Lessius Mechelen ects

Hoofdpagina | Avondopleiding - Bachelor in de Verpleegkunde

Module geriatrie


Opleiding Avondopleiding - Bachelor in de Verpleegkunde Academiejaar 2010-11
Volgtijdelijkheid op nvt Referentienummer VIA_3747
Studiepunten 0 Studietijd 0 uur
Opleidingsfase Tweede Programmajaar Creditcontract mogelijk Ja
Examencontract(diploma) mogelijk Ja Examencontract (creditbewijs) mogelijk Ja
Aard Verplicht Quotering Punt op 20
Tolereerbaar Ja Tweede examenkans Ja

Docenten

  • Vanhoucke Elise
  • Van Nieuwenhuysen Lieve

Onderwijsvorm

  • Hoorcollege

Begincompetentie

Eindcompetenties opleidingsonderdeel "Anatomie, fysiologie en pathologie 1" (semester 1, 1e programmajaar basisopleiding)

Eindcompetenties opleidingsonderdeel "Anatomie, fysiologie en pathologie 2" (semester 2, 1e programmajaar basisopleiding)


Eindcompetenties opleidingsonderdeel "Anatomie, fysiologie en pathologie 3" (semester 1, 2e programmajaar basisopleiding)

Eindcompetenties opleidingsonderdeel "Verpleegkundige diagnostiek en interventies 2" (semester 2, 1e programmajaar basisopleiding)

Eindcompetenties opleidingsonderdeel "Inleiding in de verpleegkunde en het wetenschappelijk onderzoek " (semester 1, 1e programmajaar basisopleiding)

Eindcompetenties opleidingsonderdeel "Theorie van de verpleegkunde en het wetenschappelijk onderzoek " (semester 1, 2e programmajaar basisopleiding)

