In Materialenleer wordt ingegaan op de verschillende soorten en verwerking van metalen. Zowel de mechanische eigenschappen als de technologische eigenschappen worden besproken. Hetzelfde geldt voor de keramische stoffen, de composieten als de natuurlijke grondstoffen. Van deze laatste wordt zeker leder besproken dat in orthopedie toch nog een belangrijke functie heeft. Een aantal mechanische proeven worden ook gedemonstreerd in het labo materiaalbeproeving.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
C. Beroepsspecifieke competenties
Toelichting:
Basiscompetenties:
- Studenten kunnen de meest gebruikte materialen in de orthopedie kennen en benoemen.
- Studenten kunnen de meest courante eigenschappen ervan kennen en specifieke eigenschappen kunnen opzoeken en interpreteren.
- Studenten kunnen de verschillende soorten verwerkingsmethoden van de besproken materialen in de orthopedie duiden.
- Studenten kunnen de technologie van het lassen beschrijven.
- Studenten kunnen de meest gebruikte testmethodes zowel destructief als niet-destructief beschrijven en dit zoveel mogelijk relateren naar medische milieus.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
A. Type
- cursus
- audiovisueel materiaal
B. Verplichte leermiddelen
- Vermetten Dirk, 2005, Materialenleer, Niet-gepubliceerde cursus, KHKempen, Geel, 180p
C. Aanbevolen leermiddelen
Budinski, Kenneth G., 1996, Materiaalkunde voor technici, Academic Service / Quak, A, 1996, Eigenschappen en toepassingen van materialen, Stam Techniek
A. Types
- hoorcollege
- oefenpracticum
- labo en werkcollege
B. Omschrijving
A. Types
B. Omschrijving
Tijdens de lessen en via alle andere communicatiekanalen.