Hoofdpagina | Bachelor in de verpleegkunde

Verpleegkundige diagnostiek en interventies 3


Studiepunten7Creditcontract mogelijkJa
Programmajaar2Examencontract mogelijkJa

Docenten

  • Kuhn Ernestina
  • De Wachter Peter
  • Van Winkel Hildegarde

Onderwijsvorm

  • Hoorcollege
  • Werkcollege

Begincompetentie



Eindcompetenties verpleegkundige diagnostiek en interventies 2

Eindcompetentie

De verpleegkundige als PERSOON handelt naar beroepsspecifieke attitudes
1. Empathie, verantwoordelijkheidszin, kritische ingesteldheid, aanpassingsvermogen en stressbestendigheid aanwenden in de verpleegkundige context.
De student kan:
- eigen houding en handelingen verantwoorden
- verwoordt eigen werkpunten op eigen initiatief
- neemt initiatief om de situatie ( casus en oefensituaties) te verbeteren

De verpleegkundige als KLINISCH BEOORDELAAR EN ZORGVERLENER verleent professioneel verpleegkundige zorg op maat
5. Verpleegkundige zorg verlenen vanuit wetenschappelijk perspectief
De student kan verbanden leggen tussen gegevens uit meerdere bronnen o.a. theorie en praktijk
6. Relevante gegevens verzamelen over het cliëntsysteem in de verpleegkunde
De student herkent en erkent de klinische symptomen en klachten van eenvoudige disfuncties en de reactie op hun ziek-zijn
7. Verpleegproblemen en behoeften identificeren en onderscheiden
De student identificeert de samenhang tussen verpleegproblemen en - diagnoses in matig complexe zorgsituaties
8. Doelstellingen bepalen en een verpleegkundig zorgplan opmaken, afgestemd op het cliëntsysteem en op het zorgsysteem
De student bepaalt concrete doelstellingen en een individueel zorgplan in matig complexe zorgsituaties
9. Verpleegkundige handelingen verantwoord uitvoeren
De student:
- kan correcte informatie geven aan cliënt en familie
- handelt volgens de verpleegkundige basisprincipes in matig complexe situaties
- werkt volgens de voorgeschreven protocollen en procedures
- voert de zorg vlot en handig uit in matig complexe situaties
- neemt maatregelen ter bescherming van de eigen veiligheid en die van collega's
10. De resultaten van de zorgverlening evalueren en bijsturen
De student
- evalueert de kwaliteit van de verleende zorg
- stuurt zorg, indien gewenst, bij
11. Relevant en efficiënt schriftelijk en mondeling rapporteren
De student:
- rapporteert volledig, relevant en beknopt
12. Primaire en secundaire preventie toepassen
De student:
- identificeert gezondheidsrisico's bij cliënten
- bespreekt met cliënten de mogelijke gezondheidsrisico's

De verpleegkundige als ORGANISATOR EN COÖRDINATOR organiseert en coördineert de diverse aspecten van de zorg
13. De zorg organiseren en coördineren
De student kan prioriteiten stellen in de zorg voor een cliënt in matig complexe zorgsituaties

De verpleegkundige als PROFESSIONAL levert een bijdrage aan het bevorderen van de kwaliteit van de verpleegkundige zorg
14. Handelen in functie van kwaliteitszorg
De student:
- analyseert eigen verpleegkundig handelen in functie van de kwaliteitscriteria
- reflecteert over de kwaliteit van het eigen handelen in functie van het theoretisch onderwijs en klinische praktijkrichtlijnen.

Inhoud

In de module geneeskundige verpleegkunde gaat de aandacht vooral naar verpleegkundige aandachtspunten bij bloedafname, perifeer intraveneus infuus, subcutaan infuus, puncties en zorgen aan het urinestelsel. De bedoeling is dat de student in dit verband verpleegsituaties kan analyseren en vanuit de basisprincipes van het verpleegkundig handelen verschillende verpleegkundige acties kan plannen, uitvoeren en evalueren. Tevens verwerft hij theoretische inzichten, alsook kennis van de nodige materialen en mogelijke verwikkelingen die zich kunnen voordoen.

In de module heelkundige verpleegkunde bouwen we onze kennis en kunde rond de heelkundige zorgvrager verder uit. Theoretische inzichten worden verdiept, recente inzichten inzake wondzorg worden bestudeerd, verbanden van de 2° en de 3° generatie besproken. De technische vaardigheden worden, zoals verwacht, complexer. Hierbij wordt verder gebruik gemaakt van het voor de lessen VD&I2 aangeschafte boek 'wondzorg'.

In de module pijn en pijnbestrijding worden de eerste basisbegrippen rond farmacologie aangereikt. Worden behandeld: geschiedenis, geneesmiddelenvormen, hun toediening en verpakking, farmacokinetiek, geneesmiddelen tijdens zwangerschap en borstvoeding, de Wet op de Geneesmiddelenvoorziening en fouten bij de geneesmiddelentoediening in ziekenhuizen.
Vervolgens ligt het accent op pijn en pijnbestrijding: fysiologie, waarneming, soorten en typen pijn, methoden van pijnbestrijding en - meting en de rol van de pijnreferentieverpleegkundige.

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Evaluatie

Om te slagen voor dit opleidingsonderdeel dien je 10/20 op het totaal te behalen.
Indien je op één van de afzonderlijke delen (heelkundige/geneeskundige/pijn en pijnbestrijding) minder dan 7/20 behaalt ben je niet geslaagd voor het geheel van het opleidingsonderdeel.
Indien je op één van de afzonderlijke delen van de vaardigheidstoets (heelkunde/geneeskunde) minder dan 10/20 behaalt ben je niet geslaagd voor de vaardigheidstoets. Om te kunnen slagen voor het geheel van het opleidingsonderdeel dien je 10/20 te behalen op de vaardigheidstoets.




Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Schriftelijk examen60%
Eerste examenkansEerste examenperiode (januari)Mondeling examen40% Vaardigheidstoets geneeskundige / heelkundige technieken
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Schriftelijk examen60%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Mondeling examen40% Vaardigheidstoets geneeskundige / heelkundige technieken