Hoofdpagina | Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs
Informatica 3
Docenten
- Selleslag Christian
- Van Hecke Kristin
Onderwijsvorm
- Hoorcollege
- Werkcollege
- Zelfstudie
- Oefensessie
- Groepswerk
- Stage/praktijkoefening
Begincompetentie
Inhoudelijk expert : Eindcompetenties van opleidingsonderdelen Informatica 1 en 2
Vakdidactiek : Eindcompetenties van Informatica 2 vakdidactiek
Eindcompetentie
INHOUDELIJK EXPERT
FG 1: De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen
- V 1.3 De student selecteert leerinhouden
- V 1.4 De student structureert leerinhouden en vertaalt deze in leeractiviteiten
- V 1.7 De student realiseert een krachtige leeromgeving
De student verzamelt vooraf relevante gegevens, normaliseert de gegevensstructuur en verwerft inzicht in de principes van de relationele databases.
De student voert de geregistreerde gegevens in via tabellen en op een meer gebruiksvriendelijke manier via formulieren
De student spoort relevante informatie op met queries.
De student drukt geglobaliseerde resultaten af in rapportvorm en maakt mailings aan met behulp van Word en Access.
De student werkt geautomatiseerde handelingen uit met macro’s.
Vertrekkend van een probleemstelling ontwerpt de student een Visual Basic- en Javascript-programma.
De student leert logisch en gestructureerd denken door programmacode te schrijven in de
objectgeorienteerde talen Visual Basic en Javascript. De student maakt eenvoudige scripts m.b.v. een webeditor. Door JavaScript toe te passen binnen een webbrowser zorgt hij voor interactiviteit op de website. De student analyseert een bestaand script, brengt kleine wijzigingen aan en breidt indien nodig uit. De student test de programma’s uit op logische en syntactische fouten.
FG 3: De leraar als inhoudelijk expert
- V 3.1 De student beheerst de basiskennis en volgt recente evoluties in verband met
domeinspecifieke kennis en vaardigheden op
- V 3.2 De student wendt de verworven domeinspecifieke kennis en vaardigheden aan.
- V 3.3 De student situeert het eigen vormingsaanbod en integreert in het geheel van het
onderwijsaanbod.
De student ontwikkelt zelfstandig aan de hand van het pakket voor gegevensbeheer Access een bedrijfsgerichte toepassing bestaande uit tabellen, formulieren, rapporten, query’s, macro’s en menubalken.
De student beheerst de meest voorkomende controle- en herhalingsstructuren en andere functionaliteiten typisch voor Visual Basic en JavaScript
De student gaat dieper in op de nieuwigheden en gevorderde mogelijkheden in Excel en leert de finesses om een rekenmodel te ontwerpen en de geïnformatiseerde gegevens op een
verantwoorde wijze voor te stellen.
FG5: De leraar als innovator – de leraar als onderzoeker
- V 5.1 De student wendt en brengt vernieuwende elementen aan
- V 5.3 De student bevraagt het eigen functioneren en stuurt bij
De student leert beredeneerd omgaan met de pc om het zelfvertrouwen te stimuleren zodat hij andere pakketten durft aan te pakken en de verworven kennis op een didactisch verantwoorde manier in een klassituatie naar voor kan brengen
De student ontdekt de nieuwe objectgeoriënteerde mogelijkheden van Visual Basic.net.
De student maakt kennis met de nieuwe mogelijkheden van Javascript : in combinatie met CSS,DOM, en HTML 4.01 (samen de Dynamic HTML) geeft hij aan JavaScript een absolute meerwaarde mee.
De student leert beredeneerd omgaan met de pc om het zelfvertrouwen te stimuleren zodat hij nieuwe programmeertalen durft aan te pakken en de verworven kennis op eendidactisch verantwoorde manier in een klassituatie naar voor kan brengen.
VAKDIDACTIEK
LERAAR ALS BEGELEIDER VAN LEER- EN ONTWIKKELINGSPROCESSEN
1.1. De leerkracht kan de beginsituatie van de leerlingen en de leergroep achterhalen (voorkennis en gedrag) via studie van de puber, raadpleging leerplan, observatie en bevraging mentor
1.2. De leerkracht kan basisdoelen, verbredings-, verdiepingsdoelen en vakoverschrijdende doelen kiezen en concreet- operationeel formuleren op basis van leerplan, eindtermen en ontwikkelingsdoelen
1.4. De leerkracht kan de leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten, bordschema’s, en en zelf een leerlijn uitzetten
1.5. De leerkracht kan aangepaste werkvormen (doceren, onderwijsleergesprek, toepassingen, opdrachten, groepswerk, hoeken- en contractwerk, projectwerk, begeleid zelfstandig leren, excursie, ....) en groeperingsvormen (individueel, klassikaal, groepsgewijs) uitwerken en realiseren om een activerend lesverloop te creëren
1.6. De leerkracht kan individueel en in team en op adequate, gestructureerde wijze leermiddelen kritisch kiezen, aanpassen, aanmaken en gebruiken in functie van de doelstellingen, de beginsituatie en gekozen methodische aanpak en groeperingsvorm
1.13 De leerkracht kan leer- en ontwikkelingsprcessen opzetten en realiseren vanuit een vakoverschrijdende invalshoek
LERAAR ALS OPVOEDER
2.4. De leerkracht kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context
Verschillende waardevolle bronnen van informatie gebruiken bij het voorbereiden van lessen.
LERAAR ALS INHOUDELIJK EXPERT
3.3 De leerkracht kan het eigen vormingsaanbod situeren en integreren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en oriëntering van de leerlingen,door hier in de lesvoorbereiding rekening mee te houden en naar te verwijzen (eindtermen, leerplandoelstellingen en jaarplannen) en door tijdens de les verwijzingen te maken naar voorkennis, andere vakken, ...
LERAAR ALS ORGANISATOR
4.4. De leerkracht kan een stimulerende, gezonde, milieuvriendelijkeen werkbare klasruimte creëren (materialen worden op veilige wijze door leerlingen gebruikt en nadien opgeruimd, …) , rekening houdend met de veiligheid van de leerlingen
TAALCOMPETENTIES
2 De leraar kan teksten beoordelen op toegankelijkheid voor zijn leerlingen en kan die teksten zo nodig via mondelinge en schriftelijke ingrepen toegankelijk maken
Inhoud
INHOUDELIJK EXPERT
Access
Tabellen ontwerpen, primaire sleutel – selecteren van gegevens met selectiefilter en formulierfilter
Relaties leggen tussen tabellen
Selectiequery's met meerdere criteria, groepstotalen, kruistabellen, parameters, unieke waarden
Formulieren, ontwerp van de secties, aanpassen van de opmaak, wijzigen van de eigenschappen van de besturingselementen – gebruik in de werkset van een label, afhankelijk en niet-afhankelijk object, keuzelijst,keuzelijst met invoervak, aankruisvak, groepsvak,keuzerondje, wisselknop,commandoknop - hoofd- en subformulieren
Rapporten (inclusief groepsonderbreking) en etiketten
Mailmerge
Macro’s
Excel
Voorwaardelijke opmaak - Gevorderde functies : hoofdletters, kleine.letters, dag, maand, jaar, vandaag, nu, beginletters, bet, vert.zoeken, kiezen, links, rechts, deel, som.als, aantal.als, en, of, percentiel, kwartiel, rang, modus, mediaan, interval, Meerdere werkbladen en werkboeken – Sorteren op meerdere criteria – Filters – Subtotalen – Draaitabel – Draaigrafiekrapport - Macro's – Doelzoeker – Formulieren – Data Tabel – Histogrammen - Fequentieverdelingen
Javascript
Verschil met Java - Externe scripts – Methodes : write, prompt, alert, confirm - Operatoren : vergelijkende,logische, rekenkundige, string- Event handlers - Ingebouwde en eigenhandig opgebouwde functies- Controlestructuren- Objecten: date, math, array
Visual Basic
Begrippen project, object, property, method en event - Declaratie van variabelen -
Functies en subprocedures - Eenzijdige-,tweezijdige en meerzijdige selectie - Begrensde en onbegrensde herhalingscontrolestructuren , Message- en inputbox - Fouten opsporen en opvangen - Arrays
VAKDIDACTIEK
Studenten leren werken met de leerplannen, in het bijzonder hoe leerplandoelstellingen om te zetten naar lesdoelen. Via micro-teaching worden de principes van vakdidactiek ingeoefend. De nadruk ligt hierbij op het werken met verschillende versies (Open Office) van tekstverwerking, rekenblad, gegevensverwerking en presentaties. Een didactische bundel wordt hierbij opgesteld.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Inhoudelijk expert
Cursussen
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Vakdidactiek
Online studiemateriaalOpdrachten en studiemateriaal op Toledo
Evaluatie
Berekening van scores voor opleidingsonderdelen die bestaan uit meerdere deelopleidingsonderdelen
Algemene regel: de totaalscore is het gewogen gemiddelde van de deelscores.
Uitzonderingsregel (in geval een zwaar tekort op één deelopleidingsonderdeel maakt dat het credit voor het volledige opleidingsonderdeel niet kan toegekend worden)(toe te passen op scores die werden afgerond tot op een geheel getal op twintig):
1. voor gewogen gemiddelden kleiner dan 9/20 en groter dan 14/20 wordt niet ingegrepen op de totaalscore ( = gewogen gemiddelde van de deelscores)
2. voor gewogen gemiddelden vanaf 9/20 tot en met 14/20 wordt de totaalscore afgetopt naar:
*8/20 indien een deelscore 0, 1, 2, 3 of 4 op 20 bedraagt
*9/20 indien een deelscore 5 of 6 op 20 is
Inhoudelijk expert |
Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Mondeling examen met computer | 80% | | Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Opdrachten | 20% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Mondeling examen met computer | 80% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | 20% | | Vakdidactiek |
Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Tussentijdse evaluatie | 100% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Mondeling examen met computer | 100% | |