt intra- en interprofessioneel samen om de visie en de doelen van de pedagogische opdracht te realiseren. Medestudenten begeleiden. De student geeft op een gepaste manier feedback.
Inhoud
Een analyse en uitdieping van relationele en communicatieve aspecten binnen de leerkracht- leerlingrelatie is essentieel binnen de opleiding. Dit kan de impact van deze aspecten binnen de relatie en benadering versterken, wat het psychisch welbevinden van leerlingen enkel maar ten goede kan komen. In deze cursus worden een aantal basisvaardigheden ontwikkeld die essentieel zijn voor het uitbouwen van een hulpverleningsrelatie: goed observeren, de juiste vragen stellen, ik-boodschappen en feedback formuleren, zich inleven en het voeren van slecht-nieuws, advies- of verwijsgesprekken. Deze vaardigheden betekenen echter niets als ze niet gefundeerd zijn op een therapeutische grondhouding. Zonder deze worden de vaardigheden pure routinehandelingen, die snel doorprikt zullen worden door hulpvragers. In de cursus wordt dan ook veel aandacht besteed aan verschillende dimensies van deze sociale attitude (grondhouding) nl. de principes van ‘onvoorwaardelijke positieve aanvaarding’, ‘echtheid’ en ‘empathie’. Tevens worden een aantal theoretische kaders toegelicht, van waaruit gesprekken kritisch kunnen geëvalueerd worden, zoals het acceptatieschema van Gordon, de axenroos van Cuvelier en de theorie over communicatieniveaus.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Cursussen
Evaluatie
Om te slagen voor dit opleidingsonderdeel dien je 10/20 op het totaal te behalen. Indien je op 1 van de afzonderlijke delen (examen - opdracht) minder dan 7/20 behaalt ben je niet geslaagd voor het geheel van het opleidingsonderdeel.
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Schriftelijk examen | 70% | | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Opdrachten | 30% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 70% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | 30% | |