Geschiedenis deel 4 (2009-2010)

In het tweede jaar staan tijdens het tweede semester volgende onderwerpen op het programma :

 

-         overgang middeleeuwen-nieuwe tijd

 

-         de nieuwe tijd

 

-         de afbouw van het ancien régime

 

De verschillende beschavingen bestudeer je in hun belangrijkste componenten (culturele, ethisch-godsdienstige, sociaal-economische, politieke) en in hun onderlinge beïnvloeding.  Daarbij wordt opnieuw veel aandacht besteed aan het werken met de historische atlas, de tijdsbalk en geschreven en ongeschreven bronnen.  Het accent ligt op concreet en aanschouwelijk onderwijs, afgestemd op je toekomstige taak als leraar.

 

In de vakdidactiek staat tijdens het tweede semester o.a. de evaluatie in het geschiedenisonderwijs op het programma.

 

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 Begeleider leer- en ontwikkelingsprocessen.
  • C03 Inhoudelijk expert.
  • C04 Organisator.
  • C10 Cultuurparticipant.
Toelichting:

01. Begeleider leer- en ontwikkelingsprocessen

 -        de student is in staat om deels zelfstandig verdere stappen te zetten vanuit de vakdidactische principes waarmee je in het vorige jaar kennismaakte

 -         de student toont didactische alertheid door een efficiënte selectie van leermiddelen en afwisseling met eenvoudige ICT-toepassingen

 -         de student heeft inzicht in een aantal organisatorische aspecten bij het voorbereiden van een vakspecifieke excursie

 

03.  Inhoudelijk expert

 -         de student kan  kan het globaal historisch referentiekader (tijd, ruimte, domein) verruimen

 -         de student kan  vakspecifieke termen, begrippen en concepten gebruiken die nodig zijn om zich van het verleden een beeld te vormen

 -         de student kan de kenmerkende ontwikkelingslijnen van de bestudeerde samenlevingen verwoorden en relateren aan historische overblijfselen en het historisch referentiekader

 -         de student is op de hoogte van de actualiteit en de recentste historisch-wetenschappelijke ontwikkelingen

 -         de student heeft inzicht in de tijd- en plaatsgebondenheid van het menselijk handelen en toont hierbij respect voor de fundamentele menselijke waarden

 -         de student  slaagt erin de leerinhouden zelf eigen te maken door het onder begeleiding bestuderen en interpreteren van gevarieerd historisch bronnenmateriaal

  

04.  Organisator

 -         de student kan werken met de historische atlas, de tijdsbalk, alsook met geschreven en ongeschreven bronnen

   

10.  Cultuurparticipant

 -      de student  neemt actief en doelgericht deel aan studiereizen, museumbezoek, stadsexploratie, bezoek aan een archief en/of tentoonstellingen

 

 

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Competenties van het overeenkomstige OO in het voorgaande programmajaar verworven hebben of geslaagd zijn voor het vorige programmajaar.

A. Type

  • handboek
  • cursus
  • audiovisueel materiaal

B. Verplichte leermiddelen

- De Wever Frans  en Jef Van Den Bosch, 2009, Middeleeuwen. Onuitgegeven cursus.

- Eén historisch-wetenschappelijk werk, te kiezen uit een beperkte literatuurlijst.

- De Wever Frans e.a., 2008, Historia 3 (handboek + werkboek), uitg. Pelckmans, kapellen.

- X. Adams, Historische atlas, uitg. Van In, Lier.

- De Wever Frans, Evalueren in het geschiedenisonderwijs, Cahiers voor didactiek, uitg. Plantyn.

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • hoorcollege
  • groepswerk
  • begeleide zelfstudie
  • Andere: individuele taak

B. Omschrijving

-  Overgang middeleeuwen-nieuwe tijd: hoorcollege afgewisseld met didactische dialoog.

 

 

-  De nieuwe tijd en de afbouw van het ancien régime: begeleide zelfstudie.

 

 

-  Evalueren in het geschiedenisonderwijs: hoorcollege afgewisseld met didactische dialoog.

 

 

-  Boekbespreking van een publicatie over de middeleeuwen: individuele taak.

 

 

-  Constructie van toetsen voor een aantal lessen uit de leereenheid Rome (met inbegrip van relevante doelstellingen, modelantwoorden en scoringsprocedures): groepswerk.

 

 

-  Comparatieve analyse van handboeken Geschiedenis 3de jaar ASO: groepswerk.

 

 

A. Types

  • schriftelijk examen
  • mondeling examen
  • paper/werkstuk
  • presentatie
  • Andere: co-assessment

B. Omschrijving

-  Overgang middeleeuwen-nieuwe tijd: mondelinge toets met schriftelijke voorbereiding.

 

 

-  De nieuwe tijd en de afbouw van het ancien régime: schriftelijke toets met open en gesloten vragen.

 

 

-  Evalueren in het geschiedenisonderwijs: mondelinge toets met schriftelijke voorbereiding.

 

 

-  Boekbespreking van een publicatie over de middeleeuwen: paper, presentatie en verdediging.

 

 

-  Constructie van toetsen voor een aantal lessen uit de leereenheid Rome (met inbegrip van relevante doelstellingen, modelantwoorden en scoringsprocedures): paper.

 

 

-  Comparatieve analyse van handboeken Geschiedenis 3de jaar ASO: paper + presentatie met powerpoint – co-assessement.

 

 

- Sessies leren leren: gedifferentieerde verwerking van het cursusmateriaal over de nieuwe tijd.

- Extra begeleiding bij de uitwerking van toetsen.

- Extra begeleiding bij de constructie van een comparatieve analyse van handboeken Geschiedenis.

OA:
10256620
Code:
10256620
Vakcoördinator:
Jef Van Den Bosch
Semester:
2
Studiepunten:
6
Onderwijstaal:
Nederlands