Intercultureel onderwijs (2009-2010)

1.Algemene achtergronden: de multiculturele samenleving en burgerschap,  religieuze verscheidenheid met exemplarische uitdieping van islam, kansarmoede, de actualiteit rond deze thema's
2.Cultuur en opvoeding: algemeen kader,cultuur en opvoeding in islam en kansarm milieu, begeleiden van vluchtelingenkinderen, opvoeden tot burgerschap, interculturele communicatie
3.Sleutelrol van de school:onderwijs als sociale hefboom dan wel als achterstellingsmechanisme,
principes en methode van intercultureel onderwijs, ouderparticipatie, interreligieus onderwijs, tweede taalverwerving
4.Veldwerk:begeleiden van kinderen in een buitenschoolse context (gezin en vrije tijd)
 



A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
Toelichting:
Denk- en redeneervaardigheden

- De student kan zelfstandig nieuwe kennis verwerken, verbanden leggen tussen verschillende (theoretische) onderdelen en toepassen in de (klas- en school)praktijk.


Informatie verwerven en verwerken

- De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken, analyseren en toepassen in de (klas, en school)praktijk.


Kritisch reflecteren

- De student kan kritisch reflecteren over recente onderwijsontwikkelingen


 Vermogen tot communiceren van informatie

- De student kan met externen (ouders, andere partners) communiceren over onderwijsgerelateerde zaken


 ingesteldheid tot levenslang leren

- De student kan zichzelf uitdagen om levenslang te leren en zichzelf te blijven bekwamen in onderwijsgerelateerde zaken

 


B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
Toelichting:

Teamgericht kunnen werken.

- De student is constructief en stipt in het samenwerken met medestudenten en in het gezamenlijk bereiken van een resultaat. 

 

Oplossingsgericht kunnen werken.

- De student kan problemen oplossen aan de hand van theoretische kaders

- De student kan de transfer maken van theoretische modellen en achtergrond naar de toegepaste praktijk. 

 

Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid.

- De student kan een beredeneerd standpunt innemen en ontwikkelt een persoonlijke visie op beroepsspecifieke en/of maatschappelijke thema´s.

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 Begeleider leer- en ontwikkelingsprocessen.
  • C02 Opvoeder.
  • C03 Inhoudelijk expert.
  • C05 Innovator-onderzoeker.
  • C06 Partner van ouders en verzorgers.
  • C07 Lid van schoolteam.
  • C08 Partner van externen.
  • C10 Cultuurparticipant.
Toelichting:

Begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen:
- De student kan een ontwikkelingsbevorderende  omgeving creëren met aandacht voor
  heterogeniteit.
- De student kan leer- en ontwikkelingsprocessen adequaat begeleiden rekeninghoudend met
  het taalbeheersingsniveau van de kleuters.
- De student kan omgaan met de diversiteit van de groep.


Opvoeder:
- De student kan de emancipatie bevorderen.
- De student kan door attitudevorming voorbereiden op individuele ontplooiing en
  maatschappelijke participatie.
- De student kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagopgische
  context.
- De student kan strategiën inzetten om te communiceren met anderstalige kleuters.


Inhoudelijk expert:
- De student kant verworven kennis en vaardigheden mbt  de leergebieden aanwenden.


Partner van ouders:
- De student kan in overleg met het team ouders en verzorgers betrekken bij het school- en
  klasgebeuren rekening houdend met de diversiteit van de ouders.

- De student kan in Standaardnederlands of een ander passend register adequaat in interactie treden met ouders en verzorgers in het bijzonder rond opvoeding en onderwijs.


Lid van het schoolteam:
- De student kan zijn pedagogisch-didactische aanpak in team bespreekbaar maken.


Partner van externen:
- De student kan contacten leggen, communiceren en samenwerken met externe instanties.


Cultuurparticipant:
- De student kan actuele thema's en ontwikkelingen die gerelateerd zijn aan de inhouden van
  deze OO onderscheiden en kritisch benaderen.







A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Pedagogisch-didactische competenties op het niveau van eind-tweede jaar van de reguliere opleiding moeten verworven zijn

A. Type

  • materiaal op leeromgeving
  • materiaal op WWW
  • Andere: reader, studiewijzer
  • handboek
  • cursus
  • audiovisueel materiaal

B. Verplichte leermiddelen

Laevers, F., Van Houtte, T. & Derycke, C. (2003). Omgaan met kansarmoede in de basisschool. Leuven: CEGO.

Laevers, F. &Van Sande, P. (1996). Kleurig klashouden. Leuven: CEGO. (kopies)

Reader

Cursusmateriaal van de docenten, sprekers en organisaties (veldwerk)

Audiovisueel materiaal wordt ter beschikking gesteld maar wordt niet aangeboden tijdens contacturen.


C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • hoorcollege
  • discussieseminarie
  • begeleide zelfstudie
  • labo en werkcollege
  • Andere: bezoek aan een materialenbank, veldwerk

B. Omschrijving

In de discussieseminaries en werkcolleges wordt dieper ingegaan op de hoorcolleges en de opdrachten van de zelfstudie (zowel inhoudelijk als de persoonlijke attitudes).
Voor de begeleide zelfstudie verwijzen we naar de Studiewijzer waarin ondersteunende verwerkingsopdrachten  zijn aangegeven.
Het bezoek aan de materialenbank is gekoppeld aan een opdracht die eveneens in concreto is uitgeschreven in de Studiewijzer.

A. Types

  • schriftelijk examen
  • individuele taak
  • Andere: logboek (veldwerk)

B. Omschrijving

Het  schriftelijk examen betreft een over-all toets en is in hoofdzaak open boek.
De individuele taak betreft een schriftelijke neerslag van de taak verbonden aan het bezoek van een materialenbank.
Het logboek dat studenten aanleggen bij het veldwerk wordt in zijn geheel beoordeeld.

1ste examenperiode

2de examenperiode

3de examenperiode

Vorm

%

vorm

%

vorm

%

 schriftelijke overall-toets

Individuele taak


 70


 10


Logboek


 20

 schriftelijke overall-toets


 100

 

 

80%

 

20%

 

100%


Werkcolleges  en discussieseminaries zijn eveneens ondersteunend bedoeld. Daarnaast kunnen nog coachingsuren georganiseerd worden indien nodig.
OA:
11269720
Code:
11269720
Vakcoördinator:
Marijke Vaninbroukx
Semester:
1+2
Studiepunten:
7
Onderwijstaal:
Nederlands