Hoofdpagina | Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs
Samen leven en leren
| Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs |
2010-11 |
| nvt |
BALKO_4376 |
| 3 |
90 uur |
| Tweede Programmajaar |
Ja |
| Ja |
Ja |
| Verplicht |
Punt op 20 |
| Ja |
Ja |
Docenten
- Marien Lucia
- Maeseele Marie-Paule
Onderwijstaal
Onderwijsvorm
- Groepswerk
- Hoorcollege
- Practicum
- Werkcollege
- Oefensessie
Begincompetentie
Eindcompetenties secundair onderwijs.
Eindcompetenties programmajaar 1.
Eindcompetentie
| BALKO_01 | BALKO_01 - Functioneel geheel - De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_01.4 | BALKO_01.4 - Inhouden vertalen in activiteiten waarbij passende (multimediale) werk- en groeperingsvormen en ontwikkelingsmaterialen gekozen worden die aansluiten bij de beginsituatie | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_03 | BALKO_03 - Functioneel geheel 3 - De leraar als inhoudelijk expert | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_03.1 | BALKO_03.1 - Beschikken over vaardigheden om gericht en kritisch informatiebronnen te raadplegen om zo recente evoluties in verband met inhouden en vaardigheden uit de verschillende ontwikkelingsgebieden te volgen | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_05.1 | BALKO_05.1 - Vernieuwende inzichten, in samenspraak met het schoolteam, toepassen in het pedagogisch en didactisch handelen | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_05.3 | BALKO_05.3 - Het eigen handelen/opvoedingsvisie en dat van de groep voortdurend bevragen en bijsturen (reflectievaardig en intervisievaardig zijn) | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_06 | BALKO_06 - Functioneel geheel 6 - De leraar als partner van ouders/verzorgers | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_06.2 | BALKO_06.2 - Rekening houdend met de diversiteit initiatieven realiseren die de band tussen school en thuis leggen en ouders in hun eerste opvoedingsverantwoordelijkheid erkennen | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_08 | BALKO_08 - Functioneel geheel 8 - De leraar als partner van externen | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_08.1 | BALKO_08.1 - Contacten opbouwen en samenwerken met organisaties, instanties en personen in de leefomgeving van de school om zo onderwijs en dagelijks leven zo aansluitend mogelijk te maken | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_10 | BALKO_10 - Functioneel geheel 10 - De leraar als cultuurparticipant | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_10.1 | BALKO_10.1 - Zich informeren over de actualiteit betreffende het culturele, sociale, levensbeschouwelijke, sportieve en esthetische | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_10.2 | BALKO_10.2 - De actualiteit en de diversiteit binnen de klas vertalen in een rijk en boeiend aanbod | Opleidingsfase 2 |
| BALKO_10.3 | BALKO_10.3 - Het eigen culturele en levensbeschouwelijke referentiekader kritisch bevragen en bijsturen | Opleidingsfase 2 |
Leerresultaten
1. leraar als begeleider. 1.2 Op basis van de beginsituatie van de klas en de interesses, niveau en noden van de kleuters een doordacht aanbod creëren. 1.3. Breed observeren in functie van leren in diversiteit. 1.4. Inhouden m.b.t. 'samen leren en leven' vertalen in hoeken, zelfstandig en begeleid aanbod. 3. inhoudelijk expert. 3.1. Beschikken over vaardigheden om gericht en kritisch informatiebronnen te raadplegen en te verwerken . 3.2. De leerinhouden en de didactiek vertalen in een concreet aanbod. Leren in diversiteit realiseren: onderwijs vorm geven met aandacht voor interactie en diversiteit. De competentie omgaan met diversiteit bij kleuters nastreven. 6. Leraar als partner van de ouders.6.2. Concrete initiatieven nemen. 8. partner van externen. 8.2. contacten leggen met organisaties, diensten en personen in de directe schoolomgeving om de eigen onderwijsdeskundigheid te vergroten/te ondersteunen: gebruik maken van de deskundigheid van organisaties, diensten en personen uit de buurt van de school bij het zorgen voor een krachtige leeromgeving. 8.3. de school situeren in de buurt en de implicaties daarvan onderkennen: de ervaringskansen die de schoolomgeving biedt in functie van diversiteit en leren benutten. 10. cultuurparticipant: 10.1. Zich informeren op eigen niveau over de actualiteit en de verdere omgeving. 10.3. Het eigen culturele en levensbeschouwelijke referentiekader kritisch bevragen en bijsturen: de eigen deskundigheid in het omgaan met diversiteit onderzoeken.
Inhoud
Van de leraar kleuteronderwijs wordt verwacht dat hij de deur en vensters van de kleuterklas wijd open zet voor de werkelijkheid en de samenleving. In een onderwijsopdracht zit immers het leren van en in de werkelijkheid en van en in het samen-leven. Hiermee wordt benadrukt dat, wat beoogt wordt verder gaat dan het leren 'over' de werkelijkheid en 'over' het samen leven dat die werkelijkheid zelf en dat samenleven zelf er ook moet zijn. Het leren gebeurt dus waar mogelijk in de natuurlijke context en komt uit de verschillende domeinen van het leergebied wereldoriëntatie.
Leren in en van de werkelijkheid, van de dingen zelf. Daarover gaat het in 'op stap met kleuters'.
De klasgroep is een mini-samenleving. Dit samen leven en leren biedt kansen om diversiteit te ervaren en ermee om te gaan. Over beide gaat het in 'diversiteit en leren'.
Leren in de werkelijkheid en in het samen-leven brengt ook mee dat je beroep kan doen op externen en ouders om ontwikkelingskansen ten volle te benutten. Dit betekent werken aan een 'brede school, een leerrijke school'.
'Voor het eerst naar school voor kleuters en ouders' gaat specifiek over de jongste kleuters van 2j en 6 m hun specifieke noden en zorgen.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Cursussen
Evaluatie
| Eerste examenkans - deel 1 | Tweede examenperiode (juni) | Opdrachten | 100% | |