De student kan theorie integreren in praktijk - leert kritisch kijken en denken - leert verantwoord handelen in de specifieke context van het operatiekwartier en de ontwaakzaal.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
A. Type
B. Verplichte leermiddelen
Eyer N. (2009).
Informatiebundel Klinisch Onderwijs.Onuitgegeven cursus, Katholieke Hogeschool Kempen, Departement Gezondheidszorg Lier.
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
B. Omschrijving
A. Types
- permanente evaluatie
- Andere: stage-opdrachten
B. Omschrijving
De tussentijdse evaluaties van de stage (op het einde van iedere stageperiode)gebeurt door de mentor aan de hand van een evaluatiedocument. De coördinator van de school neemt na elke stageperiode, dit is 5 x per academiejaar, contact op met de mentor voor een evaluatiegesprek. Op vraag van de student en/of mentor kunnen meerdere evaluatiemomenten georganiseerd worden.
De eindevaluatie gebeurt door de coördinator van de school in samenspraak met de mentor.
De wegingscoëfficient van de opdrachten bedraagt 40 %.
De studenten worden op stage begeleid door een mentor.