Lessius Mechelen ects

Hoofdpagina | Master of Science in de industriële wetenschappen: elektrotechniek

Masterproef (1011MAen04)


Opleiding Master of Science in de industriële wetenschappen: elektrotechniek Academiejaar 2010-11
Studiepunten 20 Studietijd 600 uur
Creditcontract mogelijkJa
Examencontract(diploma) mogelijk Ja Examencontract (creditbewijs) mogelijk Ja
AardVerplicht QuoteringPunt op 20
Tweede examenkansJa Tolereerbaar Neen

Docenten

  • Van Dessel Michel

Onderwijstaal

  • Nederlands

Onderwijsvorm

    Begincompetentie

    De masterproef kan niet worden opgenomen in het individueel jaarprogramma van een student die
    nog een beperkt gedeelte van een voorafgaandelijke opleiding of programma moet afwerken. Een
    uitzondering op de bovenstaande regel geldt wanneer de student in zijn individueel jaarprogramma
    zowel een beperkt aantal resterende opleidingsonderdelen van de voorafgaandelijke opleiding
    opneemt als alle opleidingsonderdelen van de betrokken masteropleiding.

    Eindcompetentie

    MA_AV - Communicatievaardigheden
    MA_IV_01 - Probleemoplossend vermogen
    MA_IV_02 - Praktische vaardigheden
    MA_IV_03 - Multidisciplinair samenwerken
    MA_KI - Diepgaande technische kennis
    MA_OV_01 - Kritische reflectie en onderzoekende houding
    MA_OV_02 - Uitvoeren van onderzoek

    Leerresultaten

    Een masterproef is een technologisch project dat gericht is op het concreet realiseren van een
    innovatie. Deze innovatie vergt de uitwerking van een technologische oplossing waarbij
    ingenieurskennis moet vergaard en creatief toegepast worden. In het kader van de masterproef moet
    innovatie begrepen worden als het tot stand brengen van een nieuw (of vernieuwend) product, proces
    of dienst waarbij een technologische oplossing zich opdringt. Nieuw of vernieuwend moet hier
    geïnterpreteerd als nieuw of vernieuwend voor de student. De vereiste kennis moet duidelijk de
    kennis overstijgen die in het curriculum reeds als verworven mag aangenomen worden.
    De masterproef moet daarom aan drie basisvereisten voldoen:
    de probleemstelling is een concreet ingenieursprobleem (technologische
    onderzoekscomponent) ;
    het probleem vraagt om een creatieve oplossing waarvoor de ingenieurskennis die in het
    curriculum werd verworven niet volstaat maar aangevuld moet worden
    (kennisverwervingscomponent) ;
    de aanpak gebeurt wetenschappelijk.

    Inhoud

    Een inleidend hoofdstuk bevat de vertaling van het probleem in correcte technisch-wetenschappeljike
    termen
    Waar toepasselijk bevat het werk een literatuurstudie.
    De tekst bevat een correcte bibliografie en systematische verwijzingen ernaar.De informatie is op een
    overzichtelijke wijze samengebracht.
    Uit de rapportering blijkt dat de student de informatie heeft geïnterpreteerd i.f.v. de probleemstelling.
    Uit de opbouw van het werk blijkt dat de student een logisch gestructureerde methode heeft
    gebruikt.Verschillende standpunten en mogelijke alternatieven worden tegenover elkaar geplaatst en
    het beargumenteerde standpunt van de student komt duidelijk tot uiting.
    Kritische bedenkingen worden geformuleerd.
    Een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen verworven informatie en persoonlijke creatieve
    inbreng..
    De tekst en presentatie zijn duidelijk en bevatten de noodzakelijke informatie die op een klare manier
    is gepresenteerd in tekst, figuren, tabellen, bijlagen, ..., gebruik makend van een correcte en
    wetenschappelijke taal.
    De uitwerking van tekst en presentatie gebeurt met eigentijdse hulpmiddelen.
    Waar relevant omvat de rapportering ook andere concrete werkstukken, apparatuur, software, ….,
    vergezeld van de nodige beschouwingen inzake bruikbaarheid(sbeperkingen), essentiële theoretische
    onderbouw, ….

    Studiematerialen

    Evaluatie

    Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Opdrachten15% Evaluatie na een tussentijdse presentatie voor een interne jury
    Eerste examenkansTweede examenperiode (juni)Opdrachten85% Masterproef Probleemstelling 9 Informatiewerving en -verwerking 17 Aanpak 25 Resultaat 25 De student bezit de vaardigheden en attitudes om in een professionele omgeving te functioneren 9
    Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Opdrachten100% Masterproef Probleemstelling 10 Informatiewerving en -verwerking 20 Aanpak 30 Resultaat 30 De student bezit de vaardigheden en attitudes om in een professionele omgeving te functioneren 10