Hoofdpagina | Bachelor in het informatiemanagement en de informatiesystemen

Hogere programmeertalen 2


Studiepunten4Creditcontract mogelijkJa
Programmajaar2Examencontract mogelijkJa

Docenten

  • Jacobs Ivo

Onderwijsvorm

  • Groepswerk
  • Practicum

Begincompetentie

Basiskennis van sql en van de basisstructuren van een programmeertaal.

Eindcompetentie


1. BEROEPSROL: INFORMATIEBEHEERDER
1.A. De jonge professional spoort met de gepaste ICT-tools alle soorten informatiebronnen op, selecteert daarin efficiënt de relevante gegevens, verwerkt deze tot in beroepscontext direct bruikbare informatie en doet deze doorstromen naar anderen.
1.C. De jonge professional organiseert de informatie-infrastructuur.

1.2. De jonge professional zet functionele specificaties om naar een praktische implementatie.
1.5. De jonge professional vertaalt technische specificaties naar een procedureel of object-georiënteerd script.
1.7. De jonge professional maakt in een Client/Server omgeving een applicatie volgens een gescheiden lagenmodel (3-tier), d.w.z.:
• een user interface uitwerken en beoordelen met oog voor ergonomische, functionele en communicatieve aspecten,
• bedrijfslogica implementeren met technieken zoals serverside scripting en
• een databank construeren en aanspreken volgens de geldende regels.


2. BEROEPSROL: COMMUNICATOR
2.A. De jonge professional communiceert omtrent een project zowel mondeling als schriftelijk, in Nederlands, Frans en Engels, professioneel met alle betrokken partijen.
2.B. De jonge professional bepaalt voor een vooropgestelde boodschap en doelgroep de aangewezen communicatiekanalen en vormt daarvoor een geschikte communicatiestructuur.


2.1. De jonge professional communiceert vlot, durft vragen stellen, kan probleemoplossend denken en durft hulp inroepen bij het bespreken van een opdracht.
2.2. De jonge professional kan zijn project vlot duiden, alsook de wijze waarop de invulling ervan tot stand kwam. Hij geeft een onderbouwde presentatie over de inhoudelijke, technische en financiële facetten van het werk.
2.4. De jonge professional functioneert constructief in een (multicultureel, multidisciplinair) team, met respect voor de inbreng van de anderen.
2.5. De jonge professional communiceert in Nederlands, zowel mondeling als schriftelijk, met medewerkers opdrachtgevers, …
2.6. De jonge professional documenteert beroepsspecifieke informatie, ideeën, problemen en oplossingen en communiceert deze zowel aan specialisten als aan leken (zowel schriftelijk als via een presentatie).



3. BEROEPSROL: ORGANISATOR/COÖRDINATOR

3.B. De jonge professional plant zijn werk in tijd, stelt prioriteiten en haalt deadlines, ook als hij onder (zware) stress staat.


3.2. De jonge professional onderscheidt hoofd- en bijzaken, en stelt op basis daarvan prioriteiten.
3.3. De jonge professional maakt een werkplanning op en volgt deze ook effectief.
3.4. De jonge professional leert efficiënt te blijven functioneren onder (redelijk) zware werkdruk.


4. BEROEPSROL: BELEIDSADVISEUR/ONDERNEMER
4.A. De jonge professional begrijpt de visie en managementstrategie en vat de draagwijdte ervan zodat hij de implementatie ervan adequaat kan ondersteunen.
4.C. Als dienstenleverancier aan interne en externe klanten handelt de jonge professional klantgericht en bewaakt hij de klantgerichtheid.

4.1. De jonge professional formaliseert inhoudelijke, technische en financiële facetten van het werk (business-case) in een offerte.
4.3. De jonge professional doet kostprijscalculatie en budgetbeheer in het kader van een project.
4.4. De jonge professional kweekt affiniteit met technologieën en leveranciers.
4.8. De jonge professional stemt de ICT af op de business, soms ook value-chain genaamd.



5. BEROEPSROL: KWALITEITSBEWAKER
5.A. De jonge professional staat bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen in voor de kwaliteit van zijn eigen werkuitvoering.
5.B. De jonge professional levert bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen een bijdrage tot het verbeteren van de kwaliteit van zijn beroepsomgeving.

5.1. De jonge professional ontwikkelt en bekwaamt zich en blijft alert voor nieuwe ontwikkelingen in het vakgebied.
5.4. De jonge professional werkt accuraat, met aandacht voor alle relevante details.
5.5. De jonge professional begrijpt een probleemsituatie van een eindgebruiker en komt via een systematische aanpak tot een al dan niet tijdelijke oplossing.
5.6. De jonge professional spoort analytisch en gestructureerd de oorzaken van problemen op en stelt definitieve oplossingen voor.
5.11. De jonge professional benadert creatief en daadkrachtig de beroepsspecifieke problemen (bv. operationele problemen bij implementatie van een nieuw systeem).



Inhoud

VB.NET 2005 (2008): Grafische user interface, coderen van algoritmes, coderen binnen een event-driven omgeving, bij het coderen gebruik maken van de systeemklassen van VB.NET, coderen van ADO.NET om databankconnecties te realiseren. OO-concepten toepassen. Inleiding 3-layer structuur.

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Handboeken

  • Nog te bepalen

Toledo (Digitale leeromgeving)

  • Online studiemateriaal

Evaluatie

Eerste examenkansTweede examenperiode (juni)Opdrachten100%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Mondeling examen met computer100%