Begincompetentie
Tijd en maatschappij: De eindtermen van het secundair onderwijs.
Natuur en technologie: De eindtermen van het secundair onderwijs.
Leerresultaten
- De student beheerst kennis en vaardigheden (niveau lager onderwijs en eigen niveau):
* chronologie
* algemene geschiedenis (Oudste Tijden, Oudheid, Middeleeuwen en Nieuwe Tijd)
* bouw en fysiologie van planten en dieren
* planten en dieren in herfst en winter (onderlinge samenhang en aanpassingen aan de seizoenscondities)
* interactievormen tussen organismen (voedselrelaties, bescherming)
* waarnemingsopdrachten formuleren en uitvoeren
* een dieren- en plantengids en een determinatiesleutel hanteren
- De student kan de persoonlijke geschiedenis linken aan sporen uit het verleden.
- De student heeft inzicht in het aanschouwelijkheids- en zelfwerkzaamheidsprincipe.
- De student toont de attitude om
* dagelijks in de media de actualiteit te volgen
* respectvol om te gaan met natuur en leefwereld
Inhoud
Tijd en maatschappij:
- Chronologieën: inzicht krijgen in de historisch-wetenschappelijke chronologie en in de chronologie van de derde graad basisonderwijs volgens de verschillende leerplannen.
- Historische sporen.
- Aandacht voor WO-tijd en maatschappij binnen de thema’s “Mijn familie” (o.a. aandacht voor historische sporen die verwijzen naar de verschillende generaties en aandacht voor hun eigen roots aan de hand van een individuele taak die de studenten nodig hebben op het examen) en “De stad” (o.a. leerwandeling in Mechelen en aandacht voor de plaatselijke sporen en geschiedenis).
- Algemene geschiedenis: Oudste Tijden (… - 800 v. C.) , de Oudheid of de tijd van Grieken en Romeinen (800 v. C. – 500 na C.) , de Middeleeuwen of de tijd van burchten en steden (500 na C. – 1500 na C.) , en het begin van de Nieuwe Tijd of de tijd van vorsten en ontdekkingen (16de eeuw).
- Via zelfstudie zicht krijgen op de dagelijkse actualiteit zoals die in de media aan bod komt.
- Link met didactische vaardigheden en tips rond tijd, chronologie, streekgeschiedenis, bronnenmateriaal, historische kaart, museumbezoek, leerwandeling, … .
Natuur en technologie:
- Herhalen en inoefenen van de terminologie gebruikt bij het beschrijven van een plant (kruidachtige zaadplant)en een dier (ongewerveld dier).
- Opfrissen van enkele termen i.v.m. levensverrichtingen van plant en dier (bestuiving, bevruchting, voeding, ...) - De voornaamste levensverrichtingen van plant en dier i.v.m. bescherming (tegen winterkoude, uitdroging, ...), groei (fotosynthese, voeding, wateropname, ademhaling), voortzetten van de soort (zaadvorming en -verspreiding, sporenvorming, ...)met eenvoudige woorden en voorbeelden omschrijven.
- Houtige planten (en hun bladeren, vruchten, takken) beschrijven, gebruikmakend van de juiste terminologie. (idem voor zwammen, varens en mossen)
- Enkele soorten bomen en struiken herkennen en benoemen.
- Verschillende schakels van een voedselketen identificeren, voedselrelaties weergeven in een voedselweb en een voedselpiramide opstellen.
- Interactievormen tussen organismen onderscheiden.
- Aanpassingen van dieren aan wintercondities toelichten.
- De verschillende lagen van het bos opsommen en aanduiden.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Cursussen
Handboeken
- Atlas van de algemene en Belgische geschiedenis
- De hoofdlijnen van de algemene geschiedenis: achtergrondinformatie bij de uitwerking van het leerplan voor de basisschool - deel 1
- De hoofdlijnen van de algemene geschiedenis: achtergrondinformatie bij de uitwerking van het leerplan voor de basisschool - deel 2
- Dieren- en plantengids voor onderweg
- Mikado Wereldoriëntatie Bronnenboek 5 . 6
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Evaluatie
WO-tijd en maatschappij maakt 2/3 van het punt uit en WO-natuur en technologie maakt 1/3 van het punt uit. De student kan maar slagen als hij voor elk van de twee onderdelen minimaal 50% behaalt.
Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Schriftelijk examen | 100% | WO natuur en technologie + WO tijd en maatschappij
voor elk onderdeel minimaal 50 % halen | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 100% | idem aan eerste examenkans |