Eindcompetentie

VPK_1VPK_1 - De verpleegkundige als PERSOON handelt naar beroepsspecifieke attitudesVerdiepen
VPK_1.01VPK_1.01 - Verantwoordelijkheid, kritische ingesteldheid, aanpassingsvermogen en stressbestendigheidVerdiepen
VPK_1.01.1VPK_1.01.1 - Empathie: Bewust zijn van anderen (collega’s, patiënten/cliënten, cliëntsysteem) in eigen omgeving en rekening houden met hun referentiekader, gevoelens, behoeften en wensen.Verdiepen
VPK_1.01.2VPK_1.01.2 - Verantwoordelijkheidszin: Actief en autonoom de nodige acties ondernemen om de opdrachten gebonden aan het beroep en omgang met anderen naar waarde te volbrengen.Verdiepen
VPK_1.01.3VPK_1.01.3 - Kritische ingesteldheid: Voortdurende kritische reflectie op eigen handelen/ eigen positie.Verdiepen
VPK_1.01.4VPK_1.01.4 - Aanpassingsvermogen en stressbestendigheid: Efficiënt blijven functioneren vóór, tijdens en na nieuwe/moeilijke situaties, onder sterke druk, bij tegenslagen/fouten of kritiek.Verdiepen
VPK_1.03VPK_1.03 - Ethisch en juridisch verantwoord verpleegkundig handelen: Inzicht hebben in eigen grenzen, waarden en normen- respect hebben voor de persoonlijkheid, waarden en normen van anderen- handelen op een deskundige, menswaardige en juridisch verantwoorde wijze in functie van het welzijn van het cliëntsysteemVerdiepen
VPK_2VPK_2 - De verpleegkundige als KLINISCH BEOORDELAAR EN ZORGVERLENER verleent professioneel verpleegkundige zorg op maat: Verpleegkundige zorg verlenen conform de wet op de verpleegkunde, aangepast aan de specifieke zorgbehoeften/gezondheidsproblemen en de belevingswereld van de cliënt en cliëntsysteem, op basis van wetenschappelijke kennis, klinisch inzicht, expertise en systematiek.Verdiepen
VPK_2.05"VPK_2.05 - Verpleegkundige zorg verlenen vanuit wetenschappelijk perspectief: Zorg verlenen vanuit een brede theoretische basis en aangepast aan de concrete situaties. Gegevens vanuit verschillende bronnen kritisch beoordelen, er de kern, de verbanden en patronen uithalen en conclusies trekken. "Verdiepen
VPK_2.06VPK_2.06 - Relevante gegevens verzamelen over het cliëntsysteem in de verpleegkunde: Systematische observaties en gegevensverzameling over de menselijke reacties op de gezondheidstoestand en levensomstandigheden van cliënten en cliëntsysteem, rekening houdend met relevante fysieke, psychische, sociale, culturele, spirituele aspecten en omgevingsfactoren.Verdiepen
VPK_2.07VPK_2.07 - Verpleegproblemen en behoeften identificeren en onderscheiden: Tekenen van normale en gewijzigde gezondheid, leed, nood, ziektetoestand of handicap herkennen in de personen, de verpleegproblemen hieruit afleiden en mogelijke oorzaken onderzoeken (PES = probleem – etiologie – symptomen.)Verdiepen
VPK_2.08VPK_2.08 - Doelstellingen bepalen en een verpleegkundig zorgplan opmaken, afgestemd op het cliëntsysteem en op het zorgsysteem: Bewust van de doelen op korte en lange termijn, een aangepast en geïndividualiseerd verpleeg-/zorgplan opmaken volgens de noden van- en in overleg met de cliënt/ cliëntsysteem, en in overleg met de andere disciplines. Dit verpleegplan wordt continu aangepast.Verdiepen
VPK_2.09"VPK_2.09 - Verpleegkundige handelingen verantwoord uitvoeren: Totaalzorg verlenen met integratie van de fysieke, psychische, emotionele en sociale aspecten met als doel de cliënt zo snel mogelijk te helpen in het herwinnen van zijn autonomie, gezondheid en/of welzijn. Veiligheid bevorderen en verwikkelingen voorkomen, inclusief in de verplaatsingen, infectiecontrole, eerste hulp en urgentieprocedures. Veilig en menswaardig behandelingen en verpleegtechnische handelingen uitvoeren. Cliënten en cliëntsysteem informeren, ondersteunen, adviseren en educatie geven. "Verdiepen
VPK_2.10VPK_2.10 - De resultaten van de zorgverlening evalueren en bijsturen: Continu nagaan in welke mate de vooropgestelde doelstellingen bereikt zijn, hoe ze bereikt werden en in welke mate er nadelige gevolgen zijn van de (be)handelingen. Zonodig de (termijnen van de) doelstellingen, het zorgplan en/of de werkwijze aanpassen.Verdiepen
VPK_2.11"VPK_2.11 - Relevant en efficiënt schriftelijk en mondeling rapporteren: Accuraat observaties, planning en zorg rapporteren, registreren en documenteren, gebruikmakend van de gepaste technologieën. De handelingswijze vastleggen (wanneer ze afwijkt van standaardprocedures en/of protocollen) met het oog op juridisch perspectief "Verdiepen
VPK_2.12"VPK_2.12 - Primaire en secundaire preventie toepassen. Preventie op alle niveaus is:‘Bijdragen tot het bevorderen van de gezondheid, tot het voorkomen en herstellen van ziekten, verwikkelingen, psychisch disfunctioneren en tot het voorkomen van ongevallen. De verpleegkundige neemt gepaste structurele en faciliterende maatregelen om gezonde keuzes te ondersteunen (primaire preventie). Ze observeert, detecteert en signaleert vroegtijdig specifieke kenmerken van risicopopulaties (secundaire preventie)."Verdiepen
VPK_3VPK_3 - De verpleegkundige als ORGANISATOR EN COÖRDINATOR organiseert en coördineert de diverse aspecten van de zorgVerdiepen
VPK_3.13VPK_3.13 - De zorg organiseren en coördineren: De intra-, trans- en extra-murale zorgactiviteiten doeltreffend en efficiënt op elkaar afstemmen rekening houdend met de zorgbehoeften van de cliënt en cliëntsysteem, de samenwerking tussen de disciplines en de diensten, de beschikbare tijd en middelen en met bijzondere aandacht voor informatiedoorstroming.Verdiepen
VPK_4VPK_4 - De verpleegkundige als PROFESSIONAL levert een bijdrage aan het bevorderen van de kwaliteit van de verpleegkundige zorg: Zich verder professioneel ontwikkelen en de kwaliteit van de verpleegkundige zorg verhogen.Verdiepen
VPK_4.14VPK_4.14 - Handelen in functie van kwaliteitszorg: De criteria van kwaliteit van zorg opvolgen in de dienstverlening: Doeltreffend, efficiënt, veilig, rechtvaardig, tijdig, continu, multi- en interdisciplinair, cliëntgericht, volgens de juridische reglementering en wetenschappelijk gefundeerd.Verdiepen
VPK_4.15"VPK_4.15 - Zich professioneel ontwikkelen: De verantwoordelijkheid opnemen voor eigen professionele ontwikkeling en ‘levenslang leren’. Gebruik maken van verpleegkundig wetenschappelijke vakliteratuur: kritisch lezen, analyseren, vergelijken en de betekenis ervan herkennen en afleiden voor de (eigen) verpleegkundige praktijk. "Verdiepen
VPK_5VPK_5 - De verpleegkundige als LID VAN HET TEAM werkt intra- en interprofessioneel samen om de visie en de doelen van de zorg te realiseren: Vanuit erkenning van- en respect voor ieders deskundigheid een actieve bijdrage leveren aan het gezamenlijke doel, nl. optimale totaalzorg en continuïteit in de zorg met oog voor kwaliteitsnormen- meewerken aan het voorkomen en oplossen van problemen en conflictenVerdiepen
VPK_5.17VPK_5.17 - Intraprofessionele relaties opbouwen en samenwerken binnen het verpleegkundig team: Een actieve bijdrage leveren aan het gezamenlijke doel van het team, constructief bijdragen in (en leiden van) teamvergaderingen, besluiten toepassen en conflicten constructief helpen oplossen.Verdiepen
VPK_6VPK_6 - De verpleegkundige als LID VAN DE SAMENLEVING vervult een rol in de samenleving in functie van gezondheid en welzijn: Openstaan voor diversiteit in de samenleving en de verpleegkunde als beroep kaderen in het brede gezondheidszorg- en welzijnsbeleid.Verdiepen
VPK_6.20VPK_6.20 - Positief bijdragen tot de profilering van het beroep: De verpleegkundige is zich bewust van de rol die hij/zij kan spelen in de maatschappelijke beeldvorming over de verpleegkundige en draagt bij tot een positieve beeldvorming over de verpleegkunde.Verdiepen

