Hoofdpagina | Bachelor in het bedrijfsmanagement
Macro-economie
Bachelor in het bedrijfsmanagement |
2011-12 |
nvt |
BM_3403 |
3 |
90 uur |
Derde Programmajaar |
Ja |
Ja |
Ja |
Verplicht |
Punt op 20 |
Ja |
|
Docenten
Onderwijstaal
Onderwijsvorm
Begincompetentie
Er zijn geen specifieke begincompetenties vereist.
Eindcompetentie
BM_AC_02 | BM_AC_02 - Opbouwen van een kwaliteitsvolle redenering. | Integratieniveau |
BM_AC_03 | BM_AC_03 - Informatie verwerven en verwerken | Integratieniveau |
BM_BAF_10 | BM_BAF_10 - Ondersteunen van het bedrijfsbeleid. | Integratieniveau |
BM_BFV_05 | BM_BFV_05 - Ondersteunen van het bedrijfsbeleid. | Integratieniveau |
Leerresultaten
'Macro-economie' richt zich op studenten die een leidinggevende positie of managementpositie in de handel, industrie of bij de overheid gaan vervullen. 'Macro-economie' heeft tot doel studenten een macro-economisch analysekader aan te reiken dat hen in staat moet stellen een gefundeerd oordeel te vellen over verschillende macro-economische vraagstukken. Hierbij staan de verschillende interacties tussen de macro-economische grootheden centraal (inflatie, tewerkstelling, werkloosheid, economische activiteit, economische groei, intrestniveau, ...). In 'Macro-economie' verkennen we de impact van het overheidsbeleid op de algemene bedrijfsomgeving.
Inhoud
In 'macro-economie komen de volgende thema's aan bod:
a. Rol van de overheid in de economie: instrumenten en doelstellingen van het overheidsbeleid.
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) rol van de overheid; (2) overheidsbeleid: definitie en typologie; (3) efficiëntie, effectiviteit en doelbereiking van overheidsbeleid; (4) verantwoordelijkheid van economisch beleid; (5) doelstellingen van overheidsbeleid en indicatoren van overheidsbeleid; (6) conflicten in overheidsdoelstellingen; (7) overheidsinstrumenten: definitie en typologie en (8) overheidsdomeinen.
b. Hoe ontstaat beleid en is beleid te verklaren?
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) model van de beleidscyclus (en gedetailleerde bespreking van de verschillende fasen); (2) theorie van de ideologische conjunctuurcyclus; (3) theorie van de electorale conjunctuurcyclus; (4) theorema van de mediaankiezen en (5) politieke instituties als verklaring voor overheidsbeleid.
c. Budgettair beleid
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) definiëring en typologie van overheidsbeleid; (2) verklaringen voor de toenemende overheidsuitgaven (Wagner, Peacock en Wieseman, Baumol, politieke vraagtheorieën, bureaucratische aanbodtheorieën); (3) budgettaire saldo's (financieringssaldo's, structurele begrotingssaldo's en conjunctuurgezuiverde begrotingssaldo's); (4) kenmerken van de overheidsschuld; (5) dynamiek van de overheidsschuld (rentesneeuwbal en stabilisatie/groei/afname van schuldratio's); (6) Laffer-curve; (7) stabiliteits- en groeipact; (8) criteria van Maastricht; (9) automatische stabilisatoren; (10) Barro-effecten; (11) Haavelmo-effect; (12) currency traps; (13) schuldkwijtschelding en schuldherschikking; (14) typologie van financiële crissen (en ontstaan) en (14) relatie belastingen en groei van de economie.
d. Monetair beleid
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) rol van centrale banken in de economie; (2) definiëring en typologie van monetair beleid; (3) het monetaire beleidsinstrumentarium; (4) strekking van het monetair beleid; (5) methoden ter bepaling van het monetair beleid; (6) formule van Taylor (toelichting en praktijkvoorbeelden); (7) transmissiemechanisme van monetair beleid; (8) politieke en economisch geloofwaardigheid van centrale banken; (9) relate monetair beleid en de bedrijfsomgeving en (10) de onmogenlijke driehoek van het monetair beleid.
e. Motoren van economische activiteit (reële sfeer) en de geldmarkten
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) private consumptie, spaarquote en beschikbaar inkomen; (2) private investeringen; (3) overheidsuitgaven; (4) Export en import; (5) theorie van de koopkrachtlekken en de koopkrachtinjecties; (6) afleiding van de IS-curve; (7) multiplicator- en acceleratorwerking; (8) werking van de geldmarkten (vraag en aanbod naar geld); (8) afleiden van de LM-curve; (9) interactie tussen IS en LM en (10) verschuivingen van IS en LM.
f. Het ISLM model: toelichten en gevalstudies
Toelichting van de werking van het ISLM model op basis van gevalstudies ontleend aan de praktijk. Analyse van de evenwichten en standpuntanalyse.
g. Aggregatief aanbod en aggregatieve vraag (AA-AV model)
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) AV-curve: afleiding, verklaring en opbouw; (2) AA-curve: afleiding, verklaring en opbouw; (3) initieel macro-economisch evenwicht (onder normale omstandigheden, korte termijn, lange termijn, onder capaciteitsoverschotten en onder capaciteitstekorten); (4) toepassingen van het AA-AV model (ontleend aan de realiteit); (5) overheidsbeleid door middel van aggregatief aanbodbeleid (definiëring, mogelijkheden en gevolgen); (6) overheidsbeleid door middel van aggregatief vraagbeleid (definiëring, mogelijkheden en gevolgen), (7) AA-AV op korte termijn en op lange termijn; (8) Lucas kritiek en (9) AA-AV modellen onder de voorwaarden van verwachtingen die wijzigen (nieuw-Keysensianen en nieuw-klassieken) en voor verwacht en onverwacht beleid.
h. Inflatie
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) definiëring van inflatie; (2) maatstaven ter meting van inflatie; (3) inflatiestadia; (4) oorzaken van inflatie; (5) relatie tussen inflatie, loonkosten en productiviteit op macro-economisch gebied; (6) overheidsbeleid ten aanzien van inflatie: definitie en beleid in functie van de oorzaken; (7) Phillipscurve op korte termijn en op lange termijn en (8) augmented Phillipscurve en gevolgen voor het monetair beleid.
i. Conjunctuur en economische groei
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) conjunctuur: definitie; (2) types van conjunctuurgolven; (3) oorzaken van verschillen in timing en intensiteit van conjunctuurgolven; (4) conjunctuurfasen; (5) recessie: definitie, vormen en gevolgen; (6) alternatieve conjunctuurverklaringen; (7) conjunctuurindicatoren: definitië en typologie (met speciale aandacht voor de inverse rentecurve); (8) economische groei; (9) Cobb Douglas productiefuncties ter verklaring van economische groei; (10) growthaccounting; (11) theoretische modellen ter verklaring van economische groei (Harrod-Domar, Solow & Lucas-Romer) en (12) mogelijk overheidsbeleid.
j. Wisselkoersbeleid
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) types van wisselkoersen (bilaterale wisselkoersen, nominal effective exchange rate en real effective exchange rate); (2) beïnvloende factoren van wisselkoersen (lange termijn en volgens Shapiro); (3) absolute en relatieve koopkrachtpariteitentheorie; (5) interestparity grid (en het ontstaan van twin deficits); (6) wisselkoersstelsels (vast/vlottend; beleidsargumentatie, voordelen en nadelen, crawling bands, crawling pegs, fixed pegs, target zones); (7) historische wisselkoersakkoorden; (8) theorie van de optimale muntzone; (9) wissselkoersen als ontstaansbron voor financiële crisisisen en (10) Mundell Fleming model (IS-LM-BB modellen) met terugkoppeling naar monetair en budgettair beleid.
k. Betalingsbalansbeleid
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) definitie en samenstelling van de betalingsbalans; (2) traditionele en moderne verklaringen voor wijzigingen in de betalingsbalans; (3) mathematische relaties op basis van de betalingsbalans; (4) betalingsbalansbeleid (mogelijkheden en beperkingen) en (5) J-curve.
l. Prijsbeleid
m. Aanbodeconomisch beleid
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) definitie; (2) mogelijkheden en (3) gevolgen op korte en lange termijn.
n. Arbeidsmarktbeleid
In dit thema komen de volgende elementen aan bod: (1) competing claims model van de arbeidsmarkt; (2) doelstellingen van arbeidsmarktbeleid; (3) Kengetallen ter beoordeling van het arbeidsmarktbeleid; (4) arbeidsmarktinstituties (o.a. centralisatie en coördinatie van loononderhandelingen, arbeidsmarktreglementering; werkloosheidsuitkeringen, fiscaliteit en parafiscaliteit) en (5) definitie en typologie van arbeidsmarktbeleid (actief en passief arbeidsmarktbeleid).
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Handboeken
- Economische politiek. Principes en ervaringen
Toledo (Digitale leeromgeving)
Evaluatie
Geen bijzondere slaagvooraarden.
Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Schriftelijk examen | 100% | Geslotenboekexamen bestaande uit een aantal te verklaren concepten, een aantal juist/fout vragen, een aantal open vragen en een aantal toepassingen (onder de vorm van een krantenartikel) | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 100% | Geslotenboekexamen bestaande uit een aantal te verklaren concepten, een aantal juist/fout vragen, een aantal open vragen en een aantal toepassingen (onder de vorm van een krantenartikel) |