In dit vak leer je vlot, correct en efficiënt functioneren in de diverse communicatieve situaties die zich in je professionele carrière zullen voordoen. Het concentreert zich op twee zaken: enerzijds een grondige beheersing van de Nederlandse taal en anderzijds communicatieve vaardigheden. Diverse aspecten van mondelinge en schriftelijke taalbeheersing komen aan bod: spelling, woordenschat, syntaxis, formulering, stijl en perspectief. Zakelijke communicatiemedia die worden behandeld: diverse briefsoorten, interne communicatie, het rapport, het formulier, de presentatie, de handleiding, het telefoongesprek, het interview, schrijven voor het internet, anderen opleiden.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 05. Leiding geven
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 Gegevens behandelen.
- C02 Analyseren.
- C05 Projectmatig werken.
- C06 Communiceren.
- C07 Eigen gedrag aanpassen.
- C08 Kwaliteitsvol handelen.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties