Eerst wordt de werking van de oscilloscoop toegelicht die in het labo veelvuldig gebruikt zal worden. Daarbij wordt zowel naar de fysische principes gekeken als naar praktisch gebruik. De student leert de basisprincipes van frequentieweergave. Dit wordt toegepast op enkele eenvoudige passieve netwerken. Vervolgens worden RLC-netwerken bestudeerd zowel in serie als parallelresonantie. Principes van vermogenoverdracht van een willekeurig bron naar een willekeurige belasting worden besproken en we bekijken de principes en werking van breed- en smalbandige impedantietransformatie. In een volgend hoofdstuk wordt amplitudemodulatie besproken en specifiek het ontwerp van een AM-ontvanger. Hiervoor wordt ingezoomd op EM straling en de werking en het ontwerp van (korte) elektrische en magnetische dipoolantennes. In een laatste deel worden de instelmogelijkheden van bipolaire transistoren beschouwd en hun gebruik als kleinsignaalversterker.
• De student kan een beschrijving geven van de werking van de oscilloscoop en kan deze correct gebruiken.
• De student is vertrouwd met de betekenis van frequentieweergave en het bode-diagram en kan dit toepasen op een RC en CR keten.
• De student kan een serie en parallel RLC keten analyseren op het gebied van resonantiefrequentie, bandbreedte kwaliteitsfactor en passieve stroom-of spanningsversterking.
• De student is kan een serie-paralleltransformatie doen op een RC of RL netwerk. Hij/zi is vertrouwd met de voorwaarde voor optimale vermogenoverdracht tussen bron en belasting.
• De student kan een impedantietransformator ontwerpen om een bron aan te passen aan een gegeven belasting.
• De student kent het verschil tussen AM, PM en FM.
• De student kan een beschrijving geven van coherente en incoherente demodulatie. Hij/zij is vertrouwd met de verschillen tussen beide.
• De student kan een beschrijving geven van de natuur, oorsprong en eigenschappen van elektromagnetische straling.
• De student is vertrouwd met de begrippen verre veld van antennes, het stralingspatroon, de directiviteit, de efficientie en winst van antennes.
• De student kan voor een gegeven uitgestraald vermogen en directiviteit, de amplitude van het verre veld berekenen.
• De student kan de radiovergelijking toepassen en is vertrouwd met de effectieve ontvangstoppervlakte van een antenne en de vrijeruimteverzwakking.
• De student kent de oorsprong en werking van korte elektrische dipool- en monopoolantennes en korte lusantennes. Hij/zij kan de oorsprong en betekenis van het nabije veld van een antenne verklaren.
• De student is vertrouwd met het circuitmodel van een antenne en kent de betekenis van stralingsweerstand en verliesweerstand.
• De student kan de verschillende mogelijke transistorinstellingen analyseren en vergelijken op gebied van temperatuursstabiliteit.
• Daarbij kan hij/zij de 3 stabiliteitsfactoren berekenen en kent hij/zij de invloed van temperatuur op de belangrijkste DC-parameters van de transistor (beta, Vbe en Ic0).
• De student kan een h-parameter equivalent kleinsignaalschema opstellen voor een gegeven bipolaire eentrapsversterker en kan de spanningsversterking, stroomversterking, in- en uitgangsweerstand berekenen.
• De student kan de oorsprong van een praktische passieve AMontvanger verklaren en de werking uitleggen. Hij/zij kan hiervoor tevens de nodige ontwerpberekeningen maken.
Halfgeleidercomponenten Netwerkstellingen