Lessius Mechelen ects

Hoofdpagina | Bachelor in het informaticamanagement en de multimedia

Business Intelligence

Docenten

• Tubbax Hans

Onderwijstaal

• Nederlands

Onderwijsvorm

• Werkcollege
• Zelfstudie

Begincompetentie

Eindtermen van opleidingsonderdeel Databanken 2 en Bedrijfsinformatiesystemen zijn wenselijk.

Eindcompetentie

Leerresultaten

1.   De student is in staat een bedrijfskundige vraag van de "business" te interpreteren en een zinvolle analyse en rapportage hiervoor op te stellen.
2.   De student heeft inzicht in de rapporteringsmogelijkheden die nu ter beschikking staan van het management.
3.   Heeft inzicht in de samenhang van transactionele systemen, een datawarehouse, OLAP-tools en datamining.
4.   Begrijpt de eigenheden van multidimensionale gegevensstructuren.
5.   Begrijpt hoe multidimensionale doorlichting van cijfers kan bijdragen in het managementproces.
6.   De student ziet in hoe rapporten herbruikbaar kunnen gemaakt worden.
7.   Is in staat om een OLAP-model te maken dat beantwoordt aan gegeven functionele vereisten, met de nodige aandacht voor: dimensies, hiërarchieën en meerdere gegevensbronnen.
8.   Kan pro-actief nadenken vanuit de behoeftes van de business.
9.   Kan een OLAP-tool praktisch hanteren vanuit een managersperspectief (exploratie en ad hoc analyse).
10.   Kan standaard OLAP-rapporten op maat maken.

Inhoud

Inleiding tot OLAP (Online Analytical Processing) Gebruik van een OLAP-tool (Online Analytical Processing). Deze tool laat analyse van bedrijfsgegevens toe via multidimensionele kubussen.

De student dient hierbij:
o inzicht te hebben in de rapporteringsmogelijkheden die nu ter beschikking staan van het management.
o inzicht te hebben in de samenhang van transactionele systemen, een datawarehouse en OLAP-tools.
o te begrijpen hoe multidimensionale doorlichting van cijfers kan bijdragen in het managementproces.
o in te zien hoe rapporten herbruikbaar kunnen gemaakt worden.
o inzicht te hebben in de eigenheden van multidimensionale gegevensstructuren. Enerzijds moet hij met een OLAP tool in de rol van bedrijfsmanager een bedrijfskundig probleem kunnen onderzoeken, anderzijds moet hij in de rol van ITer a.d.h.v. een behoeftenanalyse een multidimensionaal model kunnen ontwerpen en implementeren.

Dit betekent:
o een OLAP-tool praktisch kunnen hanteren vanuit een managersperspectief (exploratief zoekend naar beleidsinformatie).
o een bedrijfskundige vraag van de "business" kunnen interpreteren en een zinvolle analyse en rapportage hiervoor kunnen opstellen.
o OLAP-rapporten op maat kunnen maken.
o een OLAP-model kunnen maken en opvullen zodanig dat de kubus beantwoordt aan gegeven functionele vereisten.

Naast het praktische gedeelte dienen de studenten het verplichte theorie boek te kennen (lectuur boek Corporate Performance Management) en als zelfstudie te verwerken parallel aan de lessen.

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Handboeken

• Corporate Performance Management

Toledo (Digitale leeromgeving)

• Opdrachten en studiemateriaal op Toledo

Evaluatie