Hoofdpagina | Bachelor in de interieurvormgeving

Meubel- en interieurgeschiedenis


Studiepunten4Creditcontract mogelijkJa
Programmajaar1Examencontract mogelijkJa

Docenten

  • Quaeyhaegens Ilse

Onderwijsvorm

  • Hoorcollege
  • Werkcollege

Begincompetentie

Eindtermen secundair onderwijs

Eindcompetentie

Zie ook matrix algemene eindcompetenties (intranet).
De student kent en situeert de evolutie van het wonen,het interieur en de meubels vanaf de Prehistorie tot de Art Nouveau.Hij heeft inzicht via cultuurgebonden kenmerken in de diverse stijlen en legt verbanden tussen de periodes.
De student begrijpt de historische context,herkent de verschillende stijlen,materialen,constructiemethodes en ontwerpers per periode en in relatie tot alle periodes.
De student kan op een kritische wijze informatie verzamelen,selecteren en verwerken door middel van een opgelegd seminariewerk dat in groepsverband gemaakt wordt.

Inhoud

Overzicht van de ontwikkeling van het wonen,het interieur en specifiek de meubelkunst in de periodes vanaf de Prehistorie (in korte inleiding)over de Oudheid,Middeleuwen,Nieuwe en Nieuwste tijden tot en met de Art Nouveau.
Van deze periodes worden de belangrijkste kenmerken en voorbeelden aan de hand van beeldmateriaal besproken zodat de student inzicht krijgt in de verschillende stijlperiodes met het accent op het meubel.
Van die verschillende periodes wordt een onderzoek gedaan naar het wonen,de inrichting en specifiek het meubel(constructie,materialen,stijlkenmerken,versieringsmethodes,ontwerpers).
Volgende periodes worden extra bestudeerd(hier komen ook de hoofdvragen uit voor het examen):Egypte,Rome,Romaans,Gotiek,Renaissance,Barok,Rococo,Classicisme,Empire,Art Nouveau.De andere periodes worden kort behandeld

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Evaluatie

Een schriftelijk examen(70% punten)in combinatie met eem seminariewerk(30%).
Een schriftelijk examen wordt afgenomen in januari voor semester 1.Zowel in eerste als tweede examenkans telt het seminariewerk mee.Wie geen seminariewerk afgeeft mag geen examen afleggen.Indien het seminariewerk in eerste examenkans onvoldoende is en de student het vak moet hernemen moet ook het seminariewerk hernomen worden.
De studenten werken per twee aan het seminariewerk.De gegevens hierover zijn te vinden op Toledo en de eerste les wordt uitleg gegeven over deze taak.

Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Schriftelijk examen70%
Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Opdrachten30%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Schriftelijk examen70%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Opdrachten30%