Het eerste deel van de cursus is een inleiding tot de medische mycologie. Na een algemene inleiding wordt de nadruk gelegd op humaanpathogene fungi. De indeling op basis van fysiopathologische mechanismen vormt de leidraad. Er volgt een uitgebreide bespreking van de verschillende fungi die bij de mens een mycose veroorzaken. Dit deel van de cursus wordt afgesloten met een beperkte uiteenzetting van anti-fungica. Het tweede deel van de cursus bespreekt de medisch belangrijke helminten ( trematoden, cestoden en nematoden) en protozoa. Een groot aantal parasieten wordt besproken, zowel inheemse soorten als importpathologie. Belangrijke onderdelen zijn steeds de levenscyclus van de parasiet, met daaraan gekoppeld het medisch belang en de diagnose. De diagnosetechnieken worden daarom uitvoerig besproken.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 De BLter kan doordacht wetenschappelijke informatie en kennis aanwenden om een kwalitatief hoogstaande functionaliteit te garanderen.
Toelichting:
- De student kent de algemene eigenschappen van fungi en weet van humaanpathogene fungi hun plaats in de systematiek.
- De student kent de verschillende manieren waarop fungi pathogeen kunnen zijn.
- De student kent de belangrijkste fungi die oorzaak zijn van een mycose.
- De student kent een aantal gebruikte anti-fungica.
- De student kent de algemene eigenschappen van helminten en protozoa.
- De student kent van een goot aantal parasieten hun voorkomen en hun levenscyclus met daaraan gekoppeld hun medisch belang.
- De student kent het diagnostische stadium en weet eveneens hoe hij de diagnose uitvoert.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
A. Type
- cursus
- materiaal op leeromgeving
B. Verplichte leermiddelen
VANGEEL, D., Inleiding tot de medische mycologie, niet-gepubliceerde cursus, KHKempen, Geel
VAN BRABANT, R., Medische helminthologie voor laboranten, KHKempen, Geel
VAN BRABANT, R., Medische protozoölogie voor laboranten, KHKempen, Geel
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
B. Omschrijving
A. Types
B. Omschrijving
Het examen is tweeledig:
1. De student kiest een vragenreeks waarin zowel de theorie van de mycologie (25%) als de theorie van de parasitologie (50%) aan bod komen. Kennis van de pathologie, cycli, diagnostiek, terminologie wordt getoetst adhv enkele open vragen: -hoofdvraag mycologie + bijvragen -hoofdvraag helminthologie (elke student bespreekt de levenscyclus van een parasiet) + bijvragen -hoofdvraag protozoölogie + bijvragen Opmerking: de bijvragen behandelen vaak de specifieke terminologie.
De voorbereiding gebeurt schriftelijk, waarna een mondelinge toelichting volgt.
2. Het deel identificatie (25%) is volledig schriftelijk en bestaat uit een 20-tal afbeeldingen van parasieten die dienen herkend te worden.