Exegese van het TT/NT
Vanuit een artikel over de bijbel als gezagvol boek, verkent de student de exegese van het TT historisch. Vervolgens besteedt de student aandacht aan de ontstaansgeschiedenis van het boek en de literaire genres en taalvormen die erin voor komen. Tenslotte komt de historische achtergrond ter sprake en probeert de student Jezus te plaatsen binnen het geheel.
Sacramentologie
Ontstaan van de verschillende sacramenten.
Plaats binnen het leven en betekenis van de sacramenten.
Confrontatie met parallelle rituelen in de grote religies.
Verdieping werkvormen en didactische thema’s
Bibliodrama.
Werken met Bijbelverhalen.
Werken met beelden.
Werken met muziek.
Interreligieus onderwijs.
1. Begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen
De student kan geschikte beelden en muziek vinden en gebruiken bij de terreinen van het raamplan en de inhouden van lessen.
De student kan bibliodrama toepassen op eigen niveau.
De student verwerft zicht op de verschillende visies op en de plaats van interreligieus onderwijs.
2. Inhoudelijk expert
De student verwerft inzicht in het functioneren van het TT/NT als brok literatuur met verschillende literaire genres en taalvormen.
De student kent de verschillende sociaal-religieuze groeperingen in het TT/NT.
De student verwerft een zicht op het TT/NT als geïnterpreteerde geschiedenis.
De student kent de verschillende sacramenten.
De student kan de betekenis en de plaats in het leven van de sacramenten verklaren.
De student kan de sacramenten vergelijken, confronteren met de parallelle rituelen van de grote religies.
3. Organisator
De student kan zijn tijd functioneel benutten om de aangeboden inhouden te verwerven en verwerken.
De student kan vlot werken met perikopen, met beeld en muziek.
4. Innovator
De student verwerft zicht op de bestaande vaktijdschriften en vakliteratuur.
1ste examenperiode | 2de examenperiode | 3de examenperiode | |||
% | vorm | % | vorm | % | vorm |
30 |
P.E. |
100 | Mondeling+taak | ||
70 |
Mondeling | |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|