Hoofdpagina | Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
Frans 2
Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs |
2010-11 |
nvt |
BALLO_2649 |
3 |
90 uur |
Tweede Programmajaar |
Ja |
Ja |
Ja |
Verplicht |
Punt op 20 |
Ja |
Ja |
Docenten
Onderwijstaal
Onderwijsvorm
- Groepswerk
- Hoorcollege
- Werkcollege
Begincompetentie
De studenten hebben de competenties van het opleidingsonderdeel Frans 1 verworven op voldoende wijze.
Eindcompetentie
BALLO_01.02 | 1.2 - De leerkracht kan doelstellingen kiezen en formuleren. | Doorgroeiniveau |
BALLO_01.03 | 1.3 - De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren. | Doorgroeiniveau |
BALLO_01.04 | 1.4 - De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen structureren en vertalen in een samenhangend onderwijsaanbod. | Doorgroeiniveau |
BALLO_01.05 | 1.5 - De leerkracht kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen. | Doorgroeiniveau |
BALLO_01.07 | 1.7 - De leerkracht kan een krachtige leeromgeving creëren met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep. | Doorgroeiniveau |
BALLO_01.12 | 1.12 - De leerkracht kan omgaan met de diversiteit van de groep. | Doorgroeiniveau |
BALLO_01.13 | 1.13 - De leerkracht kan bijdragen aan het gevoelig maken en openstaan voor talen door aan talensensibilisering te doen. | Doorgroeiniveau |
BALLO_02.7 | 2.4 - De leerkracht kan communiceren met leerlingen met diverse taalachtergronden in diverse talige situaties. | Doorgroeiniveau |
BALLO_03.1 | 3.1 De leerkracht beheerst de basiskennis van de leerinhouden, waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen en eindtermen, en hij kan recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Frans, Lichamelijke Opvoeding, Muzische Vorming, Nederlands, Wereldoriëntatie en Wiskunde en de leergebiedoverschrijdende thema's Leren Leren, Sociale Vaardigheden en Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) volgen. Vanuit onze overtuiging wordt hier godsdienst aan toegevoegd. | Doorgroeiniveau |
BALLO_03.2 | 3.2 De leerkracht kan de verworven kennis en vaardigheid met betrekking tot leergebieden en vakgebieden aanwenden op een geïntegreerde manier. | Doorgroeiniveau |
Leerresultaten
- Beginsituatie van de leerlingengroep en de klas beschrijven door bevraging bij de mentor.
- Kinderen observeren.
- Vertrouwd zijn met de leefwereld van lagere schoolkinderen.
- Basis-, verbredings- en verdiepingsdoelen kiezen op basis van eindtermen en leerplannen, ontwikkelings- en leerlijnen en concreet operationeel formuleren gericht op de totale persoonlijkheid van het kind en vanuit het geloof in de groeikracht van ieder kind.
- Leeractiviteiten selecteren op basis van doelstellingen en beginsituatie.
- Inhouden doelgericht structuren in leerstappen en thema’s.
- Aangepaste werkvormen en groeperingsvormen kiezen en uitwerken in overeenstemming met de beginsituatie en de doelstellingen en waarbij variatie in leerling-leerkrachtsturing wordt nagestreefd.
- Leermiddelen en materialen kiezen en aanpassen in functie van de doelstellingen en de beginsituatie.
- Leerproduct (en –proces) tijdens en na de les evalueren en rapporteren in functie van het bevorderen van de ontwikkeling van kinderen en het bijsturen van de aanpak.
- Basiskennis en basisvaardigheden beheersen en leergebiedoverschrijdende thema’s volgen.
- De verworven basiskennis en –vaardigheden toepassen in de pedagogisch-didactische praktijk.
- De student kan integratie tussen en/of binnen verschillende vakken/vakdomeinen nastreven.
- Leerinhouden aanpassen aan interesses, niveau en leeftijd van de kinderen.
- Inzichten die in de opleiding worden aangereikt onder begeleiding integreren in een lesvoorbereiding.
- Verschillende bronnen van informatie gebruiken bij het voorbereiden van lessen
- De ervaringsgerichte indicatoren voor goed onderwijs (betrokkenheid en welbevinden) gebruiken bij het opzetten van het eigen onderwijs.
- De student is creatief ingesteld, kan alternatieven ontwikkelen en staat er kritisch tegenover.
Mondelinge vaardigheden:
De studenten beheersen de basiskennis en basisvaardigheden Frans.
-Ze kunnen zich op natuurlijke wijze expressief uiten.
-Ze kunnen duidelijk verstaanbaar spreken met de nodige aandacht voor articulatie, stemvolume, tempo, intonatie.
-Ze kunnen ideeën en gedachten helder en duidelijk verwoorden.
-Ze kunnen de regels van de taalsystematiek toepassen.
-Ze kunnen eenvoudige luisteropdrachten tot een goed einde brengen.
-Ze kunnen informatie halen uit een origineel Frans gesproken boodschap (weerbericht, nieuwsuitzending, film, gesprek ...).
Schriftelijke vaardigheden:
De studenten beheersen de basiskennis en basisvaardigheden.
-Ze kunnen ideeën en gedachten helder en duidelijk noteren.
-Ze kunnen de regels van de taalsystematiek toepassen bij het schrijven van korte teksten over henzelf, hun familie, de actualiteit, hun omgeving, ...).
-Ze kunnen de nodige aandacht besteden aan spelling-en tekstconventies.
-Ze kunnen een eenvoudige Franse tekst (krantenartikel, fragment jeugdboek, weerbericht, ...) lezen en de inhoud ervan begrijpen en verwerken.
Inhoud
1. Taalkundige competenties
1.1. Lexicale vaardigheden 1.2. Morfo-syntactische vaardigheden
2. (Inter)-culturele competenties
3. Communicatieve competenties 3.1. Luistervaardigheid 3.2. Leesvaardigheid 3.3. Gespreksvaardigheid 3.4. Spreekvaardigheid 3.5. Schrijfvaardigheid
4. Taalleervaardigheden
5. Vakdidactische competenties
Aanvullend studiemateriaal:
Les 500 exercices de Grammaire, niveau B2: avec corrigés
Auteur: Caduineau-Gündüz M.-P., e.a.
Uitgever: Hachette-FLE, Paris
jaar van uitgave: 2007
ISBN: 978-2011554383
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Handboeken
- Grammaire trajet
- leerplan Frans
- Les 500 exercices de Grammaire, niveau B2: avec corrigés
- Vocabulaire progressif du français avec 250 exercices, niveau intermédiaire
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Evaluatie
De student is geslaagd als zowel op het schriftelijk als het mondeling examen en op de opdracht de helft wordt behaald.
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Schriftelijk examen | 40% | | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Mondeling examen | 20% | | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Opdrachten | 40% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 40% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Mondeling examen | 20% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | 40% | |