Ontwikkelingsondersteunende en chronische zorg voor het kind (2009-2010)

Specifieke verpleging van zuigeling tot adolescent met een chronische ziekte, met aandacht voor zijn sociale omgeving, cultuur en zijn prognose en aandacht voor de specifieke voeding van het kind met een chronische ziekte. Kennis en inzicht wordt er verworven in de ontwikkelingspsychologie en een referentiekader verkregen voor het pedagogisch handelen in verschillende settings. Kennis over de juridische positie van de minderjarige patiënt wordt verworven en deze situatie wordt naast de positie van de verpleegkundige gelegd.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 05. Leiding geven
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk

C. Beroepsspecifieke competenties    

  • BC01 Empathie, verantwoordelijkheidszin, kritische ingesteldheid, aanpassingsvermogen en stressbestendigheid aanwenden in de verpleegkundige context.
  • BC02 Een verpleegkundig professionele relatie aangaan met het cliëntsysteem en het interdisciplinair team.
  • BC03 Ethisch en juridisch verantwoord verpleegkundig handelen.
  • BC05 Verpleegkundige zorg verlenen vanuit wetenschappelijk perspectief.
  • BC06 Relevante gegevens verzamelen over het cliëntsysteem in de verpleegkunde.
  • BC07 Verpleegproblemen en behoeften identificeren en onderscheiden.
  • BC08 Doelstellingen bepalen en een verpleegkundig zorgplan opmaken, afgestemd op het cliëntsysteem en op het zorgsysteem.
  • BC12 Primaire en secundaire preventie toepassen.
  • BC13 De zorg organiseren en coördineren.
  • BC14 Handelen in functie van kwaliteitszorg.
  • BC15 Zich professioneel ontwikkelen.
  • BC16 Medestudenten begeleiden.
  • BC18 Interprofessionele relaties opbouwen en samenwerken in het kader van gemeenschappelijke zorgdoelstellingen.
  • BC19 Open staan voor diversiteit in de samenleving.
  • BC20 Positief bijdragen tot de profilering van het beroep.
  • BC21 Open staan voor het economisch, sociaal en ethisch beleid binnen de gezondheidszorg.
  • C01 Ethisch verantwoord verpleegkundig handelen.
  • C02 Empathie, verantwoordelijkheidszin, kritische ingesteldheid, aanpassingsvermogen en stressbestendigheid aanwenden in de verpleegkundige context.
  • C03 Een verpleegkundig professionele relatie aangaan gebruik makend van communicatieve vaardigheden.
  • C04 Een gezond evenwicht realiseren tussen de professionele en andere rollen.
  • C05 Een cliënt benaderen vanuit een holistische mensvisie.
  • C06 Verpleegkundige zorg verlenen vanuit wetenschappelijk en juridisch perspectief.
  • C07 Relevante gegevens verzamelen over het cliëntsysteem in de verpleegkunde.
  • C08 Verpleegproblemen identificeren en onderscheiden.
  • C09 Doelstellingen formuleren en zorgplan opstellen, afgestemd op het cliëntsysteem en op het zorgsysteem.
  • C10 Verpleegkundige handelingen verantwoord uitvoeren.
  • C11 De resultaten van de zorgverlening evalueren en bijsturen.
  • C12 Effectief schriftelijk en mondeling rapporteren.
  • C13 Preventief zorgverlenen.
  • C14 De zorg organiseren en coördineren op micro- en mesoniveau.
  • C15 Handelen in functie van kwaliteitszorg.
  • C22 Actief bijdragen tot de profilering van het beroep.
  • C23 Open staan voor het maatschappelijke gebeuren en kritisch staan t.o.v. het economisch, sociaal en ethisch beleid.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

OO:
09108950
Code:
09108950
Vakcoördinator:
Ilse Van Gorp
Semester:
2
Studiepunten:
6
Creditcontract mogelijk?
Ja
Examencontract mogelijk?
Ja
Deeltijds:
Onderwijstaal:
Nederlands
Opleidingsonderdeel type:
verdiepend