De student bestudeert bij het vak telecommunicatie de overdracht van informatie van plaats A naar plaats B. Om informatie over te brengen, dien je een informatiesignaal op een draaggolf te plaatsen, dit noemt men moduleren. In de lessen telecommunicatie bestudeert de student al de verschillende vormen van modulatie. Amplitude en frequentie modulatie zijn hiervan de meest bekende, dit zowel in de analoge als in de digitale vorm. Om te kunnen moduleren dien je signalen te mengen met elkaar, mixing genaamd. Hier bestudeert de student een aantal praktische schakelingen om dit te realiseren. Hij bestudeert ook de werking van een aantal ontvangstsystemen, waarvan de meeste aandacht gaat naar de superheterodyne ontvanger. Bij de aansluiting van een TV dien je deze op een correcte wijze aan te sluiten, anders krijg je een zogenaamd "dubbel beeld". De oorzaken hiervan en theoretische oplossingen via smith-kaart bestudeer je in het laatste deel, de studie van lange lijnen.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
C. Beroepsspecifieke competenties
- BC4 Elektronische systemen ontwikkelen
- BC5 Elektronische systemen samenstellen
- BC8 Elektronische systemen installeren en in bedrijf stellen
- BC9 Elektronische systemen optimaliseren
- BC10 Elektronische systemen operationeel houden en herstellen
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties