Hoofdpagina | Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
Lichamelijke en muzische vorming 1
Docenten
- Van Den Eynde Tine
- Mertens Koenraad
- Smolderen Vera
Onderwijsvorm
Begincompetentie
Lichamelijke opvoeding
• eindtermen lichamelijke opvoeding secundair onderwijs
• attitude: bewegingsgezindheid (opnieuw verwerven ?) uitstralen; muzisch-creatieve ingesteldheid stimuleren bij zichzelf en anderen, actieve medewerking tijdens de lessen
Creastage
• muzische grondhouding (die met meer inzicht verder kan ontwikkelen) uitstralen?- creatieve ingesteldheid (die kan gestimuleerd worden bij zichzelf en anderen) tonen?- sociaal engagement (naar medestudenten) creëren / bestendigen
Eindcompetentie
Lichamelijke opvoeding:
1. Begeleider van leerprocessen: ?- mogelijkheden ontdekken en uitproberen om beweging zinvol (zowel op belevings- als cognitief vlak) in te schakelen in het geheel van het onderwijs (zowel in lessen lichamelijke opvoeding als in de klas)
2. Opvoeder:?- een rustig-actieve, warme en veilige bewegingssfeer bevorderen?- heldere opdrachten formuleren en tonen?- vriendelijk en ontspannen optreden; vlot in interactie treden met kinderen vanuit echtheid, empathie en respect; ?- bewegings- en gedragsbeheersing bij kinderen nastreven?- werken aan attitude door voorbeeldgedrag???
3. Inhoudelijk expert: het belang van beweging inzien in het kader van de totale persoonlijkheid van het kind?- beginsituatie beschrijven door bevraging bij mentor en/of observatie?- bewegingsactiviteiten selecteren op basis van deze (actuele) beginsituatie?- leerinhouden aanpassen aan interesses, niveau en leeftijd van kinderen??
4. Organisator?- aangepaste werk- en organisatievormen kiezen en uitwerken?- opdrachten concreet formuleren?- middelen en materialen kiezen en aanpassen in functie van beperkte doelen en beginsituatie?- het gebruik van de ruimte voorbereiden?- een invulling van de beschikbare tijd voorzien??
5. Innovator:?- verdiept aangezet worden om vanuit zijn/haar verbeelding, fantasie en rekening houdend met de?belevingswereld en de fantasie van de kinderen, steeds een muzische grondhouding aan te nemen en?muzisch te werken.?
Attitudes?-actief zoeken naar situaties om zijn competenties te verbreden en te realiseren?-bereid zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken.
Creastage:
1. Begeleider van leerprocessen:
muzische en kunstzinnige eindtermen in het onderwijs realiseren;?- muzische ervaringen beleven en kunst waarderen in alle domeinen (beeld - muziek - taal/drama - beweging/dans - media);?- binnen het lessenpakket ruimte creëren voor concrete, toegepaste muzische projecten;??
2. Opvoeder: de meegemaakte manifestaties vertalen naar de klaspraktijk; vanuit een artistieke impuls/input kan?de student actieve methodieken aanbrengen, gebruiken of toepassen
3. Inhoudelijk expert: inzien dat het maatschappelijk beeld onvolledig is zonder een cultuur-esthetisch aanbod en dat het?als toekomstig leerkracht om diverse redenen noodzakelijk is om kinderen te stimuleren om “met?Kunst bezig te zijn” (= verbondenheid tussen onderwijs en maatschappij)?
4. Organisator: aangepaste werk- en organisatievormen kiezen en uitwerken?- opdrachten concreet formuleren?- middelen en materialen kiezen en aanpassen in functie van beperkte doelen en beginsituatie?- het gebruik van de ruimte voorbereiden?- een invulling van de beschikbare tijd voorzien
5. Innovator:?verdiept aangezet worden om vanuit zijn/haar verbeelding, fantasie en rekening houdend met de?belevingswereld en de fantasie van de kinderen, steeds een muzische grondhouding aan te nemen en?muzisch te werken.?
Attitudes?-actief zoeken naar situaties om zijn competenties te verbreden en te realiseren?- bereid zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken
Inhoud
PRAKTIJK LO: ?Bewegingsactiviteiten, afkomstig uit verschillende activiteitsdomeinen met accent op ontwikkelingsgebonden spelend, vormgevend of kampend bezig zijn, voor leerlingen van de basisschool, worden uitgevoerd en beknopt inhoudelijk – methodisch- didactisch besproken.??
THEORIE LO: ?Modellen in verband met muzische opvoeding, lichamelijke opvoeding, bewegingsonderwijs en ontwikkeling worden vanuit eigen praktijklessen besproken en uitgediept; didactische uitgangspunten, algemene en vakspecifieke doelen, activiteiteitsdomeien, bewegingsvaardigheden,
Muzische vorming:
proeven van muzische activiteiten om zo kennis, vaardigheden en visie te verwerven en te ontwikkelen om met kinderen van de lagere school muziek en geluiden te maken, te beluisteren, vast te leggen, op muziek te bewegen en erover te spreken, - beelden te bekijken, te creëren en erover te spreken.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Evaluatie
voorwaarden om te slagen : loop- en zwemtest
1. deelnemen aan de creastage (en bij afwezigheid een vervangstage tijdens een schoolvakantie uitvoeren)
2. looptest: 10 minuten zonder onderbreking lopen – afstand onbepaald-
3. zwemmen: 300 meter onafgebroken zwemmen in stijl naar keuze – tijd is onbepaald; 25 meter schoolslag en crawl technisch correct zwemmen
4. deelname aan de muzische activiteiten (inhoudelijke evaluatie in MUVO 2)
Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Schriftelijk examen | 80% | | Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Opdrachten | 20% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | 80% | | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | 20% | |