Hoofdpagina | Avond- en weekendopleiding - Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
Domeinspecifieke onderwijsvaardigheden LO
Avond- en weekendopleiding - Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs |
2010-11 |
nvt |
BALLOA_1742 |
3 |
90 uur |
Derde Programmajaar |
Ja |
Neen |
Neen |
Verplicht |
Punt op 20 |
Ja |
Ja |
Docenten
Onderwijstaal
Onderwijsvorm
- Hoorcollege
- Werkcollege
- Zelfstudie
Begincompetentie
Bewegingsgezindheid vertonen, gemotiveerd zijn tot zelf bewegen, een gezonde sportieve ingesteldheid bezitten, open staan voor de variante mogelijkheden die de beweging biedt en deze rijkdom willen verkennen.
Eindcompetentie
BALLO_01.01 | 1.1 - De leerkracht kan de beginsituatie van de leerlingen en de groep achterhalen. | Elementair niveau |
BALLO_01.02 | 1.2 - De leerkracht kan doelstellingen kiezen en formuleren. | Elementair niveau |
BALLO_01.03 | 1.3 - De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren. | Elementair niveau |
BALLO_01.04 | 1.4 - De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen structureren en vertalen in een samenhangend onderwijsaanbod. | Elementair niveau |
BALLO_01.05 | 1.5 - De leerkracht kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen. | Elementair niveau |
BALLO_01.06 | 1.6 - De leerkracht kan individueel en in team leermiddelen kiezen en aanpassen. | Elementair niveau |
BALLO_01.07 | 1.7 - De leerkracht kan een krachtige leeromgeving creëren met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep. | Elementair niveau |
BALLO_01.08 | 1.8 - De leerkracht kan observatie en evaluatie voorbereiden. | Elementair niveau |
BALLO_01.09 | 1.9 - De leerkracht kan observeren en het proces en product evalueren met het oog op bijsturing, remediëring en differentiatie. | Elementair niveau |
BALLO_01.11 | 1.11 - De leerkracht kan het leer- en ontwikkelingsproces adequaat begeleiden in Standaardnederlands en daarbij rekening houden met en gericht inspelen op de diverse persoonlijke en maatschappelijke taalachtergronden van de leerlingen. | Elementair niveau |
BALLO_01.12 | 1.12 - De leerkracht kan omgaan met de diversiteit van de groep. | Elementair niveau |
BALLO_02.1 | 2.1 - De leerkracht kan in overleg een positief leefklimaat creëren voor de leerlingen in de groep en op school. | Elementair niveau |
BALLO_02.5 | 2.5 - De leerkracht kan adequaat omgaan met leerlingen in sociaal-emotionele probleemsituaties en met leerlingen met gedragsmoeilijkheden. | Elementair niveau |
BALLO_02.6 | 2.6 - De leerkracht kan de fysieke en geestelijke gezondheid van de leerlingen bevorderen. | Elementair niveau |
BALLO_02.7 | 2.4 - De leerkracht kan communiceren met leerlingen met diverse taalachtergronden in diverse talige situaties. | Elementair niveau |
BALLO_03.1 | 3.1 De leerkracht beheerst de basiskennis van de leerinhouden, waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen en eindtermen, en hij kan recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Frans, Lichamelijke Opvoeding, Muzische Vorming, Nederlands, Wereldoriëntatie en Wiskunde en de leergebiedoverschrijdende thema's Leren Leren, Sociale Vaardigheden en Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) volgen. Vanuit onze overtuiging wordt hier godsdienst aan toegevoegd. | Elementair niveau |
BALLO_03.2 | 3.2 De leerkracht kan de verworven kennis en vaardigheid met betrekking tot leergebieden en vakgebieden aanwenden op een geïntegreerde manier. | Elementair niveau |
BALLO_03.3 | 3.3 De leerkracht kan het eigen aanbod situeren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en oriëntering van de leerlingen. | Elementair niveau |
BALLO_04.1 | 4.1 De leerkracht kan een gestructureerd werkklimaat bevorderen. | Elementair niveau |
BALLO_04.2 | 4.2 De leerkracht kan een soepel en efficiënt les- en dagverloop creëren, dat past in een korte- en langetermijnplanning. | Elementair niveau |
BALLO_11_A1 | A1. beslissingsvermogen :durven een standpunt in te nemen of tot een handeling over te gaan, en er ook de verantwoordelijkheid voor dragen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A2 | A2. relationele gerichtheid: in contacten met anderen kenmerken van echtheid, aanvaarding, empathie en respect tonen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A3 | A3. kritische ingesteldheid: bereid zijn zichzelf en zijn omgeving ter discussie te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de wenselijkheid en haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A4 | A4. leergierigheid: actief zoeken naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A5 | A5. organisatievermogen: erop gericht zijn de taken zo te plannen, te coördineren en te delegeren, dat het beoogde doel op een efficiënte manier bereikt kan worden. | Elementair niveau |
BALLO_11_A6 | A6. zin voor samenwerking: bereid zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken. | Elementair niveau |
BALLO_11_A7 | A7. verantwoordelijkheidszin: zich verantwoordelijk voelen voor de school als geheel en het engagement aangaan om een positieve ontwikkeling van het kind te bevorderen. | Elementair niveau |
BALLO_11_A8 | A8. flexibiliteit: bereid zijn zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden, zoals middelen, doelen, mensen en procedures. | Elementair niveau |
Leerresultaten
- Doorheen eigen lessen zicht krijgen op het bewegingsgedrag (= belevings-gedrag) van leerlingen in de lagere school; dit wil zeggen dat er een aanbod kan gedaan worden van eenvoudige bewegingsactiviteiten waarin intensiteit en belevingswijze van de kinderen centraal staan.
- Vanuit een muzische grondhouding kinderen kunnen stimuleren om te ontdekken, te communiceren in speelse – vormgevende – kampende activiteiten.
- Studenten zijn zich bewust van de mogelijkheden van (doelen)accenten uit andere vakken die mogelijks in relatie gebracht kunnen worden met bewegingsinhouden. Dit wil zeggen dat bewegen (bewegingsintegratie) een belangrijke bijdrage kan leveren aan de cognitieve en/of dynamisch-affectieve ontwikkeling van kinderen.
Inhoud
- Inzicht verwerven in de motorische ontwikkeling en de ontwikkelings-begeleiding binnen de ‘basis lichamelijke opvoeding’.
- Onderkennen van specifieke (motorische en fysieke) ontwikkelingsdoelen.
- Bewust worden van een muzische benadering vanuit een muzische grondhouding.
- Verruimen van inzichten in het ‘leren bewegen’; de relatie ontdekken tussen intenties en belevingswijzen van kinderen, aangepast aan de leeftijd.
- De koppeling leren maken tussen ‘leren bewegen’ en ‘bewegend leren’.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Evaluatie
Bij falen kan op dit OLOD niet gescoord worden (0/20)
Kunnen zwemmen; conditie (pass / fail).
- Studenten die eerder een zwembrevet haalden leggen dit voor.
- Indien zij hierover niet beschikken leggen ze een zwemtest af (250 meter zwemmen in stijl naar keuze (criteria: zwemstijl wisselt niet; geen rustmoment); tijd wordt niet opgelegd.
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Opdrachten | 100% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | 100% | |