Lessius Mechelen ects

Hoofdpagina | Avond- en weekendopleiding - Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs

Begeleiden van leerprocessen 2


Opleiding Avond- en weekendopleiding - Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs Academiejaar 2010-11
Volgtijdelijkheid op nvt Referentienummer BALLOA_3072
Studiepunten 6 Studietijd 180 uur
Opleidingsfase Tweede Programmajaar Creditcontract mogelijk Ja
Examencontract(diploma) mogelijk Ja Examencontract (creditbewijs) mogelijk Ja
Aard Verplicht Quotering Punt op 20
Tolereerbaar Ja Tweede examenkans Ja

Docenten

  • Verbruggen Veerle
  • De Bouw Brenda
  • Winnelinckx Anneleen

Onderwijstaal

  • Nederlands

Onderwijsvorm

  • Hoorcollege
  • Zelfstudie

Begincompetentie

Algemene onderwijsvaardigheden, begeleiden van leer- en ontwikkelingsprocessen - basis; algemene onderwijsvaardigheden; leraar als opvoeder

Eindcompetentie

BALLO_01.011.1 - De leerkracht kan de beginsituatie van de leerlingen en de groep achterhalen.Integratieniveau
BALLO_01.021.2 - De leerkracht kan doelstellingen kiezen en formuleren.Integratieniveau
BALLO_01.031.3 - De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren.Integratieniveau
BALLO_01.041.4 - De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen structureren en vertalen in een samenhangend onderwijsaanbod.Integratieniveau
BALLO_01.051.5 - De leerkracht kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen.Integratieniveau
BALLO_01.061.6 - De leerkracht kan individueel en in team leermiddelen kiezen en aanpassen.Integratieniveau
BALLO_01.071.7 - De leerkracht kan een krachtige leeromgeving creëren met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep.Integratieniveau
BALLO_01.081.8 - De leerkracht kan observatie en evaluatie voorbereiden.Integratieniveau
BALLO_01.091.9 - De leerkracht kan observeren en het proces en product evalueren met het oog op bijsturing, remediëring en differentiatie.Integratieniveau
BALLO_01.101.10 - De leerkracht kan in overleg met het team deelnemen aan zorgverbredingsinitiatieven en die laten aansluiten bij de totaalbenadering van de school.Integratieniveau
BALLO_01.111.11 - De leerkracht kan het leer- en ontwikkelingsproces adequaat begeleiden in Standaardnederlands en daarbij rekening houden met en gericht inspelen op de diverse persoonlijke en maatschappelijke taalachtergronden van de leerlingen.Integratieniveau
BALLO_01.121.12 - De leerkracht kan omgaan met de diversiteit van de groep.Integratieniveau
BALLO_01.131.13 - De leerkracht kan bijdragen aan het gevoelig maken en openstaan voor talen door aan talensensibilisering te doen.Integratieniveau
BALLO_02.12.1 - De leerkracht kan in overleg een positief leefklimaat creëren voor de leerlingen in de groep en op school.Integratieniveau
BALLO_02.22.2 - De leerkracht kan de emancipatie van de leerlingen bevorderen.Integratieniveau
BALLO_02.32.3 - De leerkracht kan door attitudevorming leerlingen op individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie voorbereiden.Integratieniveau
BALLO_02.42.4 - De leerkracht kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context.Integratieniveau
BALLO_02.52.5 - De leerkracht kan adequaat omgaan met leerlingen in sociaal-emotionele probleemsituaties en met leerlingen met gedragsmoeilijkheden.Integratieniveau
BALLO_02.62.6 - De leerkracht kan de fysieke en geestelijke gezondheid van de leerlingen bevorderen.Integratieniveau
BALLO_02.72.4 - De leerkracht kan communiceren met leerlingen met diverse taalachtergronden in diverse talige situaties.Integratieniveau
BALLO_03.13.1 De leerkracht beheerst de basiskennis van de leerinhouden, waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen en eindtermen, en hij kan recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Frans, Lichamelijke Opvoeding, Muzische Vorming, Nederlands, Wereldoriëntatie en Wiskunde en de leergebiedoverschrijdende thema's Leren Leren, Sociale Vaardigheden en Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) volgen. Vanuit onze overtuiging wordt hier godsdienst aan toegevoegd.Integratieniveau
BALLO_03.23.2 De leerkracht kan de verworven kennis en vaardigheid met betrekking tot leergebieden en vakgebieden aanwenden op een geïntegreerde manier.Integratieniveau
BALLO_03.33.3 De leerkracht kan het eigen aanbod situeren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en oriëntering van de leerlingen.Integratieniveau
BALLO_04.14.1 De leerkracht kan een gestructureerd werkklimaat bevorderen.Integratieniveau
BALLO_04.24.2 De leerkracht kan een soepel en efficiënt les- en dagverloop creëren, dat past in een korte- en langetermijnplanning.Integratieniveau
BALLO_04.34.3 De leerkracht kan op correcte wijze administratieve taken uitvoeren.Integratieniveau
BALLO_04.44.4 De leerkracht kan een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de leerlingen.Integratieniveau
BALLO_05.15.1 De leerkracht kan resultaten van onderwijsontwikkelingswerk en vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen.Integratieniveau
BALLO_05.25.2 De leerkracht kan kennisnemen van toegankelijke resultaten van onderwijsonderzoek die relevant zijn voor de eigen praktijk.Integratieniveau
BALLO_05.35.3 De leerkracht kan het eigen functioneren ter discussie stellen en bijsturen.Integratieniveau
BALLO_06.16.1 De leerkracht kan zich informeren over en discreet omgaan met gegevens over de leerling.Integratieniveau
BALLO_07.17.1 De leerkracht kan overleggen en samenwerken binnen het schoolteam.Doorgroeiniveau
BALLO_07.27.2 De leerkracht kan binnen het team over een taakverdeling overleggen en de afspraken naleven.Doorgroeiniveau
BALLO_07.37.3 De leerkracht kan de eigen pedagogische en didactische opdracht en aanpak in het team bespreekbaar maken.Doorgroeiniveau
BALLO_07.47.4 De leerkracht kan zich documenteren over de eigen rechtspositie en die van de leerlingen.Doorgroeiniveau
BALLO_07.57.5 De leerkracht kan in Standaardnederlands adequaat in interactie treden met alle leden van het schoolteam.Doorgroeiniveau
BALLO_08.18.1 De leerkracht kan in overleg met collega's contacten leggen, communiceren en samenwerken met externe instanties die onderwijsbetrokken initiatieven aanbieden.Doorgroeiniveau
BALLO_08.28.2 De leerkracht kan in Standaardnederlands adequaat in interactie treden met medewerkers van onderwijsbetrokken initiatieven.Doorgroeiniveau
BALLO_09.19.1 De leerkracht kan deelnemen aan het maatschappelijke debat over onderwijskundige thema's.Doorgroeiniveau
BALLO_09.29.2 De leerkracht kan dialogeren over zijn beroep en zijn plaats in de samenleving.Doorgroeiniveau
BALLO_10.110.1 De leerkracht kan actuele maatschappelijke thema's en ontwikkelingen onderscheiden en kritisch benaderen op het sociaal-politieke, sociaal-economisch, levensbeschouwelijke en cultureel-wetenschappelijke domein.Integratieniveau
BALLO_11_A1A1. beslissingsvermogen :durven een standpunt in te nemen of tot een handeling over te gaan, en er ook de verantwoordelijkheid voor dragen.Integratieniveau
BALLO_11_A2A2. relationele gerichtheid: in contacten met anderen kenmerken van echtheid, aanvaarding, empathie en respect tonen.Integratieniveau
BALLO_11_A3A3. kritische ingesteldheid: bereid zijn zichzelf en zijn omgeving ter discussie te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de wenselijkheid en haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen.Integratieniveau
BALLO_11_A4A4. leergierigheid: actief zoeken naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen.Integratieniveau
BALLO_11_A5A5. organisatievermogen: erop gericht zijn de taken zo te plannen, te coördineren en te delegeren, dat het beoogde doel op een efficiënte manier bereikt kan worden.Integratieniveau
BALLO_11_A6A6. zin voor samenwerking: bereid zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken.Integratieniveau
BALLO_11_A7A7. verantwoordelijkheidszin: zich verantwoordelijk voelen voor de school als geheel en het engagement aangaan om een positieve ontwikkeling van het kind te bevorderen.Integratieniveau
BALLO_11_A8A8. flexibiliteit: bereid zijn zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden, zoals middelen, doelen, mensen en procedures.Integratieniveau

Leerresultaten

Eindcompetentie 1: de leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen: Vaardigheid 1.2.2.: omgaan met een aangepast (handelings)plan voor kinderen met een specifieke zorgbehoefte. Elke leerling is uniek, aangepast onderwijs. Vaardigheid 1.2.5.: onderscheid tussen basis- en uitbreidingsdoelstellingen kunnen motiveren op basis van beginsituatie en leerplan. Vaardigheid 1.5.4. aanpak kunnen differentiëren waar nodig en ondersteunende kennis met betrekking tot diverse differentiatievormen en hun combinaties ervan, waarbij rekening wordt gehouden met een gedifferentieerde aanpak. Vaardigheid 1.6.3. leermiddelen kunnen aanpassen waar nodig. Vaardigheid 1.9.: observeren/proces en product evalueren met het oog op bijsturing en differentiatie. Eindcompetentie 2: attitudes: beslissingsvermogen, relationele gerichtheid, kritische ingesteldheid, verantwoordelijkheidszin, creatieve gerichtheid, flexibiliteit.

Inhoud

Elke leerling is uniek: de verschillen tussen leerlingen op vlak van ontwikkelingsniveau, begaafdheid, leerstijl, kennis en vaardigheden, belangstelling, werktempo en persoonlijkheid. Het ontdekken van relevante verschillen tussen kinderen wordt ingeoefend. Aangepast onderwijs: welke componenten van het onderwijsleerproces/leerlinggericht onderwijsmodel kan een leerkracht aanpassen om beter tegemoet te komen aan de verschillen tussen leerlingen. Kennis met betrekking tot handelingsplan. Differentiatievormen: externe differentiatie; interne differentiatie: hoekenwerk, contractwerk, de werkwinkel, werken met kleine en grote groep, het directe instructiemodel,... Leerlingen met speciale noden: kenmerken van dyslexie, NLD, AD(H)D, autisme, hoogsensitiviteit en hoogbegaafdheid. Er wordt nagegaan welke hulp aan deze kinderen in de klas geboden kan worden en of het al dan niet wenselijk is aan de zorgbehoefte tegemoet te komen via externe differentiatie. De leraar als coach: instructietechnieken ter ondersteuning en begeleiding van het leerproces (modelleren, scaffolding, articuleren, reflecteren en coaching), met oog op ‘leren leren’; de zelfinstructiemethode van Meichenbaum die gericht is op het verbeteren van de taakaanpak van leerlingen.

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Handboeken

  • Ervaringsgericht werken met 6- tot 12-jarigen in het basisonderwijs

Toledo (Digitale leeromgeving)

  • Online studiemateriaal
  • Opdrachten en studiemateriaal op Toledo

Evaluatie

Studenten die niet geslaagd zijn in eerste zittijd, maken de taken die niet goed waren opnieuw of vullen die aan tegen de tweede zittijd.

Om te slagen moet je 10/20 op het totaal behalen. Als je op 1 van de afzonderlijke delen (opdrachten - schriftelijk examen) minder dan 7/20 behaalt, ben je niet geslaagd voor het geheel van het opleidingsonderdeel.

Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Opdrachten60% Studenten die niet geslaagd zijn met de eerste examenkans, maken de opdrachten met een onvoldoende opnieuw of vullen die aan tegen de tweede examenkans. Om te slagen moet je 10/20 in het totaal behalen. Als je op de opdrachten minder dan 7/20 behaalt, ben je niet geslaagd voor het geheel van het opleidingsonderdeel.
Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Schriftelijk examen40% Om te slagen moet je 10/20 in het totaal behalen. Als je op het schriftelijk examen minder dan 7/20 behaalt, ben je niet geslaagd voor het geheel van het opleidingsonderdeel.
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Opdrachten60% Om te slagen moet je 10/20 in het totaal behalen. Als je op de opdrachten minder dan 7/20 behaalt, ben je niet geslaagd voor het geheel van het opleidingsonderdeel.
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Schriftelijk examen40% Om te slagen moet je 10/20 in het totaal behalen. Als je op het schriftelijk examen minder dan 7/20 behaalt, ben je niet geslaagd voor het geheel van het opleidingsonderdeel.