Leerresultaten

1 De verpleegkundige als PERSOON handelt naar beroepsspecifieke attitudes



1.01 Empathie, verantwoordelijkheidszin, kritische ingesteldheid, aanpassingsvermogen en stressbestendigheid aanwenden in de verpleegkundige context


 


De student zal specifieke aandacht hebben voor de behoeften, gevoelens en omstandigheden, van de cliënt. Tactvol en respectvol optreden is van het allergrootste belang. Actief en autonoom de nodige acties ondernemen om de opdrachten gebonden aan het beroep en omgang met anderen naar waarde te volbrengen.

Eigen leerpunten ontdekken en bespreekbaar maken, vooral in verband met de verschillende aspecten van dementie.




1.03 Ethisch en juridisch verantwoord verpleegkundig handelen



De student zal leren de privacy van de cliënt te respecteren  en als verpleegkundige handelen conform de algemene en beroepsgerelateerde eisen , dit in functie ook van geweld en mis(be)handeling van ouderen
.


 


2 De verpleegkundige als KLINISCH BEOORDELAAR EN ZORGVERLENER verleent professioneel verpleegkundige zorg op maat



2.05 Verpleegkundige zorg verlenen vanuit wetenschappelijk perspectief


 


De student kan dit verwezenlijken  in de  matig en afgelijnde complexe situaties verantwoorden op basis van kennis van pathologie en verpleegkundige procedures en inzichten.


 


2.06 Relevante gegevens verzamelen over het cliëntsysteem in de verpleegkunde


 


De student kan nl. klinische symptomen en klachten herkennen van somatische, psychische en sociale veranderingen en eenvoudige disfuncties.


2.07 Verpleegproblemen en behoeften identificeren en onderscheiden


 


De student kan  nl. klinische symptomen en klachten actief opsporen van somatische, psychische en sociale veranderingen en disfuncties, dit vooral bij dementie en agressie. De student kan ook gegevens verzamelen vanuit het patiëntendossier, de overdrachten en teambesprekingen, dit in functie van de  organisatie van de ouderenzorg.


 


2.08 Doelstellingen bepalen en een verpleegkundig zorgplan opmaken, afgestemd op het cliëntsysteem en op het zorgsysteem


 


De student slaagt erin een geïndividualiseerd zorgplan op te maken  in matig complexe situaties en kan dit  continu aanpassen volgens de noden van de cliënt en in overleg met de collega-verpleegkundige en ook in functie van de woonzorgbehoeften van de cliënt.


 


2.09 Verpleegkundige handelingen verantwoord uitvoeren


 


De student kan nl. methodisch handelen volgens de verpleegkundige basisprincipes in matig complexe situaties (hygiëne, steriliteit, comfort, privacy, zelfzorg en inspraak, veiligheid, ergonomie, economie, ecologie).


