Hoofdpagina | Brugprogramma Bachelor in de verpleegkunde
Bijzondere verpleegkundige zorgen
Docenten
Onderwijsvorm
Begincompetentie
Eindcompetenties middelbaar onderwijs
Eindcompetentie
De verpleegkundige als persoon handelt naar beroepsspecifieke attitudes
De verpleegkundige als klinisch beoordelaar en zorgverlener verleent professioneel verpleegkundige zorg op maat
De verpleegkundige als lid van het team werkt intra – en interprofessioneel samen om de visie en de doelen van de zorg te realiseren
De verpleegkundige als lid van de samenleving vervult een rol in de samenleving in functie van gezondheid en welzijn
Inhoud
Deel 1 De heelkundige patiënt.
De student verwerft basisinzichten in de pré- en postoperatieve verpleegkundige zorgen . Dit omvat zowel theoretische kennis als specifieke verpleegtechnische interventies .
Onderwerpen:
1) pré-operatieve voorbereiding : fysische, psychische en medische aspecten
2) post-operatieve fase ( bespreking van potentiële complicaties)
3) basisbegrippen wondzorg
4) verbandleer
5) pré-operatief scheren, droog aseptische wondzorg, verwijderen van wondhechtingen
Deel 2: De chronische patiënt
De student maakt kennis met de problematiek van een diabetespatiënt en MS-patiënt, als voorbeeld van chronische patiënten. Dit omvat zowel theoretische als specifieke verpleegtechnische interventies.
De student is alzo ook in staat om de patiënteninformatie en educatie te geven op persoonlijk gebied. Hij / zij leert immers de glycaemie bepalen en medicatie toedienen en helpt de patiënt zijn voeding en gewicht in balans te houden.
Een stage opdracht stelt de student in staat de theorie te integreren.
Hierbij wordt aandacht geschonken aan de psycho-sociale problemen.
De student wordt gestimuleerd om de technische vaardigheden te oefenen ( docentgestuurd en zelfstandig ) en voor te bereiden in het Skillslab ( = oefencentrum ) op de campus alvorens een nieuwe stageperiode aan te vatten . De oefensessies doen immers het zelfvertrouwen van de student groeien en dragen bij tot de kwaliteit van de geboden zorg .
De praktische vaardigheden worden getoetst tijdens de vaardigheidstoets. De quotatie telt mee voor dit opleidingsonderdeel.
Deel 3: Psychosociale noden van de patiënt
De aandacht gaat naar de houding van de verpleegkundige, en niet naar het ziektebeeld als dusdanig.
De student maakt kennis met deze problematiek vanuit de situatie van bv.: de depressieve patiënt, de demente bejaarde.
Een stage opdracht maakt de student bewust van de transfermogelijkheden die de geboden leerstof biedt.
Deel 4: De geriatrische patiënt
De student leert nadenken over de begrippen “oud worden” en “oud zijn” in onze maatschappij.
De typische verouderingsprocessen zowel fysisch als, psychisch worden uitgelegd. Hand- en voetverzorging en ‘vallen bij bejaarden’ wordt verder uitgediept. En als laatste hoofdstuk komt de zorg van de allochtone bejaarden aan bod. Welke zijn de specifieke problemen bij deze groeiende groep van bejaarden.
Een oudere-van-nu heeft andere behoeften en vragen dan een oudere-van-vroeger.
Toch blijft respect de basisvoorwaarde in de zorg en de omgang met ouderen.
Studiematerialen
Meer info op de cursussen- en boekenlijst.
Evaluatie