Oriëntatie op het beroep (2009-2010)

-de invloed van het (onderwijs)beleid op de werkomstandigheden van de leerkracht/begeleider
-een overzicht van de instanties die zich bezig houden  met onderwijs op macrovlak
-rechten en plichten verbonden met het beroep
-de overstap van opleiding naar werk: administratief, maar ook op het vlak van functioneren in de klas/leergroep en in de (onderwijs)organisatie
-begeleiding in het werkveld

A. Algemene competenties

  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 05. Leiding geven
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
Toelichting:
Studenten verwerken teksten van de onderwijsadministratie, waar verwezen wordt naar recent onderwijskundig onderzoek; ze verwerken ook statutaire en andere wetteksten over rechten en plichten van de leraar.
Ze zijn verantwoordelijk om in groep een bepaald deelaspect van het (school)beleid of participatie op de werkvloer voor te bereiden en de nodige afspraken met externen te maken.
Studenten gaan in gesprek met externen over het beroep van leraar/educatieve begeleider.
Ze oefenen zich in specifieke competenties aan de hand van cases uit de praktijk.

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
Toelichting:
Studenten informeren zich over instanties die verantwoordelijk zijn voor bepaalde aspecten van het (onderwijs)beleid; over hun statuut, rechten en plichten van leraren/werknemer.
Studenten bereiden in team sessies voor over (onderwijs)beleid en participatie op de werkvloer. Ze leggen ook de nodige contacten met externen.
Studenten bevragen leraren/begeleiders die een jaar werken naar hun ervaringen.

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C02 Opvoeder.
  • C04 Organisator.
  • C05 Innovator-onderzoeker.
  • C06 Partner van ouders en verzorgers.
  • C07 Lid van schoolteam.
  • C08 Partner van externen.
  • C09 Lid van de onderwijsgemeenschap.
  • C10 Cultuurparticipant.
Toelichting:
Studenten oefenen specifieke competenties aan de hand van cases uit de praktijk.

Als opvoeder
-dragen ze bij tot de emancipatie van de leerlingen door zich  in te werken in verschillende participatiemodellen

Als organisator
-contacteren ze externen, organiseren ze mee de sessies

Als innovator, onderzoeker
-hebben ze kennis van recent beleidsmatig onderzoek omtrent maatschappelijke tendensen die een invloed hebben op het onderwijs en het ruime werkveld

Als lid van een schoolteam
-zijn ze geïnformeerd over statuut, functiebeschrijving en evaluatieregeling, aansprakelijkheid en verzekering, pedagogische reglementering, administratieve regelingen bij schoolverlaten
-bevragen zij leraren over hun eerste werkervaringen om zich beter hierop voor te bereiden

Als partner van externen
-kunnen ze externen contacteren, de afspraken maken en een sessie organiseren
-zien ze mogelijkheden tot participatie van de verschillende betrokkenen bij het schoolbeleid

Als lid van de onderwijsgemeenschap
-verdiepen ze zich in een dossier op beleidsniveau dat de impact duidelijk maakt van politieke besluitvorming op het functioneren van scholen en leraren en van begeleiders in de educatieve sector in het algemeen

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Dit opleidingsonderdeel is enkel zinvol voor studenten die op de overgang staan van opleiding naar werkveld.

A. Type

  • materiaal op leeromgeving
  • materiaal op WWW
  • cursus

B. Verplichte leermiddelen

Cursusmateriaal uitgewerkt door de docenten

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • hoorcollege
  • discussieseminarie
  • groepswerk
  • elektronisch leerplatform

B. Omschrijving

het inoefenen van competenties ahv cases uit de praktijk en volgens de PGO-methode
groepsopdrachten op basis van praktijkervaringen
het organiseren van sessies met betrokkenen van het werkveld over functioneren in de organisatie en participatie
het actief bevragen en concretiseren van regelgeving

A. Types

  • schriftelijk examen
  • paper/werkstuk
  • presentatie
  • open boek
  • individuele taak
  • Andere: paper en presentatie zijn een groepsopdracht

B. Omschrijving

Tweede examenperiode: 50% opdrachten buiten examenperiode en 50% schriftelijk examen
Derde examenperiode: het behaalde cijfer voor de opdrachten buiten examenperiode wordt voor 100% overgedragen naar de derde examenperiode en heeft een aandeel van 50% in de eindbeoordeling.
OA:
10257300
Code:
10257300
Vakcoördinator:
Ilse Nijsmans
Semester:
2
Studiepunten:
4
Onderwijstaal:
Nederlands