Hoofdpagina | Bachelor in het officemanagement
Intertaal (Frans, Engels)
Docenten
- Ginckels Willem
- Meerts Elisabeth
Onderwijsvorm
- Groepswerk
- Oefensessie
- Practicum
Begincompetentie
De competenties die op het einde van OM, Frans 4 en/of Engels 4 bereikt worden.
Eindcompetentie
2.A. Als (meertalige) communicator toont de jonge professional aan dat hij via de geijkte kanalen een boodschap in verschillende talen zowel mondeling als schriftelijk aan de juiste doelgroep kan doorgeven; die boodschap bevat accurate, duidelijke, (qua vormgeving) aantrekkelijke informatie, aangepast aan de specifieke doelgroep. Hij kan voor opvolging zorgen indien nodig.
2.A.1 De student drukt zich vlot uit zowel schriftelijk als mondeling met een afwisselende woordenschat in de drie vreemde talen, en een steeds bredere waaier aan zinsconstructies en idioom, hanteert de gepaste taalregisters. Hij beheerst alle basisregels van de grammatica.
2.A.2 Hij converseert in correct Frans en Engels over actuele onderwerpen en in beroepsgerichte situaties (telefoongesprekken, vergaderingen, face to face- gesprekken, slechtnieuwsgesprekken, presentaties, rapporteringen, enz). De student schakelt daarbij vlot over van de ene vreemde taal naar de andere.
2.A.3 Hij synthetiseert Nederlandse informatie in het Frans en Engels om die aan anderen door te geven.
3.C. De jonge professional kan zijn werk in tijd plannen, prioriteiten stellen, deadlines halen, ook als hij onder (zware) stress staat.
5.A. Als kwaliteitsbewaker kan de jonge professional bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen instaan voor de kwaliteit van zijn eigen werkuitvoering. 5.A.1 Hij is voortdurend alert genoeg en bereid om iets op te zoeken zodat het foutenpercentage tot een absoluut minimum herleid wordt.
5.A.2 Nauwgezetheid gaat hand in hand met flexibiliteit en zin voor creativiteit.
5.B. Als kwaliteitsbewaker kan de jonge professional bij de uitoefening van de verschillende beroepsrollen een bijdrage leveren tot het verbeteren van de kwaliteit van zijn beroepsomgeving.
5.B.1 Hij wil permanent bijleren , staat open voor diversiteit wat onder andere inhoudt dat hij met respect reageert op het 'anders' zijn,denken en commercieel handelen van zijn gesprekspartner.
5.B.2 Hij is communicatief en leergierig, kritisch tegenover zijn bronnen, zijn eigen werk en dat van anderen.
5.B.3 Hij is een teamplayer maar kan ook zelfstandig werken en verantwoordelijkheid opnemen.
Gemeenschappelijk Europees referentiekader:
- Frans: luisteren B2; lezen C1; spreken B2; schrijven B2;
- Engels: C1
Inhoud
Een greep uit: (inter)actief (inter)taalspel; telefoongesprekken; platformdiscussie over diverse onderwerpen; oefeningen op time management; internationale contacten, zoals: walk & talk 'buitengaats', bvb interview met niet-Belgische vereniging of organisatie in Brussel, gevolgd door mondelinge meertalige verslaggeving op school; meertalig vergaderen + verslaggeving; internationaal/-cultureel projectje (telefoongesprekken, correspondentie bvb met buitenlandse culturele -/handelsvertegenwoordiging of NGO: gevarieerde opdrachten); bedrijfsbezoek; project bedrijvencentrum (telefoongesprekken, correspondentie: gevarieerde opdrachten); procedure solliciteren (voorbereiden van het sollicitatiegesprek); mogelijk tweetalige voordracht rond bedrijfsgelinkt thema.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Online studiemateriaal
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Evaluatie
Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Mondeling examen | 40% | | Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Tussentijdse evaluatie | 60% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Mondeling examen | 60% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 40% | |