 


2.10 De resultaten van de zorgverlening evalueren en bijsturen


 


De student legt de verbanden tussen de verpleegproblemen en –diagnoses, behoeften, observaties en behandelingen en kan deze identificeren in complexe zorgsituaties zoals deze van ouderen



2.11 Relevant en efficiënt schriftelijk en mondeling rapporteren 



De student kan tijdig, volledig, relevant en beknopt rapporteren aan het verpleegkundig team in een professionele taal en in de verschillende informatiesystemen 


2.12 Primaire en secundaire preventie toepassen



De student kan dit zeker doen  in functie van vallen, therapie(on)trouw en specifieke wondzorg.


3 De verpleegkundige als ORGANISATOR EN COÖRDINATOR organiseert en coördineert de diverse aspecten van de zorg



3.13 De zorg organiseren en coördineren




De student kan  bv. een voorstel doen voor contacten met de verschillende intra-, trans- en extra-murale instanties voor de realisatie van de continuïteit


4 De verpleegkundige als PROFESSIONAL levert een bijdrage aan het bevorderen van de kwaliteit van de verpleegkundige zorg


4.14 Handelen in functie van kwaliteitszorg


 


De student kan  bv. over de kwaliteit van het eigen verpleegkundig handelen reflecteren in functie van het theoretisch onderwijs, de klinische praktijkrichtlijnen en protocollen, en kan zo nodig zelf bijsturen. Toepassingsgebieden bv. bij fixatiemiddelen 


 


4.15 Zich professioneel ontwikkelen



De student kan dit doen door bv. een paper of een presentatie te maken over specifieke topics in de ouderenzorg


 




5
De verpleegkundige als LID VAN HET TEAM werkt intra- en interprofessioneel samen om de visie en de doelen van de zorg te realiseren



5.17 Intraprofessionele relaties opbouwen en samenwerken 




De student weet de juiste teamleden te contacteren om correcte informatie te verzamelen.


 


 

6 De verpleegkundige als LID VAN DE SAMENLEVING vervult een rol in de samenleving in functie van gezondheid en welzijn


6.20 Positief bijdragen tot de profilering van het beroep


De student straalt enthousiasme uit  in de uitoefening van het verpleegkundig beroep, en gaat respectvol om met ouderen.

Inhoud

Geriatrische Verpleegkunde

Deel I : Verzorging bij ouderen

Decubitus

Skin Tears

Vallen bij ouderen

Therapietrouw

Het gebruik van fixatiemiddelen

Depressie, dementie en delirium bij ouderen

Culturele diversiteit bij ouderen

Geweld en mis(be)handeling bij ouderen

Scoreformulieren



Deel II : Organisatie van ouderenzorg

Thuisgezondheidszorg

Residentiële ouderenzorg

Zorgprogramma voor de geriatrische patiënt

Extra tussenkomsten en tegemoetkomingen





Geriatrische Pathologie

Topics multipathologie:

- normale en gestoorde slaap bij ouderen

- verwardheid bij ouderen

- medicatie bij ouderen

- nierinsufficiëntie

- maligniteiten bij ouderen

- verminderde inspanningstolerantie en fysiek vermogen

- langdurige immobilisatie en de gevolgen

- voedingsproblemen bij de oudere

- cardiale problemen bij ouderen

- obstipatie bij ouderen

- slikstoornissen

- ionenstoornissen en stoornissen van het zuur/base evenwicht bij ouderen

- infectieziekten bij ouderen

- ouderdomsgerelateerde problemen met zintuigen

- schildklierproblemen bij ouderen

- locomotorische problemen bij ouderen

- urine-incontinentie

- prostaataandoeningen bij ouderen

- vallen bij ouderen

- tremor en de ziekte van Parkinson

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Geriatrische pathologie

Cursussen

  • Cursus
Geriatrische verpleegkunde
  • Cursus
  • Evaluatie

    Om te slagen voor dit opleidingsonderdeel dien je 10/20 op het totaal te behalen. Indien je op 1 van de afzonderlijke delen (verpleegkunde - pathologie) minder dan 7/20 behaalt ben je niet geslaagd voor het geheel van het opleidingsonderdeel.

    Geriatrische pathologie
    Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Schriftelijk examen100%
    Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Schriftelijk examen100%
    Geriatrische verpleegkunde
    Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Schriftelijk examen100%
    Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Schriftelijk examen100%