De 12-weken stage in het derde jaar wordt gekoppeld aan het schrijven van een eindwerk. Het eindwerk handelt over een reëel en welomlijnd onderwerp binnen het domein van de ergotherapie. Voor de opbouw van het eindwerk kiezen we voor de vijf stappen van Evidence Based Practice. Het eindwerkproces begint bij het formuleren van een onderzoeksvraag. Daarna wordt een literatuurstudie opgezet ter voorbereiding van de praktijkstudie. De bevindingen van beide studies worden neergeschreven in het eindwerk. Het eindwerkproces wordt gevolgd door zowel een docent van de opleiding als een begeleidende docent van de stageplaats. Het eindwerk wordt na mondelinge presentatie beoordeeld door een jury bestaande uit mensen uit het werkveld en docenten ergotherapie.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 De ergotherapeut is in staat om via dossierstudie en ergotherapeutisch assessment een kwalitatief (be)handelplan uit te schrijven op maat van de cliënt.
- C02 De ergotherapeut kan op basis van basiswetenschappelijke kennis en/of evidenced besed practice het (be)handelplan uitvoeren en begeleiden waarbij er bijzondere aandacht is voor het continue bijsturen van het proces.
- C03 De ergotherapeut is in staat om paramedisch en agogisch te handelen om op een verantwoorde en methodische wijze aan verandering of behoud te werken.
- C04 De ergotherapeut kan zich als deskundig beroepsuitoefenaar profileren in een multidisciplinair behandel- en/of zorgteam om op een adequate wijze samen te werken in een cliëntgericht volgsysteem.
- C05 De ergotherapeut kan wetenschappelijke informatie zelfstandig verwerven en verwerken om zichzelf een proces van levenslang leren eigen te maken.
- C06 De ergotherapeut kan op adequate wijze verschillende communicatieprincipes vlot toepassen en is in staat te interveniëren op het communicatieniveau van de cliënt en het cliëntsysteem.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
Theorie en praktijkvakken van het eerste, tweede en derde jaar ergotherapie.
A. Type
- cursus
- materiaal op leeromgeving
- materiaal op WWW
B. Verplichte leermiddelen
Mediatheek, 2006, Stijlwijzer Richtlijnen voor het maken van schriftelijke werkstukken, KHKempen, Geel. Daems Jo, 2009-2010, Eindwerk, Niet gepubliceerde cursus, KHKempen Geel.
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
- stage
- begeleide zelfstudie
B. Omschrijving
Het eindwerk wordt steeds gekoppeld aan een stage van minimum 12 weken voor het binnenland, 3 maanden voor het buitenland.
A. Types
- mondeling examen
- permanente evaluatie
- paper/werkstuk
- presentatie
B. Omschrijving
De student wordt beoordeeld op proces en inhoud. Het proces en de inhoud worden zowel door de externe begeleider als door de begeleidende docent gekwoteerd. De inhoud wordt ook nog door een externe lezer beoordeeld. Het gepresenteerde resultaat en bijhorende verdediging worden beoordeeld door een vakjury. Hierbij zijn overzichtelijk geheel, wetenschappelijke onderbouw en ergotherapeutische meerwaarde bepalend.
De student wordt steeds begeleid door twee begeleiders: eindwerkbegeleider op de stageplaats en begeleidende docent. De verantwoordelijkheid voor het schrijven van het eindwerk en het toetsen van de bevindingen ligt bij de student.