Farmacologie (2009-2010)

Inhoud

Dit vak behandelt in het derde jaar 3 deelgebieden. In het eerste deel  wordt een selecte groep van geneesmiddelen behandeld met effecten op het centraal zenuwstelsel. Het tweede deel omvat het perifeer autonoom zenuwstelsel waarbij de verschillende farmaca die de neurotransmissie beïnvloeden, worden besproken. In het laatste deel komen cardiovasculaire en pulmonaire parameters aan bod.

Doelstellingen

A. Algemene competenties

• 01. Denk- en redeneervaardigheid
• 02. Informatie verwerven en verwerken
• 03. Kritisch reflecteren
• 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

C. Beroepsspecifieke competenties

• C01 De BLter kan doordacht wetenschappelijke informatie en kennis aanwenden om een kwalitatief hoogstaande functionaliteit te garanderen.

Vereiste voorkennis

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Leermiddelen

A. Type

• cursus
• materiaal op leeromgeving
• handboek

B. Verplichte leermiddelen

Huygens, A. (2009) Het autonome perifere zenuwstelsel. Onuitgegeven nota's bij de cursus voor het derde jaar van de opleiding Bachelor in de Biomedische Laboratoriumtechnologie afstudeerrichting Farmaceutische en Biologische Laboratoriumtechnologie, Katholieke Hogeschool Kempen, Departement Gezondheidszorg en Chemie Geel.

Sitzen, J.M.A., et al. (2004). Farmacologie. Derde druk, Maarssen, Elsevier gezondheidszorg.

C. Aanbevolen leermiddelen

Goodman Gilman A., Hardman, J., Limbird, L. (1996). Goodman & Gilman's The pharmacological basis of therapeutics. Mc Graw-Hill Professional, BERTIL, H., 1992 & CD-rom

Van Ree, J.M., Breimer, D.D. (1999). Algemene farmacologie. Bunge, Maarssen.

Gecommentarieerd geneesmiddelenrepertorium 2008. Belgisch centrum voor farmacotherapeutische informatie (BCFI)  www.bcfi.be 

Werkvormen

A. Types

• hoorcollege

B. Omschrijving

Evaluatie

A. Types

• schriftelijk examen

B. Omschrijving

Er wordt vooral gepeild naar inzicht in het biochemische werkingsmechanisme van de farmaca (interactie met neurotransmissiesystemen) en de link met de aandoeningen waarvoor die farmaca aangewend worden (de onderliggende pathologie en mogelijke therapeutische aangrijpingspunten). Ook geselecteerde informatie uit artikels van medische vakbladen wordt ondervraagd (verduidelijking van nieuwe inzichten en therapieën).

Daarnaast word gepeild naar het inzicht in cardiovasculaire en pulmonaire parameters en hun link met aandoeningen.

Begeleiding