Dit opleidingsonderdeel is algemeen-vormend van aard en is een kans tot persoonlijke verrijking en verdieping voor de student. Het streeft naar een bredere beeldvorming op het vlak van religie en zingeving.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
- 08. Teamgericht kunnen werken
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
C. Beroepsspecifieke competenties
- C02 Opvoeder.
- C03 Inhoudelijk expert.
- C05 Innovator-onderzoeker.
- C10 Cultuurparticipant.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties