Begincompetentie
Eindtermen secundair onderwijs en competenties van elektriciteit 1 met betrekking tot de geziene leerstof.
Eindcompetentie
- de studenten beheersen de vaardigheden om de beginsituatie van de groep te achterhalen - de studenten bepalen de doelstellingen vanuit het leerplan voor het geven van een les voor de eigen klasgroep - de studenten formuleren de doelstellingen voor de lessen die ze tijdens de stage geven - studenten weten hoe doelstellingen te formuleren - doelstellingen worden correct geformuleerd op de voorbereiding van hun stage - met de vakleerkracht worden de leerinhouden geselecteerd - student weet welke leerinhouden van welk leerplan hij kan selecteren en welke criteria hij hanteert - mentor en student bepalen de leerinhouden - de student zet de medestudenten aan het werk na de uiteenzetting - na de uiteenzetting worden de studenten aan het week gezet - de student bepaalt zelf welk medium hij gebruikt tijdens zijn les - de student achterhaalt welke didactische middelen er in de school voorhanden zijn - de studenten gebruikt de gepaste didactische middelen die in de school aanwezig zijn - de studenten weten hoe zij hun werkvormen of opdrachten kunnen aanwenden om zo een krachtige leeromgeving te creëren - de student weet welke basiskennis hij geacht wordt te kennen, hij weet ook hoe hij info verzamelt om deze kennis te verwerven - de student weet dat de techniek constant verandert en weet waar en hoe de informatie te verwerven om zich de nieuwe technieken eigen te maken - de student past de nieuwe technieken toe als de mogelijkheid zich voordoet - de student weet hoe hij een ideaal leer- en werkklimaat kan creëren - de student schept een ideaal werkklimaat - student weet dat een veilige werkomgeving van primordiaal belang is - hij weet ook wat veilig en niet veilig is - de student wijst de leerlingen er op hoe ze de proeven veilig moeten uitvoeren - de student weet hoe hij de nieuwe technieken moet aanwenden - de student presenteert zijn oefening voor de groep uit de reacties van docent en medestudenten bevraagt de student zijn eigen functioneren - de student weet dat hij kritisch moet reflecteren over het eigen functioneren
Inhoud
Inhoudelijk expert:
Theorie
• Gemengde schakeling • Wetten van Kirchhoff • De volledige gesloten stroomkring • Magnetisme • Elektromagnetisme • Elektromagnetische krachten • Het genereren van de spanning langs elektromagnetische weg • Elektromagnetische inductie • Een didactisch wandpaneel maken
Praktijk
Uitvoeren van schakelingen : Enkelpoligeschakeling Dubbelpoligeschakeling Dubbelaansteking Wisselschakeling Kruisschakeling Seriewisselschakeling Dubbelpoligewisselschakeling
Tekenen - Tekennormen en symbolen - Het coderen van de onderdelen,het merken van het net en van de aansluitklemmen. - Omschrijving en de indeling van de schema’s. - Opbouw en de tekenen van elektrische schema’s - Grondschema’s - Uitwerken van schakelingen. - Communicatieschakelingen in een woning. - Afstandbediening. - Elektrische installatie bij de bouw van een woning. - Een 10-tal tekeningen maken
Vakdidactiek: De bovenstaande items worden vakdidactisch behandeld.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Inhoudelijk expert
Handboeken
- Project huisinstallatie Naslagwerk
- Serie Elektrotechniek - Elektriciteit deel 1
- Serie Elektrotechniek - Elektrotechnisch tekenen schema's lezen deel 1
Evaluatie
Tweede examenkans, tweede examenperiode(augustus) : Elektriciteit 2 Praktijk : de punten van de praktische oefeningen(25%) blijven behouden.
Berekening van scores voor opleidingsonderdelen die bestaan uit meerdere delen
Algemene regel: totaalscore = gewogen gemiddelde van de deelscores. Uitzonderingsregel (in geval een zwaar tekort op één of meerdere delen maakt dat het credit voor het volledige opleidingsonderdeel niet kan toegekend worden):
1. voor gewogen gemiddelden kleiner dan 9/20 en groter dan 14/20 wordt niet ingegrepen op de totaalscore ( = gewogen gemiddelde van de deelscores)
2. voor gewogen gemiddelden vanaf 9/20 tot en met 14/20 wordt de totaalscore afgetopt naar:
*8/20 indien een deelscore 0, 1, 2, 3 of 4 op 20 bedraagt
*9/20 indien een deelscore 5 of 6 op 20 is
Uitzonderingsregel (toe te passen op scores die werden afgerond tot op een geheel getal op twintig):
1. voor gewogen gemiddelden kleiner dan 9/20 en groter dan 14/20 wordt niet ingegrepen op de totaalscore
2. voor gewogen gemiddelden vanaf 9/20 tot en met 14/20 wordt de totaalscore afgetopt naar:
* 8/20 indien een deelscore 0, 1, 2, 3 of 4 op 20 bedraagt
* 9/20 indien een deelscore 5 of 6 op 20 is
Inhoudelijk expert |
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Tussentijdse evaluatie | 50% | Praktijk( 25% praktische oefeningen en 25% opdrachten) | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Opdrachten | 17% | Tekenen | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Schriftelijk examen | 33% | Theorie | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 33% | Theorie | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | 17% | Tekenen | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | 50% | Praktijk: Herwerken van de opdrachten | Vakdidactiek |
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Tussentijdse evaluatie | 100% | Permanente evaluatie | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | 100% | |