Pedagogisch-didactische vorming en zorg deel 1 (2009-2010)

Binnen 'Pedagogisch-didactische vorming, deel 1' komen volgende aspecten aan bod:

1. Blik op onze samenleving en de gevolgen voor opvoeding en onderwijs

2. Kindvolgsysteem als uitgangspunt

3. Werken aan algemene zorg in de kleuterklas:

- thematisch werken in de kleuterklas

- stimulerend tussenkomen

- doelgericht werken

- klasorganisatie

4. Werken aan extra zorg in de kleuterklas:

- procesgericht kijken naar zorgenkinderen

- kinderen met sociaal-emotionele problemen

- ontwikkelingsbedreigde kinderen

 

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
Toelichting:

Denk- en redeneervaardigheden

- De student kan zelfstandig nieuwe kennis verwerken, verbanden leggen tussen verschillende (theoretische) onderdelen en toepassen in de (klas)praktijk.

 

Informatie verwerven en verwerken

- De student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken, analyseren en toepassen in de (klas)praktijk.

 

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
Toelichting:

Oplossingsgericht kunnen werken

- De student kan op een systematische manier (beroepsspecifieke) problemen analyseren om zo tot een passende oplossing te komen.

 

Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid

- De student kan een beredeneerd, persoonlijk standpunt innemen t.o.v. beroepsspecifieke en ethische, normatieve en maatschappelijke thema's en vragen.

- De student ontwikkelt een persoonlijke visie op beroepsspecifieke maatschappelijke thema's.

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 Begeleider leer- en ontwikkelingsprocessen.
  • C02 Opvoeder.
  • C04 Organisator.
  • C05 Innovator-onderzoeker.
  • C08 Partner van externen.
  • C10 Cultuurparticipant.
Toelichting:

Begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen

- De student kan via observaties, raadplegen van het kindvolgsysteem, gesprekken met mentor en ouders, de beginsituatie van de groep en de kinderen achterhalen.

- De student kan bij het kiezen en formuleren van doelen gebruik maken van de decretale ontwikkelingsdoelen, het ontwikkelingsplan en de ontwikkelings- en leerlijnen van de leerplannen.

- De student kan rekeninghoudend met de beginsituatie en het kleuterprofiel thema's ontwerpen die ontwikkelingswaarde hebben, met aandacht voor alle ontwikkelingsdomeinen.

- De student kan een rijk en gevarieerd thema uitwerken in een breed en logisch samenhangend aanbod dat afgestemd is op de noden van de kleuters.

- De student kan aangepaste werkvormen kiezen en deze afstemmen op de doelstellingen.

- De student kan hoeken laten groeien in functie van een thema en het ontwikkelingsniveau van een groep kleuters.

- De student kan inschatten wat zich voordoet in de leeromgeving van de kleuters en hier gepast stimulerend tussenkomen.

- De student heeft kennis van de zorgbrede aanpak (observeren, differentiëren en remediëren) en inzicht in de functie van kindvolgsystemen en observatieinstrumenten.

 

Opvoeder

- De student kan specifieke ontwikkelingsbehoeften van (zorg)kleuters ontdekken en hier gepast op inspelen.

- De student kan maatschappelijke tendensen in verband met opvoeding, kritisch analyseren en beoordelen en zijn waardenoriëntering eventueel bijsturen.

 

Organisator

- De student kan een gestructureerd speel- en leerklimaat ontwerpen op maat van alle kleuters.

- De student kan een kindgericht dagverloop creëren, dat past in de korte- en lange termijnplanning.

- De student kan eenvoudige administratieve taken op correcte wijze uitvoeren.

- De student kan het belang inschatten van een stimulerende en werkbare leefruimte voor de veiligheid van kleuters.

 

Innovator en onderzoeker

- De student kan zich verdiepen in praktijkrelevante nieuwe inzichten rond opvoeding en onderwijs.

- De student kan de resultaten van onderwijsonderzoek lezen en interpreteren.

 

Partner van externen

-  De student kan zich informeren over initiatieven en instanties die relevant zijn voor het klas- en schoolgebeuren.

 

Cultuurparticipant

- De student kan maatschappelijke tendensen in verband met opvoeding, kritisch analyseren en beoordelen en zijn waardenoriëntering eventueel bijsturen.

 

 

 

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

A. Type

  • materiaal op leeromgeving
  • Andere: studiewijzer
  • materiaal op WWW
  • handboek
  • cursus

B. Verplichte leermiddelen

Janssen-Vos, F. (2006). Spel en ontwikkeling. Spelen en leren in de onderbouw. Assen: Van Gorcum.

 

Peeters, E., & Severeyns, A. (2009). Pedagogisch-didactische vorming en zorg deel 1. Onuitgegeven cursus bij het tweede jaar Bachelor in Onderwijs: Kleuteronderwijs, Katholieke Hogeschool Kempen, Departement Lerarenopleiding Vorselaar.

 

Laevers, F., & Depondt, L. (2004). Ervaringsgericht werken met kleuters in het Basisonderwijs. Leuven: CEGO.

 

Laevers, F. (2001). Een procesgericht kindvolgsysteem voor kleuters. Achtergrond en praktijksuggesties. Leuven: CEGO. 

 

VVKBaO. (2000). Ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool (4e druk 2002). Brussel: Vlaams verbond katholiek basisonderwijs.

 

 

 

 

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • hoorcollege
  • oefenpracticum
  • elektronisch leerplatform

B. Omschrijving

A. Types

  • mondeling examen

B. Omschrijving

1ste examenperiode

2de examenperiode

3de examenperiode

Vorm

%

vorm

%

vorm

%

Mondeling examen

100%

 

 

Mondeling examen

100%

 

100%

 

100%

 

100%

Er worden twee monitoraten georganiseerd.

OA:
11269110
Code:
11269110
Vakcoördinator:
Elien Peeters
Semester:
1
Studiepunten:
5
Onderwijstaal:
Nederlands