Hoofdpagina | Bachelor in de interieurvormgeving
Techniek 1: Technologie
Docenten
Onderwijsvorm
Begincompetentie
Eindtermen secundair onderwijs
Eindcompetentie
- De student leert de mogelijkheden kennen van hout, houtsoorten, plaatmaterialen, en massieve kunststofplaten, steenachtige materialen, glas, ferro en non ferro metalen;de voor en nadelen van de materialen, hun productie of ontstaansproces.
- Studenten beslissen zelf tijdens de ontwerpfase , welk materiaal er kan gebruikt worden.
Inhoud
Een interieurvormgever dient kennis te hebben van het ontstaan en of de productie van de materialendie gebruikt worden. Om een materiaal te kunnen gebruiken moet men de eigenschappen, mogelijkheden, en voor - en nadelen kennen.
Mogelijkheden leren kennen van hout, houtsoorten, plaatmaterialen, en massieve kunststofplaten. Steenachtige materialen, glas, ferro en non ferro metalen. De voor en nadelen van de materialen, hun productie of ontstaansproces.
- Hout en houtsoorten - Afgeleide producten van hout en plaatmateriaal - Laminaten - Massieve kunststofplaten - Steenachtige materialen: natuursteen, keramische steen en beton - Glas: produktie en soorten - Metalen: produktie verschillende soorten ferro- en non-ferrometalen
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Cursussen
- Technologie: Glas
- Technologie: Hout
- Technologie: Metalen
- Technologie: Plaatmateriaal
- Technologie: Steenachtige materialen
Toledo (Digitale leeromgeving)
Evaluatie
Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Opdrachten | | 20% | Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Schriftelijk examen | | 80% | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen | | 100% |