Hoofdpagina | Avond- en weekendopleiding - Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
Begeleiden van leerprocessen 2
Docenten
Onderwijsvorm
- Hoorcollege
- Werkcollege
- Zelfstudie
Begincompetentie
Algemene onderwijsvaardigheden, begeleiden van leer- en ontwikkelingsprocessen - basis
Algemene onderwijsvaardigheden, leraar als opvoeder
Eindcompetentie
Eindcompetentie 1: de leraar als begeleider van leer- en
ontwikkelingsprocessen:
Vaardigheid 1.2.2.: omgaan met een aangepast (handelings)plan voor
kinderen met een specifieke zorgbehoefte.
Elke leerling is uniek, aangepast onderwijs.
Vaardigheid 1.2.5.: onderscheid tussen basis- en uitbreidingsdoelstellingen
kunnen motiveren op basis van beginstituatie, leerplan en schoolwerkplan.
Elke leerling is uniek, aangepast onderwijs.
Vaardigheid 1.5.4. aanpak kunnen differentiëren waar nodig en
ondersteunende kennis met betrekking tot diverse differentiatievormen en hun combinaties ervan, waarbij rekening wordt gehouden met een gedifferentieerde aanpak.
Differentiatievormen, leerlingen met speciale noden, leerkracht als coach.
Vaardigheid 1.6.3. leermiddelen kunnen aanpassen waar nodig.
Differentiatievormen, leerlingen met speciale noden, leerkracht als coach.
Vaardigheid 1.9.: observeren/product en proces evalueren met het oog op
bijsturing en differentiatie.
Differentiatievormen, leerlingen met speciale noden, leerkracht als coach.
Eindcompetentie 2: attitudes: beslissingsvermogen, relationele gerichtheid, kritische ingesteldheid, verantwoordelijkheidszin, creatieve gerichtheid, flexibiliteit.
Inhoud
Elke leerling is uniek: de verschillen tussen leerlingen op vlak van ontwikkelingsniveau, begaafdheid, leerstijl, kennis en vaardigheden, belangstelling, werktempo en persoonlijkheid. Het ontdekken van relevante verschillen tussen kinderen wordt ingeoefend.
Aangepast onderwijs: welke componenten van het onderwijsleerproces/leerlinggericht onderwijsmodel kan een leerkracht aanpassen om beter tegemoet te komen aan de verschillen tussen leerlingen. Kennis met betrekking tot handelingsplan.
Differentiatievormen: externe differentiatie; interne differentiatie: hoekenwerk, contractwerk, de werkwinkel, werken met kleine en grote groep, het directe instructiemodel,...
Leerlingen met speciale noden: kenmerken van dyslexie, ADHD, NLD, autisme, hoogbegaafdheid, gdragsproblemen en depressie. Er wordt nagegaan welke hulp aan deze kinderen in de klas geboden kan worden en of het al dan niet wenselijk is aan de zorgbehoefte tegemoet te komen via externe differentiatie.
De leraar als coach: instructietechnieken ter ondersteuning en begeleidingen van het leerproces (modelleren, scaffolding, articuleren, reflecteren en coaching), met oog op ‘leren leren’; de zelfinstructiemethode van Meichenbaum die gericht is op het verbeteren van de taakaanpak van leerlingen.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Evaluatie
Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Mondeling examen | | 60% | Eerste examenkans | Eerste examenperiode (januari) | Opdrachten | | 40% | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Mondeling examen | | 60% | Tweede examenkans | Derde examenperiode (augustus) | Opdrachten | | 40% |