Hoofdpagina | Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs
Fysica 2
Docenten
- Verreycken Wim
- Verreycken Wim
Onderwijsvorm
- Hoorcollege
- Practicum
- Oefensessie
- Werkcollege
Begincompetentie
Begincompetenties zijn gerelateerd aan de algemene doelstellingen uit de leerplannen fysica:
- belangrijke fysische begrippen, wetten en principes in de specifieke vaktaal kunnen omschrijven.
- het ordenend, verklarend en voorspellend karakter van fysische modellen, structuren en theorieën doorzien
- bij een waarneming of de beschrijving van een natuurkundig verschijnsel herkennen welke begrippen of wetten bij het verschijnsel een rol spelen.
- eenvoudige strategieën kunnen gebruiken voor het aanleren van nieuwe kennis zoals aantekeningen maken, hoofd- van bijzaken onderscheiden, te schematiseren, verbanden te leggen,
- onderzoeksvragen weten te stellen en alleen of in groep een opdracht of experiment uit kunnen voeren en er een verslag
over uit brengen.
- fysische informatie in verschillende gegevensbestanden weten op te zoeken, te verzamelen, te ordenen en te verwerken eventueel met behulp van ict.
Eindcompetentie
Eindcompetenties opgesteld naar de basiscompetenties voor de leerkracht secundair onderwijs groep 1:
LERAAR ALS BEGELEIDER VAN LEER- EN ONTWIKKELINGSPROCESSEN
- De beginsituatie van de leerlingen en de leergroep achterhalen (pers.h.kenm., voorkennis en gedrag) door raadpleging van hetleerplan
- Basisdoelen kiezen en concreet- operationeel formuleren op basis van leerplan, eindtermen en ontwikkelingsdoelen. Studenten kunnen de transfert van de algemene didactiek naar de fysica maken betreffende doelstellingen en werkvormen.
- De leerinhouden selecteren rekening houdend met de beginsituatie van leerlingen, doelen, beschikbare tijd en maatschappelijke relevantie
- De leerinhouden structureren en vertalen in leerstappen, opdrachten en bordschema’s. Studenten zijn in staat een lesvoorbereiding opstellen conform de didactische fiche. De leerplannen dienen hierbij als basis en studenten kunnen deze vlot hanteren. Ze weten de wetenschappelijke methode en de conceptuele fysica te situeren en toe te passen in practica en vakdidactische opdrachten (micro-teaching).
- Een aangepaste methodische aanpak (doceren, onderwijsleergesprek, toepassingen, opdrachten, groepswerk) en groeperingsvormen (individueel, klassikaal, groepsgewijs) uitwerken om een activerend lesverloop te creëren
- Didactische media en materialen kritisch kiezen, aanpassen en gebruiken in functie van de doelstellingen en de beginsituatie en gekozen methodische aanpak en groeperingsvorm
- Voorbereiden en realiseren van een krachtige, ervaringsgerichte leeromgeving waarin welbevinden en betrokkenheid worden nagestreefd
- Een leerproces- en product evalueren (synthesemomenten)
LERAAR ALS OPVOEDER
- Actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context
LERAAR ALS INHOUDELIJK EXPERT
- Basiskennis (elementaire vakkennis): zeer grondige kennis van de te onderwijzen leerstof 1ste graad S.O. en 1ste jaar 2de graad S.O.(begrippen, grootheden, eenheden, symbolen, principes, wetten, gebruik en kennis van het didiactisch materiaal).
- Wetenschappelijk kader (situeren van deze basiskennis in grotere leerstofgehelen; meer algemene wetenschappelijke vorming):
a) reproductiekennis (in beperkte mate)
b) inzicht: toepassen, verwerken van theoretische kennis in nieuwe situaties; oplossen van probleemstellingen, vraagstukken; grafiekinterpretaties
c) vaardigheden (practica, gericht op de didactische vormgeving van de te onderwijzen leerstof):vlot uitvoeren van proeven; objectieve waarnemingen en preciese metingen doen; verzamelen en ordenen van waarnemingen en metingen in een tabel; grafieken opstellen; besluiten formuleren; foutenanalyse van meetresultaten.
