Hoofdpagina | Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs

Handel-Burotica 5


Studiepunten0Creditcontract mogelijkJa
Programmajaar3Examencontract mogelijkJa

Docenten

  • Selleslag Christian
  • Van Hecke Kristin
  • Van Hecke Kristin
  • Selleslag Christian

Onderwijsvorm

  • Hoorcollege
  • Groepswerk
  • Oefensessie
  • Stage/praktijkoefening
  • Werkcollege
  • Zelfstudie

Begincompetentie

Inhoudelijk expert
Eindtermen secundair onderwijs
Eindcompetenties Handel-Burotica 1, 2, 3 en 4

Vakdidactiek
Eindcompetenties didactische thema’s en vakdidactiek programmajaar 2.


Eindcompetentie

INHOUDELIJK EXPERT

Deel 1 : Documentbehendeling

De leraar als inhoudelijk expert
- De studenten diepen de leerinhouden uit van MS Word 2007, Expression Web 2007, MS Excel 2007, MS Powerpoint 2007, MS Access 2007en de freewareprogramma's SoftAlgos, Alice en Wink

De leraar als innovator – de leraar als onderzoeker
- De studenten volgen de recentste evoluties in de softwarepakketten.

De leraar als lid van een schoolteam
- De studenten werken in teamverband aan een opdracht.

Attitudes
A1 Beslissingsvermogen
A2 relationele gerichtheid
A3 kritische ingesteldheid
A4 leergierigheid
A5 organisatievermogen
A6 zin voor samenwerking
A9 flexibiliteit
A10 gerichtheid op adequaat en correct taalgebruik en communicatie

Deel 2 : Macro-economie
De leraar als inhoudelijk expert
- De student beheerst de basiskennis en volgt recente evoluties in verband met domeinspecifieke kennis en vaardigheden op
- De student wendt de verworven domeinspecifieke kennis en vaardigheden aan.

De student heeft inzicht in de relaties tussen de verschillende macro-economische entiteiten (gezinnen, bedrijven, overheid, buitenland), weet hoe de macro-economische grootheden zoals BBP, nationaal inkomen en nationale bestedingen worden berekend en kent de samenhang tussen deze verschillende begrippen en weet je welk licht ze werpen op de Belgische economie.
De student kent het verschil tussen reële en nominale groei en kan deze beide berekenen en heeft een aantal inzichten verworven met betrekking tot welvaart in een economie.
De student kent het begrip conjunctuur en de opeenvolgende fasen van een standaard conjunctuurcyclus en kan deze fasen bespreken.
De student kan een standaard conjunctuurcyclus grafisch voorstellen, enkelvoudige en synthetische conjunctuurindicatoren omschrijven en illustreren met voorbeelden en kent enkele instrumenten die de overheid hanteert bij het voeren van haar conjunctuurpolitiek.

De student kan de begrippenbevolking op ‘beroepsactieve leeftijd’, ‘beroepsbevolking’, ’activiteitsgraad’, ‘werkzaamheidsgraad’, ’werkgelegenheidsgraad’ en ‘werkloosheidsgraad’ definiëren.
De student kent de verschillende soorten werkloosheid, kan de bovenvernoemde ‘graden’ toepassen op cijfermateriaal, de waarde van zo’n ‘graad’ interpreteren en de evolutie in de waarde ervan verklaren.

De student weet wat geld, inflatie, loonindexering en de gezondheidsindex is, kent de betekenis (functies) van het geld en de geldsoorten en kan ze bondig bespreken.
De student kan de verschillende soorten inflatie en de inflatie-oorzaken alsmede het beleid van de overheid om inflatie te bestrijden, kent enkele gevolgen van inflatie en kan het inflatiepercentage berekenen.
De student kan het ontstaan en de werking van loonindexering en gezondheidsindex toelichten,

De student heeft inzicht in de uitgaven & inkomsten van de overheid
De student weet wat de relatie is tussen een begroting, het primair saldo en het financieringssaldo en kan iets vertellen over de Belgische overheidsschuld en haar samenstelling, haar evolutie de laatste 25 jaar, de Maastricht criteria en stabiliteitsprogramma’s.
De student kan de Belgische overheidsfinanciën vergelijken met die van de andere EU lidstaten.

De student kent de term globalisering en heeft inzicht in het ontstaan en de voorwaarden ervan.
De student kan de voordelen van globalisering aanhalen en eventueel nuanceren, weet waar de knelpunten van globalisering zich situeren en kan ze kaderen.
De student kan iets vertellen over de beweging van de anders-globaliseren en kan hun belangrijkste eisen duiden.
De student kan de gevolgen van de financiële crisis linken aan de globalisering.

Taalcompetenties
2 De leraar kan teksten beoordelen op toegankelijkheid voor zijn leerlingen en kan die teksten zo nodig via mondelinge en schriftelijke ingrepen toegankelijk maken. Niveau 2


VAKDACTIEK
LERAAR ALS BEGELEIDER VAN LEER- EN ONTWIKKELINGSPROCESSEN op niveau 1b/2
1.3 De leerkracht selecteert leerinhouden
1.4 De leerkracht structureert leerinhouden en vertalen deze in leeractiviteiten
1.7 De student realiseert een krachtige leeromgeving
1.8. De leerkracht kan observatie en proces- en productevaluatie voorbereiden, in de vorm van een toets, taak, examen en alternatieve assessmentvorm, individueel en indien nodig in team.

LERAAR ALS OPVOEDER op niveau 2
2.4. De leerkracht kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context.

LERAAR ALS INHOUDELIJK EXPERT op niveau 2
3.1 De leerkracht beheerst de basiskennis en volgt recente evoluties in verband met domeinspecifieke kennis en vaardigheden op
3.2. De leerkracht kan de verworven domeinspecifieke kennis en vaardigheden op een duidelijke en inhoudelijk correcte wijze aanwenden in de pedagogisch-didactische praktijk.
3.3 De leerkracht situeert het eigen vormingsaanbod en integreert in het geheel van het onderwijsaanbod.

LERAAR ALS ORGANISATOR
4.3 De leerkracht voert op een correcte wijze administratieve taken uit

LERAAR ALS INNOVATOR
FG5: De leraar als innovator – de leraar als onderzoeker
5.1 De leerkracht wendt en brengt vernieuwende elementen aan
5.2. De leerkracht kan uit artikels uit praktijkpublicaties informatie selecteren om de eigen klaspraktijk mee te verrijken.
5.3 De leerkracht bevraagt het eigen functioneren en stuurt bij

LERAAR ALS PARTNER VAN EXTERNEN
8.1 De student legt contacten, communiceert en werkt samen met externe instanties die onderwijsbetrokken initiatieven aanbieden.

TAALCOMPETENTIES
2 De leraar kan teksten beoordelen op toegankelijkheid voor zijn leerlingen en kan die teksten zo nodig via mondelinge en schriftelijke ingrepen toegankelijk maken. Niveau 2
6 De leraar kan een schriftelijke evaluatie formuleren over leerprocessen en over producten, over gedrag en attitudes van leerlingen. Niveau 1b/2
De leraar is er zich bewust van dat schriftelijk werkmateriaal, bestemd voor leerlingen en andere partners binnen het schoolgebeuren, foutloos moet zijn en slaagt er in dit te realiseren

De student:
- weet aan welke voorwaarden een goede evaluatie/opdracht moet voldoen;
- beoordeelt bestaande toetsen/evaluatiebladen/opdrachten volgens deze criteria;
- stelt zelf een synthesetoets/opdracht en evaluatieblad op bij een aangeduid deel van de leerstof.
- werkt rond een opgegeven thema uit de buitenlandse handel een voorbeeldles uit voor de mede-studenten. De tijd wordt beperkt tot één lesuur. Hierbij dient hij/zij gebruik te maken van een creatieve en interactieve werkvorm bv. een hoekenwerk, een stellingenspel, een gevalstudie, een debat, een spelvorm, een tentoonstelling, een kwis, een video bekijken en bespreken, een rollenspel, een oefening, een leesbare Powerpoint (niet te veel tekst), een getuigenis, een studiebezoek, een demo met vrije toegang tot al dan niet digitale informatie.
Na de les geven de medestudenten een score aan de lesopdracht. Aan de hand van een checklist met relevante criteria motiveren zij deze appreciatie en wordt feedback gegeven. Na de les kunnen de medestudenten
- een taakomschrijving weergeven van de belangrijkste bemiddelende instellingen ter bevordering van de Internationale handel en hun onderlinge samenwerking
- de Internationale handel op wereldschaal en binnen de Europese Gemeenschap onderzoeken en het belang ervan voor Belgie aan de hand van recent cijfermateriaal aantonen
- aan de hand van een vergelijking het gebruik van de Incoterms in verschillende marktsituaties toelichten.
- de risico's omschrijven die inherent verbonden aan internationale handel
- de douaneformaliteiten en de btw-reglementering bij in- en uitvoer praktisch toepassen
- het documentair incasso en het documentair krediet als betalingstechniek in internationale handel schematisch verduidelijken.
- een import- of exportdossier samenstellen met de nodige handelsdocumenten waarbij de betaling gebeurt met een documentair krediet.
- verschillende media raadplegen en berichten over de nieuwste technieken in nationale en internationale handel.
- overheids- en internationale instellingen, beroeps- en bedrijfsorganisaties, banken en bedrijven aanschrijven om de theorie van de buitenlandse handel te toetsen aan de praktijk
Wie niet slaagt voor de voorbeeldles in de eerste examenperiode schrijft een verslag over het opgegeven thema. De student dient daarbij gestructureerd te werken, met schema’s en flowcharts e.v.t. aangevuld met grafieken, tabellen, foto’s. Verder houdt hij/zij de tekst leesbaar, kort en bondig, en toch zo volledig mogelijk. Het rapport wordt bij het begin van de derde examenperiode bezorgd aan de docent op papier en in electronische vorm doorgestuurd

Inhoud

INHOUDELIJK EXPERT

DOCUMENTBEHANDELING

Integratie: Word - Excel - Access – PowerPoint
Aan de hand van voorbeelden worden de verschillende mogelijkheden van integratie tussen de softwarepakketten bestudeerd. Het gebruik en de mogelijkheden van mailmerge wordt uitgediept.
Dit onderdeel zal geëvalueerd worden met een test
Studenten moeten kunnen een volledige mailing uitwerken.

SoftAlgos/Alice
Naar aanleiding van de grote interesse voor het gebruik van vrije software in het secundair onderwijs bestuderen de studenten het programma SoftAlgos en/of Alice.

Wink
De studenten ontwikkelen degelijk cursusmateriaal met behulp van het programma Wink.

Expression Web 2007
Aan de hand van een opdracht de functies van de nieuwe versie toepassen.

MACRO-ECONOMIE

Macro-economische grootheden, conjunctuur en economische groei
De arbeidsmarkt
Geld, inflatie en loonindexering
Overheidsfinanciën
Globalisering

VAKDIDACTIEK
- Algemene evaluatieconcepten.
- Wat is evalueren en waarom evalueren ?
- Nagaan wat de leerplannen, vademecums en vakdocumenten hierover vermelden.
- Evaluatievormen.
- Evalueren van een schriftelijk werkstuk, van (presentatie)vaardigheden en van groepswerk.
- Bestaande synthesetoetsen/ opdrachten en evaluatiebladen bespreken.
- Zelf een synthesetoets/opdracht en evaluatieblad opstellen.
- Elke student kiest in overleg met de andere klasgenoten en met de leerkracht een thema uit de onderstaande lijst met dien verstande dat elk thema slechts éénmaal aan bod kan komen. De theorie bevindt zich in de cursus en dient vooraf ernstig doorgenomen.

1. Blik op de internationale handel (voor de wereld en voor België)
2. Internationale handelspolitiek
3. Handelspromotie, Tussenpersonen in de internationale handel
4. Incoterms
5. Documenten in de internationale handel
6. Douaneformaliteiten
7. Btw-verplichtingen
8. Betalingsmiddelen en –technieken
9. Financiering van de internationale handel op korte termijn
10. Financiering van de internationale handel op middellange en lange termijn, bankgaranties
11. Risico’s verbonden aan de internationale handel, Tussenkomende instellingen en organisaties
12. Transportverzekering

De cursusteksten van het handboek ‘ Buitenlandse Handel, het naslagwerk voor de buitenlandse handel, Walter Temmerman, Beatrijs Walters, Standaard Uitgeverij, 5de of volgende herwerkte uitgave dienen daarbij als leidraad. Deze cursus is ingedeeld in 14 hoofdstukken. Opzoekingen op Internet, in bibliotheken, bij overheids- en/of internationale instellingen, beroeps- en bedrijfsorganisaties, banken en/of bedrijven zijn noodzakelijk om de theorie te toetsen aan de praktijk en support van de leerkracht zijn daarbij onmisbaar.

Voor dit onderdeel ligt de nadruk op de zelfwerkzaamheid van de studenten, het stimuleren van hun mondelinge uitdrukkingsvaardigheid en de inzichtelijke discussie.

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Inhoudelijk expert

Cursussen

  • Cursus

Handboeken

  • Economie Vandaag

Toledo (Digitale leeromgeving)

  • Online studiemateriaal
  • Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Vakdidactiek

Cursussen

  • Cursus

Toledo (Digitale leeromgeving)

  • Online studiemateriaal
  • Opdrachten en studiemateriaal op Toledo

Evaluatie

Berekening van scores voor opleidingsonderdelen die bestaan uit meerdere deelopleidingsonderdelen
Algemene regel: totaalscore = gewogen gemiddelde van de deelscores. Uitzonderingsregel (in geval een zwaar tekort op één deelopleidingsonderdeel maakt dat het credit voor het volledige opleidingsonderdeel niet kan toegekend worden) (toe te passen op scores die werden afgerond tot op een geheel getal op twintig):
1. voor gewogen gemiddelden kleiner dan 9/20 en groter dan 14/20 wordt niet ingegrepen op de totaalscore ( = gewogen gemiddelde van de deelscores)
2. voor gewogen gemiddelden vanaf 9/20 tot en met 14/20 wordt de totaalscore afgetopt naar:
*8/20 indien een deelscore 0, 1, 2, 3 of 4 op 20 bedraagt
*9/20 indien een deelscore 5 of 6 op 20 is

Inhoudelijk expert
Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Mondeling examen50%
Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Tussentijdse evaluatie50%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Mondeling examen50%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Schriftelijk examen50%
Vakdidactiek
Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Opdrachten100%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Opdrachten100%