De student frist zijn (misschien elementaire) kennis van het Frans op met een herhaling van de basiswoordenschat en de werkwoorden. De technische woordenschat breidt hij uit aan de hand van computerondersteunende oefeningen, websites en handleidingen. Het gaat hier om zowel actieve als passieve kennis door luisteroefeningen, schema's en samenvattingen. Verder leert de student eenvoudige dialogen te voeren (product voorstellen, klant ontvangen, telefoneren enz.) en een technisch onderwerp gestructureerd voor te stellen.
Binnen het eerste deel van het vak managementvaardigheden verwerft de student inzicht in managementtaken en het bedrijfsleven. Het tweede gedeelt van de cursus reikt de student een aantal praktisch bruikbare modellen aan om complexe situaties in kaart te brengen en het nemen van beslissingen te vergemakkelijken. Het derde deel van de cursus
verduidelijkt het menselijk aspect van zakendoen en management. Via de inzet van
persoonlijke evaluatie-middelen, management-modellen en casus-gebaseerd leren, ontwikkelt de student binnen het vak managementvaardigheden zijn zelfkennis, communicatie- en redeneervaardigheden.