Voedergewassen (2009-2010)

In de inleiding wordt aangeven welke factoren algemeen van belang zijn bij de keuze van voedergewassen op een bedrijf. Het oogsttijdstip van maïs wordt vanuit alle mogelijke invalshoeken besproken. Daarbij aansluitend krijgt men ook inzicht in het bepalen van het ds-gehalte van de maïs. Na het bespreken van de verschillende gebruikssystemen van grasland op een melkveebedrijf, wordt via tabellen het graslandgebruik berekend Als afsluiting worden de verschillende bewaarprocessen besproken en aangehaald hoe men deze kan optimaliseren. De verschillende verliesposten tijdens het oogsten worden ook bestudeerd.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

C. Beroepsspecifieke competenties

Toelichting:
Studenten verantwoorden voor een rundveebedrijf een teeltkeuze. Studenten bepalen het optimale oogsttijdstip van maïs in functie van voedingsvereiste melkvee en de raseigenschappen. Studenten kunnen van verschillende maïsrassen een Maisorama interpreteren en deze praktisch implementeren op een melkveebedrijf. Studenten rekenen voor een melkveebedrijf het graslandgebruik door. Studenten geven aan hoe men de voedergewassen optimaal kan bewaren na het oogsten.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Bachelor agro en biotechnologie 1ste jaar landbouw

A. Type

B. Verplichte leermiddelen

Handboek snijmaïs Pr Wageningen Handboek Melkveehouderij Pr Wageningen Eigen nota’s

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • hoorcollege

B. Omschrijving

A. Types

  • mondeling examen
  • open boek

B. Omschrijving

OA:
03292410
Code:
03292410
Vakcoördinator:
Dirk Vermeiren
Semester:
1
Studiepunten:
2
Onderwijstaal:
Nederlands