Hoofdpagina | Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs
Economie 2
Docenten
Onderwijsvorm
- Zelfstudie
- Hoorcollege
- Oefensessie
- Groepswerk
Begincompetentie
Economie 2 Inhoudelijk expert: eindcompetenties Algemene economie 1.
Economie 2 Vakdidactiek: eindcompenties Algemene didactiek en module Basisvaardigheden van een beginnende leerkracht.
Eindcompetentie
* Economie 2 Inhoudelijk expert:
De leraar als inhoudelijk expert op niveau 1/2:
V 3.1. De student beheerst de basiskennis, volgt en bevraagt de recente evoluties
i.v.m. inhouden en vaardigheden uit het vakgebied.
De leraar als cultuurparticipant op niveau 1/2
V 10.1 : De student onderscheidt rond het sociaal- economische domein actuele
thema’s en ontwikkelingen en benadert deze kritisch. De leraar identificeert
relevante informatie rond deze thema’s.
De student geeft blijk van volgende attitudes : A1 (beslissingsvermogen), A3 (kritische ingesteldheid),
A4 (leergierigheid), A10 (taalgebruik en communicatie).
Burgerlijk recht:
-> De student heeft inzicht in de juridische maatschappij-ordening waarbinnen het
economisch gebeuren zich voltrekt.
-> De student heeft een behoorlijke kennis van de verschillende onderwerpen van het
burgerlijk recht, die hij volgens het vigerend leerplan mag onderwijzen in het secundair onderwijs.
-> De student is in staat - aan de hand van zijn basiskennis met betrekking tot het
burgerlijk recht- wijzigingen in de wetgeving te situeren en zelfstandig te leren.
Algemene economie:
-> De student maakt zich een economisch begrippenapparaat (macro-economie) eigen om zo
een globale kijk te krijgen op het economisch aspect van onze samenleving. Een
goede beheersing van deze begrippen is primordiaal.
-> De student leert de sociaal-economische realiteit begrijpen.
-> De student begrijpt de economische wetmatigheden.
-> Hij denkt na over sociaal-economische verschijnselen.
-> De student leert de gegevens uit zijn leefwereld ordenen in logische en
samenhangende verbanden.
-> De student plaats de leerstof binnen de economische realiteit (door voorbeelden te
geven, door vergelijkingen te maken,…)
-> De student is in staat om zelf een economische redenering op te bouwen aan de hand
van oefeningen.
* Economie 2 Vakdidactiek:
De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen op niveau 1b/2:
1.1 De student achterhaalt de beginsituatie van de leerlingen en de leergroep
1.2 De student kiest en formuleert doelstellingen
1.3 De student selecteert leerinhouden
-> De student kan de beschikbare leerplannen van het VVKSO, voor de vakken SEI
(1ste graad) en economie (2de graad, 1ste jaar) inhoudelijk analyseren en aanwenden
in didactische oefeningen.
1.4 De student structureert leerinhouden en vertaalt dit in leeractiviteiten
1.5 De student bepaalt een aangepaste methodische aanpak en groeperingsvorm rekening
houdend met de beginsituatie en de pedagogisch didactische wenken in de leerplannen.
1.6 De student kiest individueel en in team leermiddelen in functie van de
doelstellingen en de beginsituatie.
1.7 De student realiseert een krachtige leeromgeving
-> naar aanleiding van de uitwerking van didactische oefeningen en de realisaties in
micro-teaching oefeningen.
De leraar als opvoeder op niveau 1a:
2.4 De student hanteert actuele maatschappelijke ontwikkelingen in een pedagogische
context
De leraar als organisator op niveau 1b/2:
4.1 De student bevordert een gestructureerd werkklimaat.
-> In micro-teaching oefeningen formuleert de student gepaste organisatorische
instructies en bouwt hij relevante controlemomenten in om een gestructureerd
werkklimaat te bevorderen.
4.3 De student voert op correcte wijze administratieve taken uit.
-> De student is stipt en nauwkeurig in het maken van een lesvoorbereiding voor de
micro-teaching oefeningen.
De leraar als innovator op niveau 1b/2:
5.3 De student bevraagt het eigen functioneren en stuurt bij. Hij past de
reflectiecyclus van Korthagen toe op zijn prestaties tijdens micro-teaching
oefeningen.
De student geeft blijk van volgende attitudes : A1 (beslissingsvermogen), A3 (kritische ingesteldheid), A4 (leergierigheid),A 6 (zin voor samenwerking), A8 (creatieve gerichtheid) en A10 (taalgebruik en communicatie).
Inhoud
* Economie 2 Inhoudelijk expert bestaat uit 2 deelvakken: recht en algemene economie 2.
RECHT
Burgerlijk recht : 1. Inleiding tot het recht
2. Personen- en familierecht
3. Vermogensrecht
4. Zakenrecht
5. Verbintenissenrecht
6. Benoemde contracten
7. Voorrechten en hypotheken
8. Verjaring
ALGEMENE ECONOMIE 2
1. Macro-economische grootheden
2. Nationaal inkomen en werkgelegenheid
3. Geld, moetair beleid en inflatie
* Economie 2 Vakdidactiek:
1. Inleiding
2. Profiel van de leraar economie
3. De handels- en economische vakken in het secundair onderwijs
4. Visie van het economie-onderwijs in het ASO
5. De inhoud van het economisch en het handelsonderwijs
6. Het verloop van het didactisch didactisch proces
7. Leerstofanalyse
8. Lesdoelen
9. De didactische beginsituatie
10. Didactische principes
11. Onderwijsmethodes
12. Media
13. De specifieke didactiek van de deelvakken
14. De schriftelijke lesvoorbereiding
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Inhoudelijk expert
Handboeken
- Economie Vandaag 2009
- Praktisch burgerlijk recht (editie 2009)
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Vakdidactiek
Cursussen
Handboeken
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Evaluatie
Voor beide examenkansen wordt het eindcijfer voor inhoudelijk expert bepaald door het gewogen rekenkundig gemiddelde van de twee deelvakken.In geval van een zwaar tekort op een deelvak wordt onderstaande uitzonderingsregel toegepast.(Toe te passen op scores die werden afgerond tot op een geheel getal op twintig.)
De data voor het indienen van taken of voor het realiseren van presentaties worden tijdens de lessen meegedeeld en gepubliceerd op Toledo. De studenten die de afgesproken data niet respecteren, krijgen een nul op de betreffende opdracht.
Berekening van scores voor opleidingsonderdelen die bestaan uit meerdere deelopleidingsonderdelen
Algemene regel: totaalscore = gewogen gemiddelde van de deelscores.
Het gewicht van de deelopleidingsonderdelen wordt bepaald door het aantal studiepunten voor de deelopleidingsonderdelen.
Uitzonderingsregel (in geval een zwaar tekort op één deelopleidingsonderdeel maakt dat het credit voor het volledige opleidingsonderdeel niet kan toegekend worden) (toe te passen op scores die werden afgerond tot op een geheel getal op twintig):
1. voor gewogen gemiddelden kleiner dan 9/20 en groter dan 14/20 wordt niet ingegrepen op de totaalscore
2. voor gewogen gemiddelden vanaf 9/20 tot en met 14/20 wordt de totaalscore afgetopt naar:
* 8/20 indien een deelscore 0, 1, 2, 3 of 4 op 20 bedraagt
* 9/20 indien een deelscore 5 of 6 op 20 is
Inhoudelijk expert |
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Schriftelijk examen | 100% | Recht 35 % + Algemene economie 65 %. | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 100% | Recht 35 % + Algemene economie 65 %. | Vakdidactiek |
Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Opdrachten | 100% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Mondeling examen | 100% | |