Heel wat vogelsoorten, vissen en terrariumdieren worden vaak gehouden als gezelschapsdier en vormen dan ook steeds een belangrijker aandeel van het patientenbestand in de dierenartsenpraktijk. In deze cursus leer je de verschillende vogelsoorten, zoals pluimvee (oa kip, watervogels, fazanten, .. ), duiven, zangvogels (oa kanaries) en papegaaiachtigen (oa parkieten, ara's, kaketoes) kennen en herkennen. Van al deze vogels leer je de correcte manier om ze te hanteren en te verzorgen maar ook wat je ze moet voederen, hoe de ideale leefomstandigheden er uitzien, hoe ze zich voortplanten en wat hun belangrijkste ziekten zijn. Daarnaast leer je ook de basis over het inrichten en het onderhouden van de verschillende soorten aquaria en terraria en de verzorging van hun bewoners.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- AB1 - Omgaan met levend materiaal - Verantwoord en duurzaam omgaan met levend materiaal of in functie van levend materiaal.
- AB-DZ-EC7: Adviseren van de klanten m.b.t. de verzorging van hun dier - 7A Klanten begeleiden en advies geven tijdens de consultaties - 7B Klanten aangepast diergeneeskundig materiaal verstrekken - 7C Begeleiden van klanten bij het ontslaan van patiƫnten.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties