Hoofdpagina | Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs

Technologische opvoeding 4


Studiepunten0Creditcontract mogelijkJa
Programmajaar2Examencontract mogelijkJa

Docenten

  • De Puysseleir Joke
  • de Backer Bart

Onderwijsvorm

  • Hoorcollege
  • Practicum
  • Werkcollege
  • Zelfstudie

Begincompetentie

Eindcompetenties van TO 3

Eindcompetentie

A. INHOUDELIJK EXPERT
(Zie basiscompetenties leraar secundair onderwijs groep 1)

Verbreding en verdieping van de eindcompetenties TO 3.
1 DE LERAAR ALS BEGELEIDER VAN LEER- EN ONTWIKKELINGSPROCESSEN
1.8 Observatie/evaluatie voorbereiden met specifieke aandacht voor het evalueren van werkstukken
1.9 Observeren/proces en product evalueren met specifieke aandacht voor het evalueren van werkstukken

2 DE LERAAR ALS OPVOEDER
2.6 Het fysiek welzijn van de leerlingen bevorderen door aandacht te hebben voor een correcte werkhouding en het doen naleven van veiligheidsinstructies

3 DE LERAAR ALS INHOUDELIJK EXPERT
3.1 Vakinhouden die onderwezen worden beheersen en recente evoluties in verband met domeinspecifieke kennis en vaardigheden opvolgen
3.2 De verworven domeinspecifieke kennis en vaardigheden aanwenden

5 DE LERAAR ALS INNOVATOR-ONDERZOEKER
5.1 Vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen
De leraar volgt de evolutie van technologie en techniek om zijn horizon te verruimen en meer draagkracht te ontwikkelen.

8 DE LERAAR ALS PARTNER VAN EXTERNEN
8.1 Contacten leggen, communiceren en samenwerken met externe instanties die onderwijsbetrokken initiatieven aanbieden


B. VAKDIDACTIEK (ijkniveau 2)

DE LERAAR ALS BEGELEIDER VAN LEER- EN ONTWIKKELINGSPROCESSEN
1.2 De leerkracht kan basisdoelen, verbredings-, verdiepingsdoelen en vakoverschrijdende doelen kiezen en concreet- operationeel formuleren op basis van leerplan, eindtermen en ontwikkelingsdoelen
1.4 De leerkracht kan de leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten en bordschema’s en zelf een leerlijn uitzetten
1.5 De leerkracht kan aangepaste werkvormen (doceren, onderwijsleergesprek, toepassingen, opdrachten, groepswerk, hoeken-en contractwerk, projectwerk, begeleid zelfstandig leren, excursie, ....) en groeperingsvormen (individueel, klassikaal, groepsgewijs) uitwerken en realiseren om een activerend lesverloop te creëren
1.6 De leerkracht kan individueel en in team en op adequate, gestructureerde wijze leermiddelen kritisch kiezen, aanpassen, aanmaken en gebruiken in functie van de doelstellingen, de beginsituatie en gekozen methodische aanpak en groeperingsvorm
1.12 De leerkracht kan omgaan met de diversiteit van de leergroep.
1.13 De leerkracht kan leer- en ontwikkelingsprcessen opzetten en realiseren vanuit een vakoverschrijdende invalshoek

DE LERAAR ALS OPVOEDER
2.4 De leerkracht kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context

DE LERAAR ALS INHOUDELIJK EXPERT
3.3 De leerkracht kan het eigen vormingsaanbod situeren en integreren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en oriëntering van de leerlingen,door hier in de lesvoorbereiding rekening mee te houden en naar te verwijzen (eindtermen, leerplandoelstellingen en jaarplannen) en door tijdens de les verwijzingen te maken naar voorkennis, andere vakken, ...

TAALCOMPETENTIES
2 De leraar kan teksten beoordelen op toegankelijkheid voor zijn leerlingen en kan die teksten zo nodig via mondelinge en schriftelijke ingrepen toegankelijk maken

Inhoud

1. De leerinhouden, zoals ze in het leerplan SO opgenomen zijn, staan centraal. We behandelen volgende leerinhouden van het tweede jaar A-stroom:
Informatietechnologie: programmeren; muziek, sturen van een wagentje of miniverkeerslicht, kraan, …; sturingen uitvoeren met de didactische paneeltjes; sturingen simuleren en uitvoeren aan de hand van software en hardware die beschikbaar is in het werkveld.

2. kennismaking met leervak en leerplan TO in het 1ste leerjaar B;
visie op het leervak TO in 1B; beginsituatie van de leerlingen; algemene doelstellingen TO in de B-stroom; algemene pedagogisch-didactische wenken; de elf verkenningsgebieden; leerplandoelstellingen, leerinhouden, pedagogisch-didactische wenken en didactische hulpmiddelen (besproken per verkenningsgebied)
De verkenningsgebieden verzorgingstechnieken, voeding, hout, bouw, elektriciteit, metaal, kunststoffen, schilder- en grafische technieken, textiel en tuinbouw worden exemplarisch aangeboden.

3. vakdidactiek:
Elk project wordt ingeleid met een verwijzing naar het leerplan en een bespreking van de leerplandoelstellingen. Naast de leerinhouden wordt veel aandacht besteed aan het beschikbare en geschikte didactisch materieel, de mogelijkheden van ICT-ondersteuning, nuttige adressen van leermiddelenbedrijven e.a.
Er worden aangepaste opdrachten voorzien om de competenties van het luik vakdidactiek te bereiken. Verdere begeleiding bij het opstellen van een lesvoorbereiding. Er wordt dieper ingegaan op evaluatie van werkstukken, toetsen en attitudes.

4. achtergrondinformatie: er wordt op geregelde tijdstippen actuele, relevante achtergrondinformatie aangeboden.

Studiematerialen

Meer info op de cursussen- en boekenlijst.

Inhoudelijk expert

Cursussen

  • Cursus

Handboeken

  • Logisch schakelen 2
  • Schakel 2 - leerwerkschrift
  • Technologie 1ste graad infofiches naslagwerk

Toledo (Digitale leeromgeving)

  • Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Vakdidactiek

Cursussen

  • Cursus

Handboeken

  • Logisch schakelen 2
  • Schakel 2 - leerwerkschrift
  • Technologie 1ste graad infofiches naslagwerk

Toledo (Digitale leeromgeving)

  • Opdrachten en studiemateriaal op Toledo

Evaluatie

Berekening van scores voor opleidingsonderdelen die bestaan uit meerdere deelopleidingsonderdelen
Algemene regel: totaalscore = gewogen gemiddelde van de deelscores. Uitzonderingsregel (in geval een zwaar tekort op één deelopleidingsonderdeel maakt dat het credit voor het volledige opleidingsonderdeel niet kan toegekend worden) (toe te passen op scores die werden afgerond tot op een geheel getal op twintig):
1. voor gewogen gemiddelden kleiner dan 9/20 en groter dan 14/20 wordt niet ingegrepen op de totaalscore ( = gewogen gemiddelde van de deelscores)
2. voor gewogen gemiddelden vanaf 9/20 tot en met 14/20 wordt de totaalscore afgetopt naar:
*8/20 indien een deelscore 0, 1, 2, 3 of 4 op 20 bedraagt
*9/20 indien een deelscore 5 of 6 op 20 is

Inhoudelijk expert
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Opdrachten40%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Schriftelijk examen met mondelinge voortzetting60%
Eerste examenkansTweede examenperiode (juni)Schriftelijk examen met mondelinge voortzetting60%
Eerste examenkansTweede examenperiode (juni)Tussentijdse evaluatie40%
Vakdidactiek
Eerste examenkansTweede examenperiode (juni)Opdrachten100%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Schriftelijk examen met mondelinge voortzetting50%
Tweede examenkansDerde examenperiode (augustus)Opdrachten50%