- Het eigen aanbod situeren en integreren in het geheel van het onderwijsaanbod door hier in de lesvoorbereiding rekening mee te houden en naar te verwijzen (eindtermen, leerplandoelstellingen), door verwijzingen te maken naar voorkennis, andere vakken, …
LERAAR ALS ORGANISATOR
- Een gestructureerd werkklimaat bevorderen: gebruik van de ruimte voorbereiden in functie van doelstellingen, beginsituatie, leermaterialen en werkvormen
- Realistische en zinvolle invulling van de beschikbare tijd voorzien binnen een les en opeenvolgende activiteiten vlot en soepel laten verlopen (dode momenten en hiaten in de lesgang vermijden, afhakende leerlingen bijsturen)
- bis. Een soepel en efficiënt lesverloop creëren door de timing tijdens de les te respecteren
- Op correcte wijze administratieve taken uitvoeren: stipt en nauwkeurig zijn in het maken van een lesvoorbereiding
TAALCOMPETENTIES
- Gesprekken voeren met leerlingen (onderwijsleergesprek)
- Schriftelijk vragen en opdrachten formuleren
Non-verbale taal: de student heeft een natuurlijke, expressieve en enthousiaste houding.
De student hanteert een duidelijk bordschrift
OVERIGE
De aandacht van de leerlingen vasthouden en interesse wekken.
Verschillende waardevolle bronnen van informatie gebruiken bij het voorbereiden van lessen.
Inhoud
Inhoudelijk expert:
Mechanica
1. Statica (+ webtest)
2. Bijzondere krachten
3. Energie en vermogen (+ webtest)
Optica
1. Inleidende begrippen
2. Weerkaatsing bij vlakke spiegels
3. Breking
4. Planparallele plaat en het prisma
5. Bolle lenzen
6. holle lenzen en sferische spiegels
7. Optische toestellen
8. “Doorgelicht of opgelicht”
Basis scheikunde
1. Mengsels en zuivere stoffen
2. Scheidingstechnieken
Vakdidactiek:
1. Visie op het vak
2. Fysica: het concept
3. Fysica: de methode
4. Fysica: het structuurschema
5. Vakdidactische oefeningen
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Inhoudelijk expert
Toledo (Digitale leeromgeving)
- Online studiemateriaal
- Opdrachten en studiemateriaal op Toledo
Vakdidactiek
Online studiemateriaalOpdrachten en studiemateriaal op Toledo
Evaluatie
Het respecteren van de deadlines voor werkstukken geldt als voorwaarde voor opname van de punten in het eindcijfer.
Berekening van scores voor opleidingsonderdelen die bestaan uit meerdere deelopleidingsonderdelen
Algemene regel: totaalscore = gewogen gemiddelde van de deelscores
Uitzonderingsregel (in geval een zwaar tekort op één deelopleidingsonderdeel maakt dat het credit voor het volledige opleidingsonderdeel niet kan toegekend worden) (toe te passen op scores die werden afgerond tot op een geheel getal op twintig):
1. voor gewogen gemiddelden kleiner dan 9/20 en groter dan 14/20 wordt niet ingegrepen op de totaalscore ( = gewogen gemiddelde van de deelscores)
2. voor gewogen gemiddelden vanaf 9/20 tot en met 14/20 wordt de totaalscore afgetopt naar:
*8/20 indien een deelscore 0, 1, 2, 3 of 4 op 20 bedraagt
*9/20 indien een deelscore 5 of 6 op 20 is
Inhoudelijk expert |
Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen met mondelinge voortzetting | | 75% | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | | 25% | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Schriftelijk examen met mondelinge voortzetting | | 75% | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Opdrachten | | 25% | Vakdidactiek |
Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Schriftelijk examen met mondelinge voortzetting | | 60% | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | | 40% | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Schriftelijk examen met mondelinge voortzetting | | 60% | Eerste examenkans | Tweede examenperiode (juni) | Opdrachten | | 40% |