Leerresultaten
1. Ontwikkelen van facetten/competenties die behoren tot de Basiscompetenties Leraar Lager Onderwijs.
2. Zelf een scriptieopzet kiezen, formuleren, plannen en realiseren in samenspraak met begeleiders en
medestudenten in functie van de eigen klas- en onderwijspraktijk.
3. De student diept een afgebakend thema/competentiedomein dat aansluit bij zijn/haar interesse uit door de
nodige kennis, vaardigheden en attitudes m.b.t. dit thema te verwerven en te integreren.
4. De verworven competenties op een boeiende wijze presenteren.
Informatie, innovatie en/of onderzoek
• Zich verdiepen in ‘Omgaan met en verwerken van informatie’ uit programmajaar 1 en 2 van de opleiding BALLO.
- De student kan via internet info zoeken door zoekmachines (bijv. Google) efficiënt te gebruiken.
- De student kan gericht actuele en betrouwbare info verzamelen, selecteren en verwerken door verschillende
infobronnen te raadplegen (internet, organisaties, deskundigen, literatuur, …) uit publicaties (boeken,
tijdschriften, …) en/of onderzoeksmethoden (observatie, vragenlijst, interview, …) aanwenden.
- Raadplegen van toegankelijke en bij voorkeur recente informatiebronnen en integreren van resultaten van
onderwijsonderzoek relevant voor de eigen praktijk.
- De student kan bibliografisch refereren volgens de APA referentiestijl.
• Vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen.
- Vernieuwende inzichten uit de opleiding in zijn onderwijspraktijk aanwenden.
- In samenspraak met het team vernieuwende inzichten die zich in de samenleving aandienen in zijn
onderwijspraktijk integreren.
- Resultaten van onderwijsontwikkelingswerk en innovaties kunnen integreren, bijvoorbeeld door het onder
begeleiding uitvoeren van eenvoudig praktijkgericht onderzoek.
Sociaal- en communicatief
• Overleggen en samenwerken binnen een team.
- Bewijzen in team te kunnen werken (binnen de studentengroep) met interne (en externe) begeleider(s).
- Participeren aan overleg: over bijv. taakverdeling, planning, activiteiten, inhoud, materiaal, …
- De eigen (pedagogische en didactische) aanpak in team bespreekbaar maken.
- In dialoog met medestudenten en begeleiding reflecteren over eigen (pedagogisch en didactisch) handelen.
• Contacten leggen, communiceren en samenwerken met externe instanties die onderwijsbetrokken initiatieven
aanbieden gericht op kinderen en jongeren.
Reflectie
• Feedback integreren in het eigen handelen.
- Tijdig en gericht feedback vragen en bereid zijn te leren uit eigen ervaringen en die van anderen.
- Informatie en feedback van medestudenten, interne en externe begeleiders aanwenden om de
persoonlijke ontwikkeling te stimuleren.
• Het eigen functioneren bevragen en bijsturen.
- Kritisch terugblikken op eigen ervaringen, (onderwijs)gedrag en handelen.
- Kritisch reflecteren over het eigen leerproces en –product om gericht acties te kunnen ondernemen en te
groeien in het leerkracht- en opvoeder-zijn.
- Betekenisvolle conclusies trekken.
- Zich een mening vormen, een eigen standpunt innemen en onderbouwen met argumenten.
- Alternatieven formuleren, afwegen, kiezen en het gekozen alternatief motiveren.
Presentatie en taal
• De scriptie (proces, verworven competenties en eindproduct) op een originele en boeiende (inter)actieve wijze
presenteren voor begeleiders, medestudenten en externen.
- Beheersen van inhoud en aangepast aan de doelgroep presenteren.
- Presentatiesoftware (PowerPoint/Prezi), didactisch materiaal en audio-visuele media efficiënt en doelgericht
inzetten en aanwenden.
- De mondelinge en schriftelijke presentatie duidelijk en toegankelijk vormgeven met overzichtelijke lay-out en
structuur, logisch en samenhangend opgebouwd.
• Verzorgd, vlot en expressief mondeling taalgebruik en verzorgd schriftelijk taalgebruik in de ‘hand-outs’ en
gepresenteerde scriptiematerialen hanteren.
Attitudes
• Leergierig zijn
- Actief zoeken naar leerkansen door eigen ervaringen en expertise uit te wisselen met anderen.
• Kritische gerichtheid
- bij het verzamelen, selecteren en verwerken van informatie
- bij reflectie over het eigen leerproces en –product.
• Verantwoordelijkheid opnemen voor het eigen leerproces
- Stipt zijn in het nakomen van gemaakte afspraken met de begeleiders en externen uit het onderwijsveld, de
bibliotheek of mediatheek, …
- Verwittigen bij het niet nakomen van afspraken.
- Zelf voorstellen formuleren over de inhoud van de begeleidingsmomenten.
- Voorbereid naar afspraken komen.
- Tijdig problemen signaleren.
Inhoud
De scriptie in de opleiding tot leraar lager onderwijs beoogt het uitdiepen van een thema / competentiedomein van de opleiding. De student werkt hiervoor samen met een externe organisatie (een basisschool, een onderwijsondersteunende dienst,...) De student wordt hierbij begeleid door een begeleider vanuit de opleiding en een begeleider vanuit de externe organisatie.
Doelen
Verworven kennis in 'omgaan met en verwerken van informatie' verder uitdiepen.
Vaardiger worden in een eigen gekozen facet / competentie van het leerkracht zijn.
D.m.v. reflectie het eigen leerproces in kaart kunnen brengen en van daaruit acties ondernemen om te groeien in het leerkracht zijn.
Gericht informatie verzamelen en selecteren i.f.v. de eigen klas en onderwijspraktijk.
Kritische gerichtheid.
Stipt zijn in het nakomen van afspraken met de promotors en derden uit het veld, de bibliotheek,….
Het eindwerk zorgzaam afwerken wat betreft taalgebruik, lay out en bronvermelding.
Verantwoordelijkheid opnemen voor het eigen leerproces.
Leergierig zijn.
Bij eigen ontwikkeling gebruik maken van informatie van leerkrachten, mentoren en docenten (promotors).
Bereidheid tonen om te leren uit eigen ervaring en die van anderen en om ervaringen en expertise uit te wisselen.
Evaluatie
| Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Geïntegreerde evaluatie | 100% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Geïntegreerde evaluatie | 100% | |