Hoofdpagina | Bachelor in het bedrijfsmanagement
Eindproject (BFV)
Bachelor in het bedrijfsmanagement |
2011-12 |
nvt |
BM_5382 |
5 |
150 uur |
Derde Programmajaar |
Ja |
Neen |
Neen |
Verplicht |
Punt op 20 |
Neen |
|
Docenten
- Selleslag Christian
- Van Dessel Nicole
- Suykens Beatrice
Onderwijstaal
Onderwijsvorm
Begincompetentie
Om te kunnen inschrijven op "Eindproject", moet de student die competenties verworven hebben, die hem in staat stellen op het einde van het jaar af te studeren.
Eindcompetentie
BM_AC_01 | BM_AC_01 - Kwaliteitsvol handelen door problemen o.m. flexibel, creatief en nauwkeurig op te lossen. | Integratieniveau |
BM_AC_02 | BM_AC_02 - Opbouwen van een kwaliteitsvolle redenering. | Integratieniveau |
BM_AC_04 | BM_AC_04 - Kritisch evalueren van het eigen functioneren en de werkomgeving en streven naar levenslang leren. | Integratieniveau |
BM_AC_05 | BM_AC_05 - De interne en externe communicatie ondersteunen en verzorgen, zowel mondeling als schriftelijk, in minstens 3 vooraf gespecificeerde talen. | Integratieniveau |
BM_AC_05.1 | BM_AC_05.1 - Op een genuanceerde en efficiƫnte manier met alle stakeholders mondeling communiceren in het Nederlands en op een behoorlijke manier in het Frans/Engels/Duits of Spaans of Chinees, rekening houdend met culturele verschillen, nationaal en internationaal, formeel en informeel. | Integratieniveau |
BM_AC_05.2 | BM_AC_05.2 - Op een genuanceerde en efficiƫnte manier met alle stakeholders schriftelijk communiceren in het Nederlands en op een behoorlijke manier in het Frans/Engels/Duits of Spaans of Chinees, rekening houdend met culturele verschillen, nationaal en internationaal, formeel en informeel. | Integratieniveau |
BM_AC_06 | BM_AC_06 - Samenwerken als lid van een team en van de organisatie. | Integratieniveau |
BM_AC_09 | BM_AC_09 - Initiatief nemen. | Integratieniveau |
BM_BFV_01 | BM_BFV_01 - Betalings-, spaar- en beleggingsproducten: Informeren, advies verlenen, verkopen en beheren. | Integratieniveau |
BM_BFV_02 | BM_BFV_02 - Kredietdossiers behandelen en beheren. | Integratieniveau |
BM_BFV_03 | BM_BFV_03. Verzekeringsproducten: Informeren, adviseren, verkopen en beheren . | Integratieniveau |
BM_BFV_04 | BM_BFV_04 - Schadedossiers behandelen en beheren. | Integratieniveau |
BM_BFV_05 | BM_BFV_05 - Ondersteunen van het bedrijfsbeleid. | Integratieniveau |
Leerresultaten
De student toont aan dat hij de leerstof uit de lessen kan integreren in de praktijk.
De student neemt als uitgangspunt een casus uit de financiële en verzekeringspraktijk.
De student toont dat hij in groep, mondeling en schriftelijk, binnen de gestelde termijn een oplossing van vinden voor de voorgedragen opdracht die voldoet aan de voorgeschreven eisen.
Beoordeling algemene competenties
1. Kwaliteitsvol handelen door problemen o.m. flexibel, creatief en nauwkeurig op te lossen.
• Blijft doelgericht functioneren in veranderde omstandigheden (mensen, middelen, doelen en procedures).
• Bedenkt alternatieve ideeën, voorstellen, oplossingen en acties en werkt ze uit.
• Werkt ook onder tijdsdruk zorgvuldig en nauwgezet met oog voor details en afwerking.
2. Opbouwen van een kwaliteitsvolle redenering.
• Verzamelt relevante informatie.
• Legt verbanden tussen verschillende soorten informatie.
• Integreert nieuwe informatie met bestaande informatie.
• Komt tot een gefundeerd oordeel rekening houdend met consequenties.
• Betreft mogelijke neveneffecten of consequenties van standpunten in zijn/haar overwegingen.
3. Informatie verwerven en verwerken
• Past de basisprincipes van het correct informatiegebruik zelfstandig toe.
• Gaat systematisch te werk in het opzoeken van informatie.
• Raadpleegt relevante informatiebronnen (eigen aan het vakgebied).
• Integreert de nieuwe inzichten in de eigen kennis.
• Verwerkt de geïntegreerde informatie duidelijk in de meest geschikte presentatievorm.
• Beheert gegevens, bevraagt ze en rapporteert erover.
4. Kritisch evalueren van het eigen functioneren en de werkomgeving en streven naar levenslang leren.
• Stelt het eigen functioneren en de werking van de organisatie in vraag.
• Herkent sterktes en zwaktes in het eigen functioneren en de werkomgeving.
• Formuleert verbeterpunten.
• Stuurt eigen aanpak bij op basis van feedback en nieuwe inzichten.
5. Op een genuanceerde en efficiënte manier met alle stakeholders mondeling/schriftelijk communiceren in het Nederlands en bovendien op een behoorlijke manier in het Frans of Engels rekening houdend met culturele verschillen, nationaal en internationaal, formeel en informeel.
• Past de stijl aan het publiek aan (inclusief non-verbaal gedrag).
• Gebruikt beroepsspecifieke woordenschat.
• Drukt zich helder en vlot uit.
• Formuleert een boodschap logisch en gestructureerd.
• Voert in allerlei situaties een gepaste conversatie.
• Wisselt complexere informatie uit face-to-facesituaties met klanten of telefonisch.
• Begrijpt bij discussies ook informele spreektaal.
• Notuleert bij vergaderingen rond complexere thema's.
6. Samenwerken als lid van een team en van de organisatie.
• Draagt actief bij tot een gemeenschappelijk resultaat.
• Neemt verantwoordelijkheid in het uitvoeren van gedelegeerde taken en/of voor het eigen deel van het teamwerk.
• Houdt zich aan gezamenlijk genomen beslissingen ook als deze niet stroken met de persoonlijke mening.
• Heeft een open houding.
7. Leidinggevende taken opnemen i.k.v. projectmanagement
• Geeft richtlijnen, aanwijzingen, suggesties, instructies aangaande uit te voeren taken.
• Schept duidelijkheid omtrent de taken en verantwoordelijkheden van de verschillende teamleden.
8. Klantgericht denken en handelen.
• Reageert vriendelijk, snel, correct en adequaat op vragen van klanten.
• Verwijst zo nodig door of zoekt hulp.
9. Initiatief nemen.
• Ziet werk, problemen, kansen, oplossingen, alternatieven en onderneemt gepaste actie.
10. Handelen vanuit ethische en deontologische principes.
• Houdt zich aan de deontologische beroepsregels.
• Handelt volgens de regels van de professionele ethiek en organisatie-ethiek.
• Handelt integer.
11. Handelen vanuit duurzaamheidsprincipes en diversiteit.
• Gaat adequaat om met verscheidenheid binnen de organisatie.
• Houdt rekening met belangen en gevoeligheden van andere culturen.
• Gaat zorgzaam om met mensen, middelen en omgeving.
Beoordeling beroepsspecifieke competenties
1. Financiewezen
• Advies verlenen over betalings-, spaar- en beleggingsproducten
• Kredietdossiers behandelen
2. Verzekeringswezen
• Advies verlenen over verzekeringsproducten
• Schadedossiers behandelen
3. Bedrijfsbeleid
• Ondersteunen van het bedrijfsbeleid
De generieke beoordelingsniveaus voor de cesuurbepaling binnen dit OLOD worden toegelicht op het digitaal leerplatform Toledo.
Inhoud
Door het schrijven en verdedigen van het eindproject dienen de studenten te bewijzen dat zij in staat zijn om een bepaald onderwerp uit te diepen en te beheersen.
De studenten schrijven een eindproject volgens de geldende richtlijnen. De studenten hebben de keuze tussen een traditioneel eindproject of een ondernemingsproject.
Elk eindproject heeft steeds een externe opdrachtgever die duidelijk en uitvoerig de opdracht en de doelstellingen omschrijft.
Fase 1: Alle studenten van het tweede jaar krijgen infosessies.
Fase 2: Alle studenten dienen een eindprojectvoorstel in te dienen via voorgeschreven procedure en voor deadline gepubliceerd op Toledo.
Fase 3: Alle studenten presenteren hun concept eindproject op een moment gepubliceerd op Toledo.
Fase 4: Alle studenten volgen steeds de geldende richtlijnen betreffende de voorgeschreven voortgangsbewaking en contactmomenten.
Fase 5: Eindwerkverdediging en presentatie voor een jury.
Tijdens het eerste semester van het academiejaar worden worden meermaals practica en infosessies georganiseerd. De informatie die tijdens deze sessies wordt gegeven is cruciaal en wordt eveneens gepost op Toledo.
De sessies behandelen o.a. volgende materies: Uitwerken van de probleemstelling - Rapporteren: specifieke cases -Bronnenkritiek - Bronverwijzing - Gebruik van visueel materiaal - Structureren van het rapport
Van alle ingeschreven studenten wordt verwacht dat ze hierop steeds aanwezig zijn en dat ze de info kennen.
Traditioneel eindproject: De studenten voeren een persoonlijk onderzoek uit over een bepaald thema, over een probleem dat aansluit bij de afstudeerrichting. Ieder eindproject heeft een opdrachtgever. Verplicht in te dienen documenten: o Het contract o Het logboek o Het evaluatierapport o Het eindwerk in se o Alle bijlagen
Ondernemingsproject: De studenten stellen een ondernemingsplan op voor een op te richten onderneming. In het ondernemingsplan geef de student aan wat hij wil doen en hoe hij dit zal realiseren. Het ondernemingsproject kan kaderen in de volgende concepten: Ondernemende school (Unizo) www.ondernemendeschool.be SBP (Vlajo) www.vlajo.org Bizidee www.bizidee.be opdrachtgever = Unizo, Vlajo of Bizidee.
Het bevat volgende onderdelen: 1. Projectomschrijving 2. Voorstelling van de teamleden en het bedrijf 3. Marktanalyse 4. Marketingplan 5. Financieel Plan en haalbaarheid Verplicht in te dienen documenten: o Het contract o Het logboek o Het evaluatierapport o Het ondernemingsplan (met alle verplichte onderdelen) o Statuten en verslagen o Indien pilootproject werd uitgevoerd extra materiaal aanleveren(zie richtlijnen)
Een interne en een externe promotor begeleiden steeds het eindproject. De presentatie van het eindproject kan in het Engels of in het Frans. De studenten verdedigen hun eindproject voor een jury.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Evaluatie
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Portfolio | 100% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Portfolio | 100% | | Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Portfolio | 